Omzendbrief betreffende de verkeersbelasting of de inverkeersstellingsbelasting op de auto's. - In het buitenland ingeschreven voertuigen die door een persoon die in het Waalse Gewest verblijft, op het Waalse grondgebied gebruikt worden. - Voorwaarden voor de aanslag, de vrijstelling, en de eisbaarheid betreffende de verkeersbelasting en de inverkeersstellingsbelasting, de 30 mars 2018

Artikel 1. I. INLEIDING

  1. Deze omzendbrief ligt in de lijn van de 5de hervorming van de Federale Staat en van de bekrachtigde overdrachten van fiscale bevoegdheden ten gunste van de deelgebieden.

  2. Deze omzendbrief heeft betrekking op de aangelegenheid van de verkeersbelasting en de inverkeersstellingsbelasting voor de zogenaamde "geautomatiseerde" autovoertuigen, waarvan de dienst van de belasting voortaan, en dit vanaf 1 januari 2014, voor het Waalse Gewest door de Waalse Overheidsdienst wordt gewaarborgd.

  3. Het doel van deze omzendbrief bestaat meer specifiek in het bepalen van de voorwaarden van een eventuele belastingheffing ten gunste van het Waalse Gewest van voertuigen die in een buitenlandse Staat ingeschreven zijn en die in die in het Waalse Gewest in het verkeer worden gebracht door personen die aldaar verblijven.

  4. De "geautomatiseerde" voertuigen zijn de voertuigen waarvoor de inschrijving in het Belgisch voertuigenrepertorium dat door de Directie voor Inschrijving van de Voertuigen (DIV) van de FOD Mobiliteit en Vervoer wordt gehouden, of het feit dat ze in bedoeld repertorium van de DIV hadden ingeschreven moeten worden, aanleiding geven tot de verkeersbelasting of de inverkeersstellingsbelasting. Het gaat met name om de volgende voertuigen :

    - personenauto's;

    - auto's voor dubbel gebruik

    - minibussen;

    - ziekenauto's;

    - motorfietsen van meer dan 250cc,

    - motorfietsen-driewielers, de motorfietsen-vierwielers;

    - lichte vrachtauto's,

    - bootaanhangwagens;

    - kampeeraanhangwagens (caravan)

    - kampeerauto's (motorhomes, autocaravans);

    - aanhangwagens en opleggers met een maximaal toegelaten massa hoger dan 750 kg en kleiner dan of gelijk aan 3500 kg.

  5. Het begrip van verblijf in Wallonië voor een belastingplichtige betekent dat de persoon voldoet aan één van de volgende voorwaarden :

    1. ingeschreven zijn in de bevolkingsregisters van een Waalse gemeente;

    2. ingeschreven zijn in de Belgische Kruispuntbank van Ondernemingen als rechtspersoon;

    3. als rechtspersoon opgericht zijn door of krachtens het internationaal of buitenlands recht en beschikken over een vaste verblijfplaats in België waar het voertuig beheerd of gebruikt wordt.

    Art. 2. II. TOEPASSINGSGEBIED

    2.1. Reglementaire basis

  6. De in deze omzendbrief bedoelde aangelegenheid wordt geregeld bij diverse reglementaire teksten, namelijk :

    - het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (hierna "WGB" genoemd), Titel II, wat betreft de verkeersbelasting op autovoertuigen;

    - het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen, wat betreft de verkeersbelasting op autovoertuigen;

    - het koninklijk besluit van 18 juni 2014 tot wijziging van voormeld koninklijk besluit van 20 juli 2001, wat betreft de verkeersbelasting op autovoertuigen;

    - het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen;

    - het besluit van de Waalse Regering van 16 november 2000 tot uitvoering van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake Waalse gewestelijke belastingen.

    2.2. Aanslagprincipe

    2.2.1. Verplichting tot inschrijving

  7. Artikel 3, § 1, van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen (Belgisch Staatsblad van 8 augustus 2001) verplicht de personen die in België verblijven om er de voertuigen die ze in het Rijk gebruiken te laten inschrijven, en dit, zelfs indien deze voertuigen reeds in een ander land zijn ingeschreven.

  8. Bovenbedoeld artikel legt dus het algemeen principe van de inschrijving in België vast voor elk voertuig ingeschreven in het buitenland en gebruikt op het Belgische grondgebied door personen die aldaar verblijven.

    2.2.2. Onderwerping aan de verkeersbelasting op autovoertuigen

  9. Uit deze verplichting tot inschrijving in België van de voertuigen bedoeld in artikel 3, § 1, van bovenvermeld koninklijk besluit volgt het principe zelf van de onderwerping van bedoelde voertuigen aan de verkeersbelasting op autovoertuigen, krachtens de artikelen 3, 21 en 30 van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WGB).

  10. Volgens artikel 3 van het WGB, dat bepaalt welke voertuigen aan de verkeersbelasting worden onderworpen, wordt "er een belasting geheven op de stoom- of motorvoertuigen dienende hetzij tot het vervoer van personen, hetzij tot het vervoer van goederen of van om het even welke voorwerpen over de wegen".

  11. Artikel 21 van hetzelfde WGB legt dan weer het principe zelf van het ontstaan van de belastingschuld vast, en bepaalt hetgeen volgt : "de belasting is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die vermeld is of het moet zijn op het inschrijvingsbewijs zolang een voertuig op naam van deze persoon is of moet zijn ingeschreven in het repertorium van de Directie voor de Inschrijving van de Voertuigen.

    De in het eerste lid beoogde voertuigen zijn de personenauto's, de auto's voor dubbel gebruik, de trage auto's voor dubbel gebruik, de minibussen, de ziekenauto's, de motorfietsen, de motorfietsen-driewielers, de motorfietsen-vierwielers, de lichte vrachtauto's, de trage lichte vrachtauto's, de bootaanhangwagens, de kampeeraanhangwagens, de kampeerauto's, de aanhangwagens en opleggers met een maximaal toegelaten massa tot 3.500 kg".

  12. Ten slotte, legt artikel 30 van het WGB de plaats van aanslag van de belasting vast: "de plaats van aanslag is de gemeente die vermeld is of het moet zijn op het inschrijvingsbewijs op het ogenblik van het ontstaan van de belastingschuld."

    2.2.3. Onderwerping aan de inverkeersstellingsbelasting op autovoertuigen

  13. Uit die verplichting tot inschrijving in België van de voertuigen bedoeld in artikel 3, § 1, van bovenvermeld koninklijk besluit volgt het principe zelf van de onderwerping van bedoelde voertuigen aan de inverkeersstellingsbelasting op autovoertuigen, krachtens de artikelen 94 en 99 tot 101 van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WGB).

  14. Artikel 94 bepaalt de voertuigen die aan de inverkeersstellingsbelasting moeten worden onderworpen. De artikelen 99 tot 101 bepalen het principe van het ontstaan van de belastingschuld evenals de plaats van heffing van de belasting.

    2.2.4. Fiscale bevoegdheid van het Waalse Gewest

  15. Ingevolge de overdracht van fiscale bevoegdheden ten gunste van de deelgebieden die zich op 1 januari 2014 heeft voorgedaan, heeft het Waalse Gewest de dienst van de belasting inzake verkeersbelasting en inverkeersstellingsbelasting op autovoertuigen overgenomen.

  16. De verkeersbelasting en de inverkeersstellingsbelasting die vroeger door de FOD Financiën werden beheerd, worden voortaan door het Operationeel Directoraat-generaal Fiscaliteit van de Waalse Overheidsdienst (DGO7) van de Waalse Overheidsdienst vastgelegd en geïnd.

  17. Vanaf 1 januari 2014 behoort het voorwerp van deze omzendbrief voortaan tot de bevoegdheid van de bovenvermelde gewestelijke...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT