27 OKTOBER 2008. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques (1)
ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen, inzonderheid op artikel 4, eerste lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, inzonderheid op de artikelen 8, tweede lid, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 januari 2004 en 28 april 2008, en 11ter, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 april 2008;
Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg, inzonderheid op artikel 15;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 14 september 2008;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris voor Begroting van 20 oktober 2008;
Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de spilindex, zoals bedoeld in de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de Openbare Schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld, eind augustus 2008 werd overschreden, dat bijgevolg de lonen van de dienstencheque-werknemers dienen geïndexeerd te worden, dat de erkende ondernemingen zo vlug mogelijk over de nodige financiële middelen dienen te beschikken om deze loonsverhoging te kunnen betalen en dat derhalve de federale tegemoetkoming per dienstencheque onverwijld dient verhoogd te worden;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. In artikel 8, tweede...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI