Omzendbrief betreffende de Deontologische Code voor de regeringsleden, de 20 juin 2023

Artikel M.

Aan de leden van de federale regering

Mevrouw, Mijnheer de Minister/Staatssecretaris,

Tijdens zijn zitting van 16 juni 2023 heeft de Ministerraad zijn goedkeuring gehecht aan een Deontologische Code (hierna: de Code), die de richtlijnen, gewoonten en praktijken inzake deontologie en het ministerieel handelen vastlegt en aanvult in een indicatieve omzendbrief.

Deze Code geldt onverminderd alle geldende wettelijke bepalingen zoals:

- de wet van 6 augustus 1931 houdende vaststelling van de onverenigbaarheden en ontzeggingen betreffende de ministers, gewezen ministers en ministers van Staat, alsmede de leden en gewezen leden van de Wetgevende Kamers;

- de wet van 2 mei 1995 betreffende de verplichting om een lijst van mandaten, ambten en beroepen, alsmede een vermogensaangifte in te dienen;

- de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.

Deze Code wordt als bijlage bij deze omzendbrief gevoegd en zal in het Belgisch Staatsblad en op de website van de Kanselarij worden gepubliceerd.

BIJLAGE.

Art. N. Deontologische Code voor regeringsleden

Het doel van deze Code bestaat erin de deontologische grondbeginselen en de gedragsregels van de regeringsleden, alsook een aantal werkingsregels van de regering te verduidelijken en aan te vullen

Burgers moeten op de overheid kunnen vertrouwen. Het integer handelen van de regeringsleden, die een voorbeeldrol spelen in de maatschappij, is daarbij cruciaal.

Grondbeginselen

a) Algemeen belang: De regeringsleden staan ten dienste van alle geledingen van de Staat en handelen enkel in het algemeen belang en in het belang van de bevolking, die altijd voorrang hebben op elk privaat belang.

b) Gelijkheid: De regeringsleden staan zonder enige vorm van discriminatie ten dienste van alle burgers. In hun houding of gedrag geven zij geenszins blijk van vooroordelen en stereotypen.

c) Waardigheid: De regeringsleden gedragen zich in alle omstandigheden gepast, verantwoordelijk, en respectvol ten aanzien van personen en instellingen.

De regeringsleden hebben respect voor de waardigheid van alle personen en onthouden zich van elk fysiek, moreel en verbaal geweld, en in het bijzonder van elk seksistisch gedrag alsook van elke vorm van seksuele en morele intimidatie.

Gedragsregels

  1. Integriteit

    De regeringsleden handelen met respect voor het rechtmatig vertrouwen dat de burger in hen heeft. De integriteit van de regeringsleden houdt onder meer eerlijkheid, trouw, kiesheid, rechtschapenheid, billijkheid...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT