Besluit van de Waalse Regering betreffende de ministeriële kabinetten van de Waalse Regering (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf en tekstbijwerking tot, de 17 juillet 2009

http://www.juridat.be"/cgi_loi/arch_a.pl?N=&=&sql=(text+contains+(''))&rech=1&language=nl&tri=dd+AS+RANK&numero=1&table_name=wet&cn=2009071712&caller=archive&fromtab=wet&la=N&ver_arch=001"

Afdeling 1. - Bevoegdheden

Artikel 1. § 1. De bevoegdheden van de ministeriële kabinetten zijn vastgelegd als volgt : de aangelegenheden die van invloed zouden kunnen zijn op het algemeen regeringsbeleid of de parlementaire werkzaamheden, het onderzoek en de studies die het persoonlijk werk van de ministers kunnen vereenvoudigen, de presentatie van de dossiers van het bestuur, eventueel het secretariaat van de minister, de ontvangst en het openen van diens persoonlijke briefwisseling, de particuliere briefwisseling, de verzoeken om een onderhoud, het persoverzicht.

§ 2. Er zal continu overleg gepleegd worden tussen het ministeriële kabinet en de verantwoordelijken van het bestuur, de paragewestelijke en andere overheidsinstellingen in verband met beleidsvoorbereiding en -uitvoering.

§ 3. Een omzendbrief van de Waalse Regering bepaalt en harmoniseert de toe te passen procedures, o.a. inzake het beheer en de werking van de ministeriële kabinetten.

§ 4. Een huishoudelijk reglement, dat op alle medewerkers van het ministerieel kabinet toepasselijk is, voorziet in de werkingsregels.

Afdeling 2. - Samenwerkingsverbanden met de Regering van de Franse Gemeenschap

Art. 2. § 1. Met het oog op een optimaal beheer van de menselijke hulpkrachten die hen ter beschikking gesteld worden, bepalen de Ministers die tegelijkertijd binnen de Regering van het Waalse Gewest en binnen de Regering van de Franse Gemeenschap zitting hebben, de organisatie en de werkplaats van de personeelsleden van hun kabinetten.

§ 2. Met het oog op besparingen van werkingskosten en schaaleffecten, bepalen ze ook de voorwaarden voor het gebruik en de verdeling van de logistieke middelen waarover ze beschikken.

§ 3. De budgettaire last van de logistieke middelen i.v.m. de functie van een personeelslid wordt toegerekend op de onderhoudskredieten voor het kabinet dat zijn bezoldiging voor zijn rekening neemt.

Afdeling 3. - Samenstelling

Art. 3. § 1. Het kabinet van een minister mag bestaan uit 41 personeelsleden, 55,5 voor een Vice-President en 68,25 voor de Minister-President, waaronder :

- leden van niveau 1;

- medewerkers van niveau 2+, 2 of 3.

Onder de leden van niveau 1 kan het kabinet van een Minister één kabinetschef en de kabinetten van de Vice-President en van de Minister-President twee kabinetschefs tellen.

De functies van adjunct-kabinetschef, kabinetssecretaris, adviseur en attaché worden door de leden van niveau 1 uitgeoefend.

De functies van particulier secretaris en van buitengewoon rekenplichtige worden uitgeoefend door de medewerkers of de leden van niveau 1. Het kabinet van een Minister mag maximum 5 chauffeurs tellen en de kabinetten van de Vice-Presidenten en van de Minister-President maximum 6.

§ 2. Elke Minister kan één of meerdere personeelsleden van zijn kabinet samen met de desbetreffende begrotingsmiddelen overplaatsen naar het kabinet van een andere Minister. Een afschrift van het overplaatsingsbesluit wordt overgemaakt aan de Minister-President en aan het " Secrétariat pour l'aide à la gestion et au contrôle internes des Cabinets (SePAC) " (Vaste hulpdienst voor administratieve en geldelijke aangelegenheden) bedoeld in artikel 6 van dit besluit.

§ 3. Als het onderhoud van de lokalen van het kabinet niet aan een particuliere firma toevertrouwd wordt, kunnen daartoe, binnen de perken van de begrotingskredieten van het kabinet, personeelsleden buiten de toegestane personeelsformatie worden geworven naar rato van één personeelslid voor tien lokalen.

§ 4. Een personeelslid van het kabinet kan in dienst worden genomen in de privé-woning van de Minister.

Art. 4. § 1. Binnen de perken van de begrotingskredieten van elk kabinet mag buiten de toegestane personeelsformatie maximum één voltijds equivalent/jaar in dienst genomen worden, verdeeld over één of meer deskundigen.

Dat aantal wordt op 1,5 voltijds equivalent/jaar voor de Vice-Presidenten en op 2 voltijds equivalent/jaar voor de Minister-President gebracht.

§ 2. Binnen de perken van de begrotingskredieten van elk kabinet mag gedurende de krachtens de geldende regelgeving toegestane periodes overgegaan worden tot de indienstneming van studenten naar rato van maximum 1 voltijds equivalent/jaar.

De bezoldiging van de studenten is vastgelegd als volgt :

- op euro 13.257,38 voor de studenten die op de datum van hun indiensttreding houder zijn van het getuigschrift van het lager secundair onderwijs of van een hiermee gelijkgesteld diploma;

- op euro 13.668,39 voor de studenten die op de datum van hun indiensttreding houder zijn van het getuigschrift van het hoger secundair onderwijs of van een hiermee gelijkgesteld diploma.

Het aantal studenten die in aanmerking kunnen komen voor het bezoldigingsbedrag van euro 13.668,39 wordt beperkt tot maximum 50 % van het totaal aantal studenten die gedurende de referentieperiode geworven mogen worden.

Art. 5. § 1. De secretaris van de Regering wordt door de Regering met de rang van kabinetschef benoemd indien de functie niet uitgeoefend wordt door één van de kabinetschefs van de Minister-President.

§ 2. Hij wordt in zijn opdrachten bijgestaan door 11 personeelsleden die door de Minister-President aangewezen worden, namelijk :

- 5 leden van niveau 1;

- 6 medewerkers van niveau 2+, 2 of 3.

§ 3. De centralisatie van de activiteiten en de samenwerkingsverbaden inzake werking en organisatie met de dienst van de Secretaris van de Regering van de Franse Gemeenschap liggen vast in een akkoordprotocol.

Art. 6. § 1. De aan alle kabinetssecretariaten gemeenschappelijke opdrachten worden onder elkaar verdeeld en toevertrouwd aan een specifieke cel, met name het " Secrétariat pour l'aide à la gestion et au contrôle internes des Cabinets (SePAC) ".

Die opdrachten worden nader bepaald in de omzendbrief bedoeld in artikel 1, § 3.

Voornoemde cel is gevestigd in Namen. Ze werkt los van de ministeriële kabinetten en staat onder het functionele gezag van de Minister-President.

§ 2. De " SePAC " is samengesteld uit 13 personeelsleden die door de Regering benoemd worden, namelijk :

- 3 leden van niveau 1, waarvan één de directie van de cel waarneemt;

- 10 medewerkers van niveau 2+, 2 of 3.

Binnen de perken van de aan de " SEPAC " toegekende begrotingskredieten kan de Regering op voorstel van de Minister-President buiten de toegestane personeelsformatie hoogstens 0,5 voltijds equivalent/jaar aanwijzen, verdeeld onder één of meerdere deskundigen voor punctuele of specifieke opdrachten.

Een gewoon en een buitengewoon rekenplichtige worden aangewezen onder het personeel bedoeld in het eerste lid. Ze genieten dezelfde toelagen en vergoedingen als de personeelsleden van de kabinetten die gelijkwaardige functies uitoefenen.

§ 3. De centralisatie van de activiteiten en de samenwerkingsverbanden inzake werking en organisatie met de specifieke cel " Secrétariat pour l'aide à la gestion et au contrôle internes des Cabinets (SePAC) " van de Regering van de Franse Gemeenschap liggen vast in een akkoordprotocol.

Art. 7. Er mag niet afgeweken worden van de artikelen 3, 4, 5 en 6, behalve met de instemming van de Regering.

Afdeling 4. - Benoemingen en werking

...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT