Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID - 19 te beperken, de 18 mars 2020

Artikel 1. § 1. De handelszaken en de winkels zijn gesloten, met uitzondering van:

- de voedingswinkels, met inbegrip van nachtwinkels;

- de dierenvoedingswinkels;

- de apotheken;

- de krantenwinkels;

- de tankstations en de leveranciers van brandstoffen;

- de kappers, die slechts één klant per keer mogen ontvangen in de zaak en dit op afspraak.

De nodige maatregelen moeten getroffen worden om de regels van social distancing te respecteren, in het bijzonder het behoud van een afstand van 1,5 meter tussen elke persoon. Deze maatregelen zijn van toepassing op alle activiteiten bedoeld in het besluit.

§ 2. De toegang tot grootwarenhuizen kan enkel plaatsvinden overeenkomstig de volgende modaliteiten:

- maximum 1 klant per 10 vierkante meter gedurende een periode van maximum 30 minuten;

- in de mate van het mogelijke wordt individueel gewinkeld.

Solden of kortingsacties zijn verboden.

§ 3. De voedingswinkels mogen uitsluitend van 7.00 uur tot 22.00 uur geopend zijn.

Nachtwinkels mogen geopend blijven vanaf het normale openingsuur tot 22u00.

§ 4. De markten zijn verboden, behalve voedselkramen die onontbeerlijk zijn voor de voedselvoorziening in gebieden die geen commerciële voedselinfrastructuren hebben.

§ 5. De inrichtingen die behoren tot de culturele, feestelijke, recreatieve, sportieve en horecasector worden gesloten. Het terrasmeubilair van de horecasector moet naar binnen gebracht worden.

In afwijking van het voorgaande lid mogen de hotels open blijven, met uitzondering van hun eventuele restaurant.

Levering van maaltijden en maaltijden om mee te nemen zijn toegestaan.

Art. 2. Telethuiswerk is verplicht bij alle niet essentiële bedrijven, welke grootte zij ook hebben, voor alle personeelsleden wiens functie zich ertoe leent.

Voor de functies waar telethuiswerk niet kan toegepast worden, moeten de bedrijven de nodige maatregelen nemen om de naleving van de regels van social distancing te garanderen, in het bijzonder het behoud van een afstand van 1,5 meter tussen elke persoon. Deze regel is eveneens van toepassing op het vervoer georganiseerd door de werkgever.

De niet essentiële bedrijven die in de onmogelijkheid zijn om voormelde maatregelen te respecteren moeten sluiten.

Art. 3. De bepalingen van artikel 2 zijn niet van toepassing op bedrijven van de cruciale sectoren en de essentiële diensten, zoals opgenomen in de bijlage bij huidig besluit.

Deze bedrijven en diensten zijn echter gehouden om, in de mate van het mogelijke, het systeem van telethuiswerk en de regels van social distancing toe te passen.

Art. 4. Het openbaar vervoer blijft behouden. Het dient op zo'n wijze georganiseerd worden teneinde de regels van social distancing te garanderen, in het bijzonder het behoud van een afstand van 1,5 meter tussen elke persoon.

Art. 5. Worden verboden:

- de samenscholingen;

- de privé- en publieke activiteiten van culturele, maatschappelijke, feestelijke, folkloristische, sportieve en recreatieve aard;

- de schooluitstappen en de activiteiten in het kader van jeugdbewegingen, op en vanaf het nationaal grondgebied;

- de activiteiten van de erediensten.

In afwijking van het eerste lid, worden toegestaan:

- activiteiten in intieme of familiale kring en begrafenisceremonies;

- Een buitenwandeling met de leden van de familie die onder hetzelfde dak wonen vergezeld met een andere persoon, de beoefening van een individuele fysieke activiteit of met de familieleden die onder hetzelfde dak wonen of telkens een zelfde vriend, dit alles met respect van een afstand van 1,5 meter tussen elke persoon.

Art. 6. De lessen en activiteiten in het kleuter-, lager en secundair onderwijs worden geschorst.

Opvang wordt echter verzekerd.

Hogescholen en universiteiten werken enkel via afstandsonderwijs.

Art. 7. Niet essentiële reizen vanuit België zijn verboden.

Art. 8. De personen zijn ertoe gehouden thuis te blijven. Het is verboden om zich op de openbare weg en in openbare plaatsen te bevinden, behalve in geval van noodzakelijkheid en omwille van dringende redenen zoals:

- zich te begeven van en naar de plaatsen waarvan de opening toegelaten is op basis van de artikelen 1 en 3;

- toegang te hebben tot bankautomaten en postkantoren;

- toegang te hebben tot medische zorgen;

- om bijstand en zorgen te voorzien voor oudere personen, voor minderjarigen, voor personen met een handicap en voor kwetsbare personen;

- het uitvoeren van de professionele verplaatsingen, met inbegrip van het woon-werkverkeer.

- Situaties bedoeld in artikel 5, alinea 2.

Art. 9. In het kader van de toepassing van de maatregelen voorgeschreven door dit besluit en voor zover de operationele behoeften het vereisen, worden de afwijkingen van de bepalingen betreffende de organisatie van de arbeids- en rusttijden voorgeschreven door Deel VI, Titel I van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten toegelaten voor de geldigheidsperiode van dit besluit.

Art. 10. § 1. Inbreuken op de bepalingen van de artikelen1, 5 en 8 worden beteugeld met de straffen bepaald door artikel 187 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid.

§ 2. De bedrijven, bedoeld in artikel 2, die, na het voorwerp geweest te zijn van een eerste vaststelling, nog steeds de verplichtingen inzake social distancing niet respecteren zullen het voorwerp uitmaken van een sluitingsmaatregel.

Art. 11. De...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT