Omzendbrief met betrekking tot de hervorming van het administratief toezicht. - Uitvoering van de ordonnantie van 23 juni 2016 tot wijziging van de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, alsook van artikel 112 van de Nieuwe Gemeentewet, en door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 8 september tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 16 juli 1998 betreffende de overlegging aan de Regering van de akten van de gemeenteoverheden met het oog op de uitoefening van het administratief toezicht, de 8 septembre 2016

Artikel M. De ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd recent aangepast.

De aangebrachte aanpassingen hebben als doel het administratief toezicht minder zwaar te maken, op het niveau van de beslissingen die verplicht moeten worden opgestuurd (vermindering), alsook op het niveau van de toepasselijke toezichtprocedure (een groot deel van de akten die voordien onderworpen waren aan het goedkeuringstoezicht zullen nu onderworpen worden aan het algemeen schorsings- en vernietigingstoezicht), alsook wat betreft de termijnen (inkorting).

De betreffende ordonnantie brengt tevens een wijziging aan in de Nieuwe Gemeentewet. Deze wijziging wordt ook besproken.

De nieuwe ordonnantie treed in werking op 1 september 2016. Beslissingen genomen vóór deze datum blijven onderworpen aan de oude regels. Het is de datum van de gemeentelijke beslissing, en niet de datum van verzending aan de toezichthoudende overheid, die bepaald welke regels inzake toezicht van toepassing zijn.

A. Het administratief toezicht

1) Wat betreft de toezichtprocedure.

De nieuwe wetgeving beperkt drastisch de categorieën van beslissingen die moeten voorgelegd worden voor goedkeuringstoezicht, namelijk van twaalf types beslissingen wordt het aantal beperkt tot twee :

Vanaf heden is het goedkeuringstoezicht enkel van toepassing voor de beslissingen van plaatselijke overheden over de volgende onderwerpen :

  1. De gemeentebegroting, de begroting van de gemeentebedrijven en hun aanpassingen;

  2. De gemeentelijke rekeningen, de rekeningen en de staten van ontvangsten en uitgaven van de gemeentebedrijven en de eindrekening van de plaatselijke ontvanger of van de bijzondere agent zoals bedoeld in artikel 138, eerste paragraaf, van de Nieuwe gemeentewet en van de ontvanger van de gemeentebedrijven.

    Dienvolgens gaan volgende beslissingen over van het uitzonderlijk goedkeuringstoezicht naar het algemeen schorsings- en vernietigingstoezicht :

  3. het personeelskader en het contingent van de contractuele betrekkingen;

  4. de reglementen betreffende de voorwaarden inzake werving en bevordering van het gemeentepersoneel;

  5. de bezoldigingsregeling en de weddeschalen van het personeel; de toelagen en uitkeringen van het gemeentepersoneel;

  6. de reglementen betreffende het pensioen van het personeel, alsook de wijze van financiering van deze pensioenen;

  7. de ontslagen van ambtswege en de afzettingen van het gemeentepersoneel;

  8. het voorzien in uitgaven die door dwingende en onvoorziene omstandigheden worden vereist bedoeld in artikel 249, § 1, eerste lid, van de nieuwe gemeentewet;

  9. de consolidatie en de herschikking van de financiële lasten van opgenomen leningen;

  10. de oprichting van een gemeentebedrijf en de startbalans van deze bedrijven;

  11. de oprichting van een autonoom gemeentebedrijf en de bijdrage aan deze bedrijven;

  12. de keuze van de wijze van gunning en de vaststelling van de voorwaarden van overheidsopdrachten van leveringen en diensten, waarvan de globale waarde van de opdracht, zonder btw, hoger is dan 249.600 euro en voor de opdrachten van werken waarvan de globale waarde van de opdracht hoger is dan 500.000 euro zonder btw.

    2) Wat betreft de verplichting tot verzending van de beslissing aan de toezichthoudende overheid.

    De nieuwe ordonnantie en haar uitvoeringsbesluit (besluit van 8 september 2016) hebben tot gevolg dat enkele categorieën van beslissingen die tot op heden moesten worden verstuurd aan de toezichthoudende overheid, niet meer moeten worden verstuurd.

    Dit is bijvoorbeeld het geval voor de akten van het college genomen op basis van artikel 249, eerste paragraaf, tweede lid van de Nieuwe Gemeentewet (art. 1, 4°, van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 juli 1998), maar eveneens voor de beslissingen betreffende huurcontracten met een looptijd van meer dan negen jaar en voor overeenkomsten betreffende het gebruik van gemeentelijke infrastructuur.

    De beslissingen betreffende de vaststelling van de presentiegelden voor gemeenteraadsleden moeten niet meer opgestuurd worden aan Brussel Plaatselijke Besturen voor zover deze beslissingen verstuurd worden aan de "Cel Transparantie van bezoldigingen van het Gewest overeenkomstig de ordonnantie van 12 januari 2006 betreffende de transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen waardoor ze onderworpen zijn aan een specifiek toezicht.

    De beslissingen inzake de aanwerving, bevordering, oppensioenstelling en ontslag van het statutair personeel moeten niet meer worden verstuurd, tenzij het beslissingen betreft die genomen zijn door de gemeente ten gevolge een schorsing door de vice-gouverneur.

    Wat betreft de disciplinaire sancties moeten enkel de beslissingen over ambtshalve ontslagen en de afzettingen worden overgemaakt.

    De verplichting tot verzending van de beslissingen over de gemeentelijke publicaties is eveneens afgeschaft.

    Verder blijven de toepasselijke principes onveranderd : alle beslissingen van de gemeenteraad die niet in extenso moeten opgestuurd worden moeten opgenomen worden op de lijst van de akten overeenkomstig artikel 7 van de ordonnantie houdende regeling van het administratief toezicht op de gemeenten.

    Samenvatting :

    A) Het goedkeuringstoezicht zal enkel nog van toepassing zijn op (art. 13 van de ordonnantie) :

    - de gemeentebegroting, de begroting van de gemeentebedrijven en hun wijzigingen;

    - de gemeenterekeningen, de rekeningen en de staat van ontvangsten en uitgaven van de gemeentebedrijven en de eindrekening van de plaatselijke ontvanger of van de bijzondere agent bedoeld in artikel 138, § 1, van de nieuwe gemeentewet en van de ontvanger van de gemeentebedrijven.

    B) De akten van de gemeenteoverheden betreffende de volgende onderwerpen moeten, binnen twintig dagen nadat ze zijn...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT