13 JULI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen en hun diensten moeten worden nageleefd

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, inzonderheid op artikel 68, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 1997, bekrachtigd bij de wet van 12 december 1997;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen en hun diensten moeten worden nageleefd, bijlage, « Algemene normen die op al de inrichtingen toepasselijk zijn », « III. Organisatorische normen », inzonderheid op 2°, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 augustus 1987 en 15 februari 1999, op 12°, vervangen bij koninklijk besluit van 14 augustus 1987 en op 12°quater, ingevoegd bij koninklijk besluit van 14 augustus 1987;

Gelet op het advies van de Nationale Raad voor ziekenhuisvoorzieningen van 9 maart 2006;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 2 mei 2006;

Gelet op het advies 40.534/3 van de Raad van State, gegeven op 13 juni 2006 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Punt 2° van rubriek « III. Organisatorische normen » van onderdeel « Algemene normen die op al de inrichtingen toepasselijk zijn », gevoegd als bijlage bij het koninklijk besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen moeten worden nageleefd, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 augustus 1987 en 15 februari 1999, wordt vervangen als volgt :

2° In elk ziekenhuis dient de verantwoordelijkheid met betrekking tot de verpleegkundige activiteit, te worden toevertrouwd aan een gegradueerde verpleegkundige of vroedvrouw of een bachelor in de verpleegkunde of de vroedkunde als hoofd van het verpleegkundig departement. Hij heeft een bijkomende opleiding gevolgd van universitair niveau, master in de verpleegkunde en de vroedkunde of master in de gezondheidsvoorlichting en -bevordering.

Onverminderd de opdracht van de directeur van het ziekenhuis, zoals bedoeld in artikel 8, 2°, en in artikel 12 van de wet op de ziekenhuizen, werkt het hoofd van het verpleegkundig departement van het ziekenhuis mee aan de integratie van de verpleegkundige activiteit in het geheel van de activiteit van het ziekenhuis, en dit in nauw contact met de hoofdgeneesheer en de verantwoordelijken van de onderscheiden aspecten van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT