Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de legitimatiekaarten van de personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid die belast zijn met inspectie- of controlebevoegdheden., de 10 juillet 2008

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid, die onder het toepassingsgebied van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid vallen, en die belast zijn met inspectie- of controlebevoegdheden.

In dit besluit en de uitvoeringsbesluiten ervan wordt verstaan onder :

  1. inspectie- of controlebevoegdheid : bevoegdheid tot het uitoefenen van toezicht of controle op de toepassing van bepaalde regelgeving en de uitvoeringsbesluiten ervan;

  2. entiteit, raad of instelling : de entiteit, raad of instelling, vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid.

    Art. 2. Het hoofd van de entiteit, raad of instelling reikt aan de personeelsleden, vermeld in artikel 1, een legitimatiekaart uit.

    Art. 3. De legitimatiekaart vertoont de volgende kenmerken :

  3. de legitimatiekaart is 85 mm breed en 54 mm hoog;

  4. de legitimatiekaart is een plastic kaart en met afgeronde hoeken.

    Art. 4. De legitimatiekaart bevat ten minste volgende vermeldingen :

  5. op de voorzijde :

    1. het opschrift "legitimatiekaart";

    2. het logo van de Vlaamse overheid;

    3. links : een pasfoto van de houder met een minimumgrootte van 20 mm op 30 mm, voorzien van het zegel van de Vlaamse overheid;

    4. rechts : de identificatiegegevens van de houder (voornaam, achternaam, functie en entiteit, raad of instelling) en in voorkomend geval ook dat de houder van de kaart de hoedanigheid heeft van agent of officier van de gerechtelijke politie, of hulpofficier procureur des Konings;

    5. in voorkomend geval dat de politiediensten verzocht kunnen worden de houder van de kaart hulp en bescherming te bieden bij het uitoefenen van zijn bevoegdheid;

  6. op de achterzijde :

    1. "Toezichthouder op" en de verwijzing naar de reglementering waarbij de houder belast wordt met de inspectie- of controlebevoegdheid, vermeld in artikel 1;

      Als de reglementering waaraan de houder zijn inspectie- of controlebevoegdheid ontleent, te omvangrijk is, kan de vermelding van de reglementering worden vervangen door een globale omschrijving van de inspectie- of controlebevoegdheid;

    2. "Deze kaart is geldig tot :" en de vervaldatum;

    3. de handtekening van het hoofd van de entiteit, raad of instelling, de voornaam, de achternaam en de functie van het hoofd van de entiteit, raad of instelling en de naam van de entiteit, raad of instelling.

      Art. 5. De legitimatiekaart is maximaal tien jaar geldig.

      Art. 6. § 1. De legitimatiekaart wordt teruggegeven aan het hoofd van de entiteit, raad of instelling, of aan een andere persoon die aangesteld is door het hoofd van de entiteit, raad of instelling, als :

  7. de kaart beschadigd is;

  8. een of meer gegevens op de kaart gewijzigd zijn of de foto geen gelijkenis meer vertoont met de houder;

  9. de houder geschorst is;

  10. de houder niet meer belast is met de inspectie- of controlebevoegdheid;

  11. de vervaldatum verstreken is.

    § 2. Het verlies of de vernietiging van de legitimatiekaart wordt onmiddellijk gemeld aan het hoofd van de entiteit, raad of instelling, of aan een andere persoon die aangesteld is door het hoofd van de entiteit, raad of instelling.

    § 3. De houder krijgt een nieuwe kaart in de gevallen, vermeld in § 1, 1° en 2°, en in het geval, vermeld in § 2. In de gevallen, vermeld in § 1, 3° en 4°, wordt de kaart aan de houder teruggegeven zodra hij de inspectie- of controlebevoegdheid opnieuw uitoefent.

    § 4. Als de kaart wordt teruggevonden na de hernieuwing, wordt ze onmiddellijk aan het hoofd van de entiteit, raad of instelling, of aan een andere persoon die aangesteld is door het hoofd van de entiteit, raad of instelling, bezorgd om ze te laten vernietigen.

    Art. 7. § 1. In het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1999 tot invoering van het loodsbrevet, de tijdelijke loodsvergunning en het legitimatiebewijs, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004 en 7 oktober 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  12. artikel 8 wordt vervangen door wat volgt :

    "Art. 8. Aan de houder van een loodsbrevet of tijdelijke loodsvergunning wordt een legitimatiekaart als bedoeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 betreffende de legitimatiekaarten van de personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid die belast zijn met inspectie- of controlebevoegdheden.";

  13. bijlagen III en IV worden opgeheven.

    § 2. In artikel 49, § 2, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 mei 2000 ter uitvoering van sommige artikelen van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2006, worden de woorden "door een legitimatiebewijs, ondertekend door de leidend ambtenaar van de Vlaamse Landmaatschappij" vervangen door de woorden "door een legitimatiekaart als bedoeld in het besluit van de Vlaamse Regering van... betreffende de legitimatiekaarten van de personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid die belast zijn met inspectie- of controlebevoegdheden".

    § 3. In het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2001 betreffende de aanwijzing van de ambtenaren voor het uitoefenen van het toezicht op de toepassing van de gecoördineerde wet op de ziekenhuizen en van de krachtens die gecoördineerde wet genomen uitvoeringsbesluiten, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 31 maart 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  14. in artikel 1 worden de woorden "ontvangen een legitimatiekaart" vervangen door de woorden "ontvangen een legitimatiekaart als bedoeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 betreffende de legitimatiekaarten van de personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid die belast zijn met inspectie- of controlebevoegdheden";

  15. artikel 2 wordt vervangen door wat volgt :

    "Art. 2. De legitimatiekaart wordt toegekend in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 betreffende de legitimatiekaarten van de personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid die belast zijn met inspectie- of controlebevoegdheden.";

  16. artikel 3 en de bijlage worden opgeheven.

    § 4. In het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2002 tot uitvoering van het Hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging en Hoofdstuk IVbis van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  17. in artikel 3, § 2, eerste lid, worden de woorden "mits voorlegging van hun legitimatiebewijs" vervangen door de woorden "mits voorlegging van hun legitimatiekaart als bedoeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 betreffende de legitimatiekaarten van de personeelsleden van de diensten van de Vlaamse overheid die belast zijn met inspectie- of controlebevoegdheden";

  18. in artikel 9, § 1, tweede lid, worden de woorden "door een legitimatiebewijs, ondertekend door de leidend ambtenaar van de Vlaamse Milieumaatschappij" vervangen door de woorden "door een...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT