Ministerieel besluit betreffende het overdragen van bevoegdheid van de Minister van Binnenlandse Zaken aan bepaalde overheden van de federale politie inzake de plaatsing en de uitvoering van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten en inzake het doen van diverse uitgaven en van ontvangsten, de 17 mars 2021

HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit en zijn bijlagen wordt verstaan onder:

  1. de minister: de Minister van Binnenlandse Zaken;

  2. de wet: de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten;

  3. de wet van 7 december 1998: de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;

  4. de wet defensie en veiligheid: de wet van 13 augustus 2011 inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied;

  5. het koninklijk besluit klassieke sectoren: het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren;

  6. het koninklijk besluit defensie en veiligheid: het koninklijk besluit van 23 januari 2012 plaatsing overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten op defensie- en veiligheidsgebied;

  7. het koninklijk besluit uitvoering: het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten;

  8. eenheid: elke algemene directie, directie, dienst of onderverdeling binnen de federale politie;

  9. ordonnateur: het diensthoofd en de sectiechefs van DRF Procurement, de directeur-generaal gerechtelijke politie en de titularissen van de ambten aangewezen door het directiecomité. Inzake overheidsopdrachten gebeurt deze aanwijzing door het directiecomité met het oog op het plaatsen en uitvoeren voor de eigen eenheid en het plaatsen van daaruit voortvloeiende bestellingen binnen de kredieten die deze zijn toegewezen en/of voor het opstellen van schuldvorderingen (vastgestelde rechten) en het laten vaststellen van de inning van de contante rechten;

  10. opdracht: de overheidsopdracht en elke overeenkomst, raamovereenkomst en prijsvraag omschreven in artikel 2 van de wet of in artikel 3 van de wet defensie en veiligheid;

  11. diverse uitgaven: de uitgaven die worden gedaan door de ordonnateurs, met uitzondering van deze in het raam van overheidsopdrachten zoals gedefinieerd in artikel 2 van de wet of in artikel 3 van de wet defensie en veiligheid, ten behoeve van de federale politie, zoals de uitgaven van internationale aard, de vergoeding van zaakschade, de schadevergoedingen en gerechtskosten, de kosten voor deelname aan cursussen, de kosten ter gelegenheid van zendingen in het buitenland, de medische en farmaceutische onkosten en de huurkosten voor onroerende goederen;

  12. aanvraag tot voorafgaand akkoord (AVA): document dat onder andere het voorwerp van de opdracht, de keuze van de plaatsingsmethode, de selectie- en de gunningscriteria alsook de budgettaire aanrekening vermeldt en waardoor de minister of de ordonnateur, al naargelang hun bevoegdheid, het aanvatten van de procedure goedkeurt na, indien vereist, het akkoord van de Inspectie van Fnanciën, het voorafgaand akkoord van de minister, het akkoord van de minister van Begroting of het akkoord van de Ministerraad verkregen te hebben;

  13. directiecomité: het directiecomité zoals bepaald in artikel 8bis van de wet van 7 december 1998.

    HOOFDSTUK II. - Overdracht van bevoegdheid inzake opdrachten voor werken, leveringen en diensten

    Afdeling 1. - Bepalingen toepasselijk op alle opdrachten.

    Art. 2. § 1. Een ordonnateur treedt op in naam en voor rekening van de Staat.

    Bovendien zal de ordonnateur:

  14. een goed financieel beheer verzekeren;

  15. instaan voor een interne controle en preventie voor de diensten die onder zijn verantwoordelijkheid vallen, bijvoorbeeld middels een functiescheiding van de verschillende taken;

  16. toezicht houden op de correcte en tijdige uitvoering van de verrichtingen;

  17. een overzicht bijhouden van de evolutie van de vastleggingen, de diverse verbintenissen en de verschillende kredieten.

    § 2. Een overdracht van bevoegdheid wordt verleend aan de ordonnateurs, binnen de perken van de bedragen vastgesteld in de bijlagen 1 tot 3 en met inachtneming van de wetgeving overheidsopdrachten en van de bepalingen van dit besluit. Het directiecomité bepaalt de uitvoeringsmodaliteiten van de overdracht van bevoegdheid aan de door het direché comité aangewezen ordonnateurs.

    De commissaris-generaal en de directeurs-generaal kunnen de bevoegdheid van de door het directiecomité aangewezen ordonnateurs die hen hiërarchisch ondergeschikt zijn, inperken bij hoogdringendheid, a posteriori bevestigd door het directiecomité.

    Het diensthoofd DRF Procurement kan in elk stadium van de procedure de bevoegdheid van zijn sectiechefs beperken of, bij eenvoudige mededeling, een dossier dat tot de bevoegdheid van de sectiechefs behoort, naar zich toe trekken.

    Bij afwezigheid of verhindering van de titularis van het ambt, wordt de vervanging geregeld overeenkomstig artikel 120, derde en vierde lid van de wet van 7 december 1998.

    § 3. Indien de bij dit besluit verleende maximale delegatiedrempels worden overschreden, vallen de beslissingen over de plaatsing en de uitvoering van overheidsopdrachten onder de bevoegdheid van de minister.

    § 4. Dit artikel is eveneens van toepassing op de hoofdstukken III en IV van dit besluit.

    Art. 3. Onverminderd het voorafgaand advies van de Inspectie van Financiën en het voorafgaand toezicht van de Ministerraad en voor zover de minister vooraf het voorwerp van de overheidsopdracht heeft goedgekeurd, omvat de overdracht van bevoegdheid aan de ordonnateurs bedoeld in bijlage 1:

  18. het voorbereiden van de opdracht binnen de perken van de bedragen van bijlage 1;

  19. het goedkeuren van de AVA met inbegrip van het kiezen van de plaatsingsmethode van de opdracht binnen de perken van de bedragen van bijlage 1;

  20. het goedkeuren van de opdrachtdocumenten en het inzetten van de procedure binnen de perken van de bedragen van bijlage 1;

  21. het aanwijzen van de dienst belast met de evaluatie en van de dienst of van de leidende ambtenaar belast met de leiding van en het toezicht op de uitvoering van de opdrachten;

  22. de selectie van de kandidaten voor een opdracht binnen de perken van de bedragen van bijlage 1;

  23. het al dan niet gunnen van de opdracht binnen de perken van de bedragen van bijlage 1;

  24. de beslissing om de opdracht al dan niet te sluiten, de ondertekening, al dan niet elektronisch, van de notificatiebrief of van de overeenkomst binnen de perken van de bedragen van bijlage 1 en waarbij de boekhoudkundige vastlegging steeds de juridische vastlegging voorafgaat;

  25. het uitvoeren van de door de ordonnateur zelf gegunde opdracht, inzonderheid:

    1. onverminderd artikel 38/4 van het koninklijk besluit uitvoering, de wijziging van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT