9 FEBRUARI 1998. - Wet houdende instemming met de Euro-mediterrane Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lid-Staten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, Bijlagen 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7, Protocollen 1, 2, 3, 4 en 5, en Slotakte, gedaan te Brussel op 26 februari 1996 (1) (2)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld als in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2. De Euro-mediterrane Overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lid-Staten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, Bijlagen 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7, Protocollen 1, 2, 3, 4 en 5, en Slotakte, gedaan te Brussel op 26 februari 1996, zullen volkomen uitwerking hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 9 februari 1998.

ALBERT

Van Koningswege :

De Minister van Buitenlandse Zaken,

E. DERYCKE

Met 's Lands zegel gezegeld :

De Minister van Justitie,

S. DE CLERCK

_______

Nota

(1) Zittingen 1996-1997.

Senaat

Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 24 juni 1997, nr. 1-681/1.

Zittingen 1997-1998.

Senaat

Documenten. - Verslag, nr. 1-681/2. - Tekst aangenomen in Commissie, nr. 1-681/3.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en Stemming. Vergadering van 4 december 1997.

Kamer

Documenten. - Tekst overgezonden door de Senaat, nr. 1323/1.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking en stemming. Vergadering van 18 december 1997.

(2) Zie Decreet van de Vlaamse Gemeenschap/het Vlaams Gewest van 31 maart 1998 (Belgisch Staatsblad van 9 mei 1998), Decreet van de Franse Gemeenschap van 22 december 1997 (Belgisch Staatsblad van 15 augustus 1998), Decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 20 oktober 1997 (Belgisch Staatsblad van 14 januari 1998), Decreet van het Waalse Gewest van 23 oktober 1997 (Belgisch Staatsblad van 30 oktober 1997), Ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 5 december 1996 (Belgisch Staatsblad van 31 december 1996) en Ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 10 december 1998.

EURO-MEDITERRANE OVEREENKOMST WAARBIJ EEN ASSOCIATIE TOT STAND WORDT GEBRACHT TUSSEN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN EN HUN LID-STATEN, ENERZIJDS, EN HET KONINKRIJK MAROKKO, ANDERZIJDS

HET KONINKRIJK BELGIE,

HET KONINKRIJK DENEMARKEN,

DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND,

DE HELLEENSE REPUBLIEK,

HET KONINKRIJK SPANJE,

DE FRANSE REPUBLIEK,

IERLAND,

DE ITALIAANSE REPUBLIEK,

HET GROOTHERTOGODOM LUXEMBURG,

HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN,

DE REPUBLIEK OOSTENRIJK,

DE PORTUGESE REPUBLIEK,

DE REPUBLIEK FINLAND,

HET KONINKRIJK ZWEDEN,

HET VERENIGD KONINKRIJK VAN GROOT-BRITTANNIE EN NOORD-IERLAND,

Verdragsluitende partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal,

hierna "Lid-Staten" te noemen, en

DE EUROPESE GEMEENSCHAP,

DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR KOLEN EN STAAL,

hierna "de Gemeenschap" te noemen, enerzijds, en

HET KONINKRIJK MAROKKO,

hierna "Marokko" te noemen, anderzijds,

GELET OP de nabijheid en de onderlinge afhankelijkheid van de Gemeenschap, haar Lid-Staten en het Koninkrijk Marokko, gebaseerd op de historische banden en hun gemeenschappelijke waarden;

OVERWEGENDE dat de Gemeenschap, de Lid-Staten en Marokko deze banden wensen te versterken en duurzame betrekkingen op basis van wederkerigheid, solidariteit, partnerschap en gezamenlijke ontwikkeling tot stand wensen te brengen;

GELET OP het belang dat de partijen hechten aan de eerbiediging van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties, en in het bijzonder aan de eerbiediging van de mensenrechten en de politieke en economische vrijheden waarop de Associatie is gegrondvest;

GELET OP de politieke en economische ontwikkelingen van de laatstejaren op het Europese continent en in Marokko en de gezamenlijke verantwoordelijkheden die daaruit voortvloeien op het gebied van de stabiliteit, de veiligheid en de welvaart van het gehele Euro-mediterrane gebied;

GELET OP de belangrijke vorderingen van Marokko en het Marokkaanse volk bij de verwezenlijking van hun doelstellingen van volledige integratie van de Marokkaanse economie in de wereldeconomie en deelname aan de gemeenschap van democratische landen;

ZICH BEWUST VAN het belang van de betrekkingen in de algemene Euro-mediterrane context, enerzijds, en van de doelstelling van integratie van de Maghreb-landen, anderzijds;

VERLANGENDE de doelstellingen van deze associatie geheel te verwezenlijken door middel van de desbetreffende bepalingen van deze Overeenkomst, ten einde het niveau van economische en sociale ontwikkeling van de Gemeenschap en dat van Marokko dichter bij elkaar te brengen;

ZICH BEWUST VAN het belang van deze overeenkomst, die berust op wederkerigheid van belangen, wederzijdse concessies, samenwerking en dialoog;

VERLANGENDE een politiek overleg over bilaterale en internationale kwesties van wederzijds belang in te stellen en te verdiepen;

REKENING HOUDEND MET de bereidheid van de Gemeenschap Marokko aanzienlijke steun te verlenen in zijn streven naar hervorming en aanpassing op economisch vlak en naar sociale ontwikkeling;

GELET OP de keuze van zowel de Gemeenschap als Marokko voor vrijhandel in overeenstemming met de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel (GATT), zoals deze in de Uruguay-Ronde tot stand is gebracht;

VERLANGENDE een samenwerking in te stellen die steunt op een regelmatige dialoog op economisch, sociaal en cultureel gebied, met het oog op een beter wederzijds begrip;

OVERTUIGD dat deze Overeenkomst een geschikt kader vormt voor de ontplooiing van een partnerschap dat is gebaseerd op particulier initiatief, de historische keuze van zowel de Gemeenschap als het Koninkrijk Marokko, en een gunstig klimaat schept voor de ontwikkeling van hun economische en commerciële betrekkingen en voor investeringen, een onontbeerlijke factor voor de ondersteuning van economische herstructurering en technologische modernisering,

ZIJN ALS VOLGT OVEREENGEKOMEN :

ARTIKEL 1

1. Er wordt een associatie tot stand gebracht tussen de Gemeenschap en haar Lid-Staten, enerzijds, en Marokko anderzijds.

2. Deze associatie heeft ten doel :

- een passend kader tot stand te brengen voor de politieke dialoog tussen de partijen met het oog op het versterken van hun betrekkingen op alle terreinen die zij in het kader van een dergelijke dialoog van belang achten;

- de voorwaarden vast te leggen voor de geleidelijke liberalisering van het goederen-, diensten- en kapitaalverkeer;

- het bevorderen van de handel en van evenwichtige sociale en economische betrekkingen tussen de partijen, met name door middel van dialoog en samenwerking, ten einde de ontwikkeling en de welvaart van Marokko en de Marokkaanse bevolking te bevorderen;

- het aanmoedigen van de Maghrebijnse integratie door bevordering van de handel en samenwerking tussen Marokko en de landen in de regio;

- het bevorderen van de samenwerking op economisch, sociaal, cultureel en financieel gebied.

ARTIKEL 2

De eerbiediging van de democratische beginselen en de fundamentele rechten van de mens, zoals neergelegd in de universele verklaring van de rechten van de mens, vormt de grondslag van het binnen- en buitenlands beleid van de Gemeenschap en Marokko en is een wezenlijk onderdeel van deze Overeenkomst.

TITEL I

POLITIEKE DIALOOG

ARTIKEL 3

1. Er wordt een regelmatige politieke dialoog tussen de partijen ingesteld. Via deze dialoog kunnen tussen de partners duurzame, op solidariteit gebaseerde betrekkingen worden ingesteld, die zullen bijdragen aan de welvaart, de stabiliteit en de veiligheid van het Middellandse-Zeegebied en een klimaat van begrip en tolerantie tussen culturen zullen scheppen.

2. Doelstellingen van de dialoog en de politieke samenwerking zijn met name :

  1. de partijen nader tot elkaar te brengen door het ontwikkelen van beter wederzijds begrip en door regelmatig overleg over internationale vraagstukken van wederzijds belang;

  2. elke partij in staat te stellen het standpunt en de belangen van de andere partij in overweging te nemen;

  3. te werken aan de handhaving van de veiligheid en de stabiliteit in het Middellandse-Zeegebied en in de Maghreb in het bijzonder;

  4. het uitwerken van gemeenschappelijke initiatieven.

    ARTIKEL 4

    De politieke dialoog heeft betrekking op alle onderwerpen van wederzijds belang en met name op de noodzakelijke voorwaarden voor het waarborgen van vrede, veiligheid en regionale ontwikkeling door het bevorderen van de samenwerking, met name binnen de Maghreb.

    ARTIKEL 5

    De politieke dialoog wordt regelmatig en telkens wanneer nodig gehouden, en met name :

  5. op ministerieel niveau, voornamelijk in het kader van de Associatieraad;

  6. op het niveau van hoge functionarissen die Marokko vertegenwoordigen, enerzijds, en het Voorzitterschap van de Raad en de Commissie, anderzijds;

  7. met optimale gebruikmaking van de diplomatieke kanalen, in het bijzonder door middel van regelmatige briefings, overleg ter gelegenheid van internationale vergaderingen en contacten tussen diplomatieke vertegenwoordigers in derde landen;

  8. zo nodig met gebruikmaking van alle andere middelen die kunnen bijdragen tot de intensivering en doelmatigheid van deze dialoog.

    TITEL II

    VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN

    ARTIKEL 6

    De Gemeenschap en Marokko brengen in de loop van een overgangsperiode van ten hoogste 12 jaar, te beginnen bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst, geleidelijk een vrijhandelszone tot stand, overeenkomstig de hierna omschreven bepalingen en in overeenstemming met de bepalingen van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel van 1994 en andere multilaterale overeenkomsten inzake de handel in goederen die opgenomen zijn in bijlagen bij de Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), hierna "GATT" te noemen.

    HOOFDSTUK I

    INDUSTRIEPRODUKTEN

    ARTIKEL 7

    De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van toepassing op produkten van oorsprong uit de Gemeenschap en Marokko, met uitzondering van de in bijlage II van het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT