Ministerieel besluit houdende de goedkeuring van het programma en het reglement van het jaarlijks vergelijkend examen tot rangschikking van de kandidaat-notarissen, de 11 janvier 2024

Artikel 1. Het programma van het vergelijkend jaarlijks examen tot rangschikking van kandidaat-notarissen, bedoeld in artikel 39, § 2, van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt, dat werd opgesteld door de verenigde benoemingscommissies van het notariaat dat als bijlage bij dit besluit is gevoegd, wordt goedgekeurd.

Art. 2. Het reglement van het vergelijkend jaarlijks examen tot rangschikking van kandidaat-notarissen, bedoeld in artikel 39, § 2, van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt, dat werd opgesteld door de verenigde benoemingscommissies van het notariaat dat als bijlage bij dit besluit is gevoegd, wordt goedgekeurd.

Art. 3. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

P. VAN TIGCHELT

BIJLAGE.

Art. N. Jaarlijks vergelijkend examen voor de rangschikking van kandidaat-notarissen

PROGRAMMA

A. De schriftelijke en mondelinge proeven van het vergelijkend examen zullen over de volgende onderwerpen handelen:

  1. het notarieel recht als dusdanig, met inbegrip van de deontologie en de notariële boekhouding;

  2. de volgende juridische materies met betrekking tot het notariaat:

    1. het personenrecht (natuurlijke en rechtspersonen), familierecht, familiaal vermogensrecht, goederenrecht, verbintenissenrecht, bijzondere overeenkomsten- en zekerhedenrecht;

    2. het handelsrecht, het recht van vennootschappen en verenigingen, het economisch recht en het financieel recht;

    3. het gerechtelijk recht;

    4. het publiek recht, het administratief recht, het vastgoedrecht en het milieurecht;

    5. het fiscaal recht;

    6. het agrarisch recht;

    7. het internationaal privaatrecht;

  3. de manier waarop de contacten met cliënten van een notariskantoor, het publiek in het algemeen, administraties, aanverwante beroepsbeoefenaars, alsmede confraters worden beheerd.

  4. de geschiktheid om:

    1. billijke en juridisch passende oplossingen voor te stellen;

    2. een notariskantoor te leiden, het werk erin te organiseren en de activiteiten die erin ontwikkeld worden te controleren;

    3. conflicten tussen cliënten van een notariskantoor, tussen deze laatsten en medewerkers van een notaris, alsmede tussen medewerkers onderling te voorkomen en op te lossen

    B. De schriftelijke proef bestaat uit vier evenwaardige onderdelen.

  5. Eerste onderdeel met te verbeteren akten of delen van akten,

  6. Tweede onderdeel met twee open of inhoudelijke vragen

  7. Derde onderdeel dat meerkeuzevragen, met meervoudige antwoorden, vragen waarop een bondig...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT