9 NOVEMBER 2007. - Besluit van de Waalse Regering waarbij beslist wordt een effectenonderzoek over het voorontwerp van herziening van de gewestplannen Thuin-Chimay en Philippeville-Couvin te laten uitvoeren met het oog op de opneming van twee ontginningsgebieden als uitbreiding van de steengroeve van Lompret op het grondgebied van de gemeente Chimay (Lompret) en op de herbestemming van gronden, gelegen in het oostelijk deel van het bestaande ontginningsgebied op het grondgebied van de gemeenten Chimay (Lompret) en Couvin (Aublain) als landbouwgebied ten titel van planologische compensatie
De Waalse Regering,
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 20 juli 2007 tot vaststelling van de verdeling van de ministeriële bevoegdheden en tot regeling van de ondertekening van haar akten;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 26 augustus 2004 tot regeling van de werking van de Regering, gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 16 september 2004 en 15 april 2005;
Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, inzonderheid op de artikelen 1, 34, 22, 23, 25, 32, 35 en 42 tot 46;
Gelet op het gewestelijk ruimtelijk ontwikkelingsplan, aangenomen door de Waalse Regering op 27 mei 1999;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 september 1979 tot opstelling van het gewestplan Thuin-Chimay;
Gelet op het koninklijk besluit van 24 april 1980 tot opstelling van het gewestplan Philippeville-Couvin;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 7 juni 2007 waarbij beslist wordt de gewestplannen Thuin-Chimay en Philippeville-Couvin te herzien en waarbij het voorontwerp van herziening wordt aangenomen met het oog op de opneming van twee ontginningsgebieden als uitbreiding van de steengroeve van Lompret op het grondgebied van de gemeente Chimay (Lompret) en op de herbestemming van gronden, gelegen in het oostelijk deel van het bestaande ontginningsgebied op het grondgebied van de gemeenten Chimay (Lompret) en Couvin (Aublain) als landbouwgebied ten titel van planologische compensatie;
Overwegende dat bij hetzelfde besluit de Waalse Regering de Minister van Ruimtelijke Ordening ermee belast heeft in verband met dat ontwerp de adviezen in te winnen van de "Commission régionale d'Aménagement du Territoire" (Gewestelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening), de "Conseil wallon de l'Environnement pour le Développement durable" (Waalse Raad voor het Leefmilieu voor Duurzame Ontwikkeling), en de Directie Natuur van het Directoraat-generaal Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu over de ontwerp-inhoud van het effectenonderzoek betreffende hert voorontwerp tot herziening van het gewestplan;
Overwegende dat voornoemde adviezen op 9 juli 2007 zijn aangevraagd;
Overwegende dat de adviezen overgemaakt zijn binnen de termijn die in artikel 42, lid 4, van het Wetboek voorgeschreven is gezien de bepalingen van artikel 4, 2°, dat de raadplegingstermijnen van de diensten en commissies tussen 16 juli en 15 augustus schorst;
Overwegende dat de "Conseil wallon de l'Environnement pour le Développement durable" in zijn advies van 20 juli 2007 aangeeft dat het inhoudelijk ontwerp van het effectenonderzoek voldoening lijkt te geven en dat dit ontwerp niet het voorwerp uitmaakt van aanvullende aanbevelingen namens hem;
Overwegende dat het Directoraat-generaal Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu in zijn advies van 3 augustus 2007 er bijzonder op aandringt dat het biologisch belang van zowel het bosgebied inbegrepen in de omtrek als van de waterloop die hem doorsnijdt, op precieze wijze gekenmerkt moet worden; dat het effect van het voorontwerp Natura 2000 BE32036 "Vallée de l'Eau Blanche, à Virelles" precies moet worden geëvalueerd en dat de heraanleg van de site na uitbating aandachtig te onderzoeken om de habitats (de oprichting van een watervlak op de volle oppervlakte te voorkomen) te variëren;
Overwegende dat de "Commission régionale d'Aménagement du Territoire" in haar advies uitgebracht op 24 augustus 2007 de voor het onderzoek verantwoordelijke persoon erom verzoekt bijzonder aandacht te schenken aan de eventuele aanwezigheid van karstnatuurfenomenen in de nieuwe afzetting, zich te vergewissen van de goede milieutoestand van de steengroeve en de bij de opmaking van zijn verslag de bijzonderheden die hij zou ontdekken grondig te onderzoeken;
Overwegende dat deze aanbevelingen geen bijzondere wijziging van de ontwerp-inhoud van het effectenonderzoek gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 7 juni 2007 inhouden, die reeds voorzag in de analyse van deze elementen maar dat ze het verwachte informatieniveau daarvan bepalen;
Overwegende dat het effectenonderzoek van het plan betrekking zal hebben op het geheel van de elementen bedoeld in het voorontwerp van de gewestplannen;
Overwegende dat de inhoud van het effectenonderzoek in bijlage bij dit besluit de draagwijdte van het voorgeschrevene van artikel 42, lid 2, van het Wetboek ruimer omschrijft, waarbij omvang en graad van nauwkeurigheid aangegeven worden van de informatie die in het onderzoek moet voorkomen ten opzichte van de specificiteit van het voorontwerp van herziening;
Overwegende dat de aangevatte procedure voor de herziening van de gewestplannen Thuin-Chimay en Philippeville-Couvin onverwijld verdergezet dient te worden door de bepalingen van artikel 42, lid 2, van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium uit te voeren;
Op de voordracht van de Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling,
Besluit :
Artikel 1. Er dient een effectenonderzoek uitgevoerd te worden over het voorontwerp van de herzieningen van de gewestplannen Thuin-Chimay en Philippeville-Couvin met het oog op de opneming van twee ontginningsgebieden als uitbreiding van de steengroeve van Lompret op het grondgebied van de gemeente Chimay (Lompret) en op de herbestemming van gronden, gelegen in het oostelijk deel van het bestaande ontginningsgebied op het grondgebied van de gemeenten Chimay (Lompret) en Couvin (Aublain) als landbouwgebied ten titel van planologische compensatie.
Art. 2. De omvang en de nauwkeurigheidsgraad van de gegevens die dat aangevulde effectenonderzoek bedoeld in artikel 1 dient te bevatten worden vastgesteld in de bijlage bij dit besluit met als opschrift "inhoud van het effectenonderzoek van gewestplannen".
Art. 3. De Minister van Ruimtelijke Ontwikkeling is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 9 november 2007.
De Minister-President,
R. DEMOTTE
De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling,
A. ANTOINE
BIJLAGE
INHOUD VAN HET EFFECTENONDERZOEK VAN GEWESTPLANNEN
-
Omvang.
Geen enkel bestanddeel van het voorontwerp is van het milieueffectenonderzoek vrijgesteld.
-
Nauwkeurigheidsgraad van de gegevens.
Onderstaand bijzonder bestek is een type-document waarvan de nauwkeurigheidsgraad voldoende geacht wordt krachtens artikel 42 van het Wetboek.
Er wordt bijzondere aandacht besteed aan volgende gegevens :
- De verenigbaarheid van het voorontwerp met het begsinel van spaarzaam gebruik van de ondergrondse rijkdommen zowel ten opzichte van de evolutie van de markt voor kalksteen met een hoog gehalte en van de perspectieven voor de onderneming als van het overwogen bedrijfsproject (oppervlakte, bedrijfstechnieken,...);
- de eventuele aanwezigheid van karstnatuurfenomenen in de nieuwe afzetting en hun gevolgen zowel voor de uitbating (volume van de werkelijk verkoopbare materialen, werkzekerheid,...) als voor de omgeving (risico's voor de goederen, uitrustingen en personen);
- de nabije ligging van de voormalige spoorlijn Chimay-Mariembourg waarvan de stabiliteit van het talud gewaarborgd en de biologische waarde gevrijwaard moet worden;
- de biologische waarde van het bosgedeelte (karakterisering);
- de effecten van de uitbating op de loop van de beek La Fontaine, ingebed in klei in het westdeel van het toekomstige ontginningsgebied, die verstoord zou kunnen worden door de ontginning (eventuele verliezen en watertoevloed in de steengroeve) en het effect op haar huidige biologische belang en het belang van de vochtige gebieden die eraan gebonden zijn (karkaterisering van het nodige biologische belang);
- het bestaan in het toekomstige ontginningsgebied van een moerasgebied met een populierenbos op een vochtige bodem;
- het effect van het ontwerp op de Natura 2000-omtrekken van de "Vallée de l'Eau Blanche", te Virelles, gelegen in het verlengde van de toekomstige steengroeve van de "Vallée de l'Eau Blanche" tussen Aublain en Mariembourg, gelegen op ongeveer 200 meter en de erkende en domaniale reservaten, bijzondere beschermings- en instandhoudingsgebieden gelegen in Natura 2000-omtrekken;
- het exacte volume van de afgezette aarde en de steriele gesteenten en het beheer ervan;
- de heraanleg van de site na uitbating (in het bijzonder op de landschaps- en natuurlijke plannen door met name de oprichting van een watervlak op de volle oppervlakte te voorkomen en door de diversifiëring van de habitats te...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI