5 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 januari 2006 houdende de minimumvoorwaarden van contracten tot levering van huisbrandolie met spreiding van betaling aangeboden door geregistreerde handelaren

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 108 van de Grondwet;

Gelet op de wet van 27 december 2005 houdende diverse bepalingen, inzonderheid op de artikelen 37, eerste lid, 38 en 39, eerste lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 januari 2006 houdende de minimumvoorwaarden van contracten tot levering van huisbrandolie met spreiding van betaling aangeboden door geregistreerde handelaren;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 13 september 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 25 september 2006;

Overwegende dat de betrokken beroepsverenigingen van de sector zich ervan bewust zijn dat gespreide betalingen er toe bijdragen om de impact van de hoge olieprijzen op het gezinsbudget te temperen en hebben toegezegd om, via de hen geëigende kanalen een actieve bewustwordingscampagne in verband met gespreide betalingen, zowel naar hun leden als naar de gebruiker uit te werken;

Overwegende dat de sector zich engageert om zich positief op te stellen ten opzichte van nieuwe gebruikers van huisbrandolie (nieuwbouw, gebruikers die overstappen van andere verwarmingsbrandstoffen naar huisbrandolie) en, waar mogelijk, een voorschot van maximum 25 % van de factuurprijs voor de eerste levering te vragen, voor zoverre deze levering maximaal 2 000 liter bedraagt;

Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door het feit dit koninklijk besluit de minimumvoorwaarden voor de contracten tot levering van huisbrandolie met spreiding van betaling wijzigt;

dat de handelaren hun bestaande contracten dienen aan te passen aan deze voorwaarden;

dat het stookseizoen zeer binnenkort een aanvang neemt;

dat de Regering wenst dat de gebruikers vanaf het begin van de stookolieperiode van deze gewijzigde regeling gebruik kunnen maken;

dat het bijgevolg dringend noodzakelijk is onderhavig besluit te nemen;

Gelet op het advies 41.363/3 van de Raad van State, gegeven op 26 september 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Economie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers,

Hebben...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT