31 JANUARI 2013. - Koninklijk besluit tot vervanging van de bijlage bij het koninklijk besluit van 9 januari 2003 houdende modaliteiten voor de wettelijke medewerkingsplicht bij gerechtelijke vorderingen met betrekking tot elektronische communicatie

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Dit koninklijk besluit heeft tot doel de tarieven bepaald in de bijlage bij het koninklijk besluit van 9 januari 2003 houdende modaliteiten voor de wettelijke medewerkingsplicht bij gerechtelijke vorderingen met betrekking tot elektronische communicatie aan te passen aan de beslissingen van het begrotingsconclaaf van 2012. De Ministerraad besliste toen immers dat « de Minister van Justitie en de minister bevoegd voor telecommunicatie een voorstel uitwerken om de gerechtskosten verbonden aan de telefonie te minimaliseren ».

Het is algemeen bekend dat de gerechtskosten jaar na jaar blijven stijgen, en dat het aandeel van de telefoniekosten hierin ook stijgt. Enkele cijfers uit het rapport « Gerechtskosten in strafzaken. Uitgaven 2011 » van de Commissie voor de Modernisering van de Rechterlijke Orde kunnen dit illustreren.

In de loop van 2011 heeft het departement Justitie een totaalsom van 111.081.019 euro uitgegeven aan gerechtskosten. Dit komt neer op een stijging van 4.349.593 euro in vergelijking met 2010. In de periode sinds 2000 is het de eerste keer dat de grens van 110 miljoen euro werd overschreden. Dit globaal bedrag bevat voor 25.495.674,66 euro aan telefoniefacturen, ofwel 24 % van de totale gerechtskosten. In dit bedrag zit wel een gedeelte betalingsachterstand van 2010, maar tegelijk werd een nieuwe achterstand opgebouwd, aangezien niet alle facturen van 2011 al betaald zijn. Deze achterstand wordt geraamd op 2,74 miljoen euro, en weegt op de begroting van 2012.

De regering is zich ervan bewust dat bij koninklijk besluit van 8 februari 2011 de tarieven al een eerste maal werden verminderd. Door de halvering van drie tarieven in de bijlage bij het koninklijk besluit van 2003, werd een vermindering van de kosten beoogd van 30 %. Dit koninklijk besluit, dat in werking getreden is in maart 2011 lijkt zijn vruchten af te werpen. De operatoren hebben in 2010 immers een totaalbedrag van 16.707.009 euro aangerekend, terwijl dat in 2011 slechts 12.951.258 bedroeg. De facturering is dus met ongeveer 22 % gedaald.

Bovenstaande cijfers bewijzen echter ook dat de daling niet de beoogde 30 % heeft bereikt, en bovendien blijven de kosten in vergelijking met het buitenland nog relatief hoog.

Onder de vorige legislatuur heeft het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie (BIPT), na een openbare raadpleging georganiseerd in april 2010 met als doel inzicht te krijgen in de oorsprong van de hoge kosten die aan justitie worden gefactureerd en de voornaamste te ondernemen acties te bepalen, een bestek opgesteld en een consultant geselecteerd in overleg met en op verzoek van het Nationaal Overlegplatform Telecommunicatie (NOT). Deze consultant heeft als taak de tarieven in de bijlage bij het koninklijk besluit van 9 januari 2003 zo objectief mogelijk te berekenen op basis van een kostenmodel. Dat kostenmodel wordt opgesteld op basis van een verzoek van de ministers van Justitie en van Economie tijdens de vorige legislatuur.

De regering meent echter dat, gezien de economische crisis en de vele besparingen die ondernomen moeten worden om de Belgische begroting op orde te houden, het aangewezen is nu al een nieuwe verlaging van de tarieven door te voeren. Bovendien zal door het koninklijk besluit van 8 februari 2011 ook een nieuwe factor spelen : het internet of meer in het bijzonder het gebruik van het internet om te telefoneren. Internet, WIFI en 3G komen steeds meer op het voorplan om te communiceren, en verwacht wordt dat deze communicatiemiddelen meer en meer het voorwerp zullen uitmaken van vorderingen vanwege de gerechtelijke overheden. Het is dan ook de betrachting van de regering om tot een globale vermindering van 50 % van de tarieven te komen. Daarvoor worden nu alle tarieven opgenomen in de bijlage bij het koninklijk besluit van 2003 gehalveerd, met uitzondering van de tarieven die al door het koninklijk besluit van 8 februari 2011 gehalveerd werden. Weliswaar worden de bedragen ook afgerond naar boven, dit om de facturatie en de controle van de facturatie te vergemakkelijken. De vermindering van de tarieven is hetzelfde voor alle operatoren en dienstenverstrekkers, die op basis van de artikelen 46bis, 88bis en 90quater van het Wetboek van strafvordering verplicht zijn hun medewerking te verlenen aan de door deze artikelen beoogde maatregelen.

Als de resultaten van de consultancyopdracht die onder de vorige legislatuur aan het BIPT werd toevertrouwd bekend zijn, is het niet uitgesloten dat zij doen blijken dat bepaalde tarieven, naargelang van de categorieën, verlaagd kunnen worden met meer of minder dan de helft van de huidige tarieven. De Minister van Justitie en de Minister van Economie zullen deze resultaten bestuderen en zo nodig de nodige actie ondernemen om de tarieven verder aan te passen. In ieder geval moet er op termijn een inzicht verkregen worden op de werkelijke kosten die de operatoren en dienstenverstrekkers moeten maken om aan de verplichting tot medewerking te voldoen.

Tegelijk wordt verder werk gemaakt van structurele maatregelen die de medewerking van de operatoren en dienstenverstrekkers met justitie efficiënter moeten maken. Zo moet werk...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT