Omzendbrief betreffende het inburgeringstraject, de 28 janvier 2019

Artikel M.

Deze omzendbrief heeft tot doel de gemeentebesturen, de regionale centra voor de inburgering van vreemdelingen, hierna "de centra" genoemd, en de operatoren die verantwoordelijk zijn voor de opleiding voor het leren van de Franse taal, de opleidingen tot staatsburger en de socio-professionele oriëntatie, de informatie te verstrekken over boek II van het tweede deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid, alsook de uitvoeringsbepalingen daarvan, opgenomen in boek III van deel II van het reglementair deel van het Waalse Wetboek van Sociale Actie en Gezondheid.

In de omzendbrief wordt uitsluitend ingegaan op de artikelen 152 tot 152/11 van het Wetboek, namelijk het inburgeringstraject van de nieuwkomers.

Als gevolg van de wijzigingen die door het decreet van 8 november 2018 en het decreet van de Waalse regering van 20 december 2018 in het inburgeringstraject zijn aangebracht, vervangt deze omzendbrief, de omzendbrief van 11 mei 2017.

Het doel van een integratiebeleid voor nieuwkomers is de kwaliteit van de opvang van deze mensen te verbeteren door iedereen dezelfde voorzieningen te garanderen en zo iedereen in staat te stellen mondelinge en schriftelijke vaardigheden in de Frans taal en kennis van de Waalse samenleving te verwerven.

De nieuwkomer vergroot zo zijn kansen om deel te nemen aan het functioneren van onze maatschappij, om beter samen te leven in Wallonië, om een baan te vinden, om het onderwijstraject van zijn kinderen te kunnen volgen, om meer gebruik te maken van het Waalse inburgeringstraject in relatie tot de vereisten van het Belgische nationaliteitswetboek.

Het inburgeringstraject is dus een emancipatieproces voor mensen die in het Franse taalgebied aankomen.

Onze maatschappij moet ernaar streven hen in staat te stellen zich zo goed mogelijk te integreren in hun nieuwe leefomgeving door middel van een verplichte voorziening die het volgende omvat:

- een persoonlijke opvangmodule met inbegrip van een sociale evaluatie, informatie over rechten en plichten, hulp of doorverwijzing naar diensten om te helpen bij administratieve procedures en een test om het niveau van het Frans te beoordelen;

- een opleiding tot burgerschap;

- een opleiding voor het leren van de Franse taal indien nodig;

- een socio-professionele oriëntatie indien nodig.

HOOFDSTUK I. - Doelpubliek De personen die onder de verplichting tot het volgen van een inburgeringstraject vallen, zijn de nieuwkomers.

Het Wetboek definieert nieuwkomers als buitenlanders die sinds minder dan drie jaar in België verblijven, die over een verblijfsvergunning van meer dan drie maanden beschikken, met uitzondering van de burgers van een lidstaat van de Europese Unie, van de Europese Economische Ruimte, van Zwitserland, en van hun gezinsleden.

Onder familielid wordt verstaan:

  1. de echtgenoot ;

  2. de partner met wie de Unie, de EER of de Zwitserse staatsburger een geregistreerd partnerschap is aangegaan, indien het geregistreerde partnerschap overeenkomstig de wetgeving van het gastland gelijkwaardig is aan het huwelijk en overeenkomstig de voorwaarden van de desbetreffende wetgeving van het gastland ;

  3. directe afstammelingen die jonger zijn dan 21 jaar of die ten laste zijn, en directe afstammelingen van de echtgenoot of partner ;

  4. rechtstreekse bloedverwanten ten laste en die van de echtgenoot of partner.

    Het decreet voorziet in een reeks vrijstellingen, namelijk:

  5. de personen die reeds een attest van deelname aan het inburgeringstraject in een andere gemeenschap of gewest van het land hebben behaald. Personen die het inburgeringstraject al in Vlaanderen of Brussel hebben gevolgd en over een attest beschikken, zijn bijvoorbeeld niet verplicht om het programma in Wallonië te volgen. Indien zij het inburgeringstraject in Vlaanderen of Brussel niet hebben voltooid en niet beschikken over een attest, moeten zij het inburgeringstraject in Wallonië volgen;

    1. 2° de personen die een medisch attest voorleggen, waaruit blijkt dat het voor hen wegens een ziekte of een zware handicap onmogelijk is een inburgeringstraject te volgen;

  6. de personen die een getuigschrift of een diploma van het Belgisch onderwijs hebben behaald;

  7. de personen van minder dan 18 jaar en de personen van 65 jaar of meer;

  8. personen die ten minste gedurende een ononderbroken periode van meer dan drie maanden halftijds een beroepsactiviteit uitoefenen. Het bewijs gebeurt bij elk rechtsmiddel;

  9. de geregelde studenten, de uitwisselingsstudenten, de personen die een doctoraatbeurs genieten en de leraars die binnen een instelling van het hoger onderwijs erkend in de Federatie Wallonië-Brussel samenwerken.";

  10. de onderdanen van de derde landen die met de Europese Unie associatieovereenkomsten hebben gesloten. Dit betreft Turkse onderdanen als gevolg van een bijzondere standstill-clausule in de associatieovereenkomst gesloten tussen Turkije en de EU.

    De leden van het gezin van de vrijgestelde personen zijn niet van rechtswege vrijgesteld.

    De asielzoekers zijn niet onderworpen aan de verplichting om het traject te volgen.

    De asielzoeker beschikt immers over een attest van immatriculatie dat 3 maanden geldig is, dat 3 keer voor 3 maanden kan worden verlengd en vervolgens van maand tot maand. Het gaat dus niet over een verblijfsvergunning van meer dan 3 maanden.

    Er zij op gewezen, dat het inburgeringstraject toegankelijk en gratis is voor alle personen die het traject volgen, met inbegrip van degenen die het op vrijwillige basis volgen.

    De gemeenten of centra verstrekken de personen die niet onder de definitie van nieuwkomer vallen of voor een vrijstelling in aanmerking komen, een document ter staving van de vrijstelling (bijlage IV) of de vrijstelling (bijlage V).

    HOOFDSTUK II. - Inburgeringstraject

    Afdeling 1. - Inhoud van het inburgeringstraject

    1. De opvangmodule

    De opvang vindt plaats in opvangkantoren georganiseerd door de centra alleen of in partnerschap met erkende vzw's, door de openbare overheden of door de instellingen erkend door de openbare overheden bedoeld in de artikelen 152/4, § 1, lid 2 en 152/5, § 1, lid 2, van het Wetboek. Deze opvangkantoren worden plaatselijk opgesplitst.

    De opvang is geïndividualiseerd en gratis. Hij omvat ten minste:

  11. een gesprek om een balans op te maken van de verworven kennis, van de diploma's en de mogelijke equivalenties, namelijk een sociale balans;

  12. een relevante informatie over de rechten en plichten van elke persoon die in België verblijft;

  13. een bijstand of begeleiding bij de verschillende administratieve procedures die kunnen worden ingeleid;

  14. een evaluatietest van het niveau van de Franse taal.

    1. De overeenkomst

      Het sluiten van de overeenkomst is verplicht. Ze wordt gesloten tussen de begunstigde en het centrum.

      Ze omvat een geïndividualiseerde opvolging en een opleiding tot burgerschap. De opleiding voor het leren van de Franse taal en de socio-professionele oriëntatie worden in de overeenkomst opgenomen naar gelang van de analyse van de behoeften in de maatschappelijke balans.

      In de overeenkomst wordt daarom een gratis opleidings- of begeleidingsplan vastgesteld en worden de rechten en plichten van elke partij opgenomen.

      De opleidingen die in de overeenkomst zijn opgenomen, worden georganiseerd:

      - door de instellingen erkend in het kader van de plaatselijke initiatieven tot integratie van vreemdelingen;

      - door de openbare overheden ;

      - door de instellingen erkend door de volgende openbare overheden:

      1. de instellingen van het onderwijs voor sociale promotie, de instellingen van het hoger onderwijs en universiteiten in de Franse Gemeenschap;

      2. de verenigingen inzake permanente vorming die erkend worden door de Franse Gemeenschap;

      3. het "Office wallon de la formation professionnelle et de l'emploi" (Waalse dienst voor beroepsopleiding en arbeidsbemiddeling) ;

      4. de centra voor socioprofessionele inschakeling;

      5. de instellingen die genieten van een specifieke erkenning in het kader van de thematische projectenoproep waarvan de Regering de modaliteiten bepaalt.

      De sociaal-professionele oriëntatie in de overeenkomst wordt georganiseerd door de Waalse dienst voor beroepsopleiding en arbeidsbemiddeling (Forem) en de centra waarvan de samenwerkingsmodaliteiten zijn vastgelegd in een...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT