Ministerieel besluit van 5 juli 2022 tot wijziging van het ministerieel besluit van 15 maart 2013 tot vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten voor Belgen, de elektronische identiteitsdocumenten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar en de elektronische verblijfsdocumenten, afgeleverd aan de vreemdelingen die legaal op het grondgebied van het Rijk verblijven, om het tarief te bepalen van de verblijfstitels die worden afgeleverd aan de werknemers, onderdanen van derde landen, die binnen een onderneming worden overgeplaatst of het voorwerp uitmaken van lange-termijnmobiliteit in het kader van een overplaatsing binnen de onderneming, de 5 juillet 2022
Artikel 1. Artikel 1, 4°, van het ministerieel besluit van 15 maart 2013 tot vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten voor Belgen, de elektronische identiteitsdocumenten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar en de elektronische verblijfsdocumenten, afgeleverd aan de vreemdelingen die legaal op het grondgebied van het Rijk verblijven, vervangen bij het ministerieel besluit van 28 oktober 2019 en gewijzigd door het ministerieel besluit van 17 december 2021, wordt aangevuld met de bepalingen onder m) en n), luidende:
"m) de vergunning voor een binnen een onderneming overgeplaatste persoon, namelijk de verblijfstitel bedoeld in artikel 24, 4°, van het samenwerkingsakkoord van 6 december 2018, opgesteld conform het model in bijlage 60 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen;
n) de vergunning voor lange-termijnmobiliteit `ICT', namelijk de verblijfstitel bedoeld in artikel 24, 6°, van het samenwerkingsakkoord van 6 december 2018, opgesteld conform het model in bijlage 61 van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen."
Art. 2. In de bijlage van hetzelfde besluit, vervangen door het ministerieel besluit van 28 oktober 2019 en gewijzigd door het ministerieel besluit van 17 december 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
-
in het punt "A. Normale procedure", worden de woorden "bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, a) tot e)" vervangen door de woorden "bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, a) tot e), m) en n)";
-
aan het punt "C. Spoedprocedure met levering van de kaart en PIN/UK bij de gemeenten", worden de woorden "bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, a) tot e)" vervangen door de woorden "bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, a) tot e), m) en n)".
Art. 3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 16 december 2021.
Handtekening
Brussel, 5 juli 2022.
De Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing,
-
VERLINDEN
Aanhef
De Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing,
Gelet op de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten, artikel 6, § 8;
Gelet op...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI