13 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het ontwerp van besluit waarvan wij de eer hebben het voor te leggen ter ondertekening van Uwe Majesteit beoogt de wijziging van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in non-profitsector.

Deze wijziging heeft tot doel enerzijds uitvoering te geven aan de besluiten van de Werkgelegenheidsconferentie van oktober 2003 en de begrotingsopmaak 2004 en anderzijds een aantal wijzigingen aan te brengen aan de regeling betreffende de Sociale Maribel onder meer om rekening te houden met de resultaten van het onderzoek van de stelsels van verminderingen van sociale zekerheidsbijdragen die in de sector van de beschutte werkplaatsen van toepassing zijn.

Artikel 1, 1° bepaalt dat de werknemers op wie de doelgroepvermindering van toepassing is bedoeld in Hoofdstuk III van Titel III van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen of bedoeld in artikel 58, 59, 62, 64, 64bis, 67, 68 en 69 van het koninklijk besluit van 16 mei 2003, voor de toepassing van dit besluit niet beschouwd worden als werknemer die ten minste halftijds tewerkgesteld is. Zodoende worden de SINE-werknemers, activabanen en doorstromingsbanen met ingang van 1 juli 2004 uit het toepassingsgebied van de sociale Maribel gehaald.

Artikel 1, 2° en 4° en artikel 2 bevatten de bepalingen die volgen uit de conclusies die werden getroffen in het dossier van de beschutte werkplaatsen.

Artikel 1, 2°, heeft als effect dat de afwijkende bepaling die thans geldt voor de beschutte werkplaatsen, namelijk dat werknemers die ten minste voor 22 % zijn tewerkgesteld het recht openen op de bijdragevermindering sociale Maribel, daar waar voor de andere sectoren de vereiste van een halftijdse tewerkstelling geldt, wordt opgeheven.

Artikel 1, 3°, bepaalt het bedrag van de bijdragevermindering Sociale Maribel met ingang van 1 juli 2004, dus rekening houdend met de bijkomende enveloppe van 37,5 miljoen euro. Ze wordt bepaald op 332 euro. De reeds bestaande bijdragevermindering (288,18 euro) wordt dan verhoogd met 43,82 euro. Dit laatste bedrag wordt bekomen door het totale beschikbare budget voor de verhoging van de bijdragevermindering (37,5 miljoen euro) te delen door het totaal aantal werknemers dat het recht opent op Sociale Maribel.

Artikel 1, 4° sluit de beschutte werkplaatsen uit uit het toepassingsgebied van artikel 2 van het koninklijk besluit van 18 juli 2002.

Artikel 2 voegt aan het koninklijk besluit van 18 juli 2002 een artikel 2bis toe dat specifiek betrekking heeft op de beschutte werkplaatsen. Voor elke periode waarin een werknemer ten minste voor 33 % tewerkgesteld is in een beschutte werkplaats onder de voorwaarden van artikel 1 van het besluit van 18 juli 2002, opent deze het recht op sociale Maribel. Er wordt tevens gepreciseerd dat de berekeningswijze die van toepassing is voor het bepalen van de "halftijdse tewerkstelling" ook gebruikt wordt voor de beschutte werkplaatsen, met dien verstande dat halftijds vervangen wordt door 33 % . Hier wordt gebruikgemaakt van een berekeningswijze al toegepast door de RSZ in een andere reglementering met betrekking tot de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT