22 FEBRUARI 2008. - Omzendbrief BB 2008/01. - Toepassing van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten

Aan de provinciegouverneurs

ter kennisgeving aan :

- de representatieve organen van de erkende erediensten;

- de bestuursorganen van alle erkende eredienstbesturen;

- de centrale (kerk)besturen;

- de deputaties;

- de colleges van burgemeester en schepenen.

Inleiding

In het voorjaar 2008 staat voor de eerste maal sinds de inwerkingtreding van het decreet van 7 mei 2004 de gedeeltelijke vernieuwing van de bestuursorganen van de erediensten op stapel.

Punt I van deze omzendbrief gaat dieper in op dat onderwerp.

Het nazicht van de ingestuurde notulen en de veelvuldige adviesvragen geven inzicht in de implementatie van het eredienstendecreet.

Een aantal aandachtspunten worden op een rijtje gezet onder punt II.

Ik verwijs tevens naar de omzendbrieven BA-2005/01 en BA-2005/02 van 25 februari 2005 betreffende de toepassing van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten op gemeentelijk en provinciaal niveau. Die omzendbrieven en ook alle andere omzendbrieven, onder andere in verband met de boekhouding van de besturen van de eredienst (BA-2007/01), kunt u raadplegen op http://binnenland.vlaanderen.be/regelgeving/omzend.htm.

Veel gestelde vragen en antwoorden kunt u eveneens terug vinden op dezelfde website.

  1. Gedeeltelijke vernieuwing in 2008

    1. Decretale basis

      ° Voor de rooms-katholieke eredienst zijn artikel 6 (kerkraad) en artikel 27 (centraal kerkbestuur) van toepassing.

      Door de verwijzingsregel van artikel 69 geldt artikel 6 ook voor de kathedrale kerkraad.

      ° Voor de protestantse eredienst gelden artikel 83 (bestuursraad) en artikel 107 (centraal kerkbestuur).

      ° Voor de anglicaanse eredienst gelden artikel 119 (kerkraad) en artikel 143 (centraal kerkbestuur).

      ° Voor de Israëlitische eredienst gelden artikel 155 (bestuursraad) en 179 (centraal bestuur).

      ° Voor de orthodoxe eredienst gelden artikel 191 (kerkfabriekraad) en 215 (centraal kerkbestuur).

      ° Voor de islamitische eredienst gelden artikel 234 (comité) en 258 (centraal bestuur).

      Het decreet plant de gedeeltelijke vernieuwing in de loop van de maand april, behalve voor de Israëlitische eredienst, waarvoor de maand mei werd vastgelegd.

    2. Procedure

      De procedure bestaat uit twee stappen : de loting en de verkiezing van de nieuwe leden.

      - De loting : door loting wordt bepaald welke leden uittredend zullen zijn.

      De loting is eenmalig en vindt alleen plaats bij de eerste gedeeltelijke vernieuwing sinds de inwerkingtreding van het decreet. Hierbij wordt de "grote helft" uitgeloot.

      Bij alle volgende gedeeltelijke vernieuwingen staat vast welke leden uittredend zijn : beurtelings de "kleine" en de "grote" helft, waarbij het aantal uittredende leden afhankelijk is van het aantal leden waaruit het bestuursorgaan is samengesteld. De bestuursraad van de Israëlitische eredienst, die uit zes verkozen leden bestaat en bijgevolg twee gelijke helften heeft, vormt in dat verband een uitzondering.

      Om te bepalen in welke vergadering van het bestuursorgaan geloot moet worden, kan het best rekening worden gehouden met de procedure en de termijnen die gelden voor de verkiezing (zie verder).

      Om alles tijdig klaar te krijgen wordt aangeraden om die vergadering te plannen in de maand februari 2008 (maart 2008 voor de Israëlitische eredienst). Voor de verkiezing zijn ook omzendbrief BA-2005/01, punt A,1, 1-8 en punt A,2 en omzendbrief BA-2005/02, punt A,1, 1-8 en punt A,2 van toepassing.

      Voor alle erediensten gelden dezelfde decretale verkiesbaarheidvoorwaarden als bij de eerste samenstelling sinds de inwerkingtreding van het decreet, met uitzondering van de leeftijdsvoorwaarde, die weggevallen is.

      De uittredende leden zijn herverkiesbaar als zij nog voldoen aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden en zij zich kandidaat stellen.

      Het proces-verbaal van de verkiezing wordt alleen ondertekend door de kiesgerechtigden, d.w.z. de kleine helft en de vertegenwoordiger van het representatief orgaan. Voor de notulen gelden de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT