1 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit houdende invoering van de technische controle langs de weg van bedrijfsvoertuigen die ingeschreven zijn in België of in het buitenland

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de wetten van 18 juli 1990, 5 april 1995, 4 augustus 1996 en 27 november 1996;

Gelet op het advies van de Raadgevende Commissie Administratie-Nijverheid, gegeven op 24 januari 2006;

Gelet op de omstandigheid dat de Gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit betrokken zijn;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 juli 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 26 juli 2006;

Gelet op het advies nr. 40.911/2/V van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. § 1. In toepassing van richtlijn 2000/30/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 juni 2000 betreffende de technische controle langs de weg van bedrijfsvoertuigen die in de Gemeenschap deelnemen aan het verkeer, gewijzigd bij de richtlijn 2003/26/EG van 3 april 2003, zijn de controlebeambten, belast met een mandaat van gerechtelijke politie en behorende tot de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer en de personeelsleden van het operationeel kader van de federale en lokale politie, hierna « controleurs » genoemd, belast met het uitvoeren van technische controles langs de weg van bedrijfsvoertuigen die in België of in het buitenland zijn ingeschreven.

§ 2. De constructievoorschriften en de voorwaarden waaraan de apparatuur en de controletoestellen moeten voldoen, worden goedgekeurd door de Minister die bevoegd is voor Mobiliteit of zijn gemachtigde.

De apparatuur en controletoestellen worden minstens één keer per jaar nagezien door een erkende controle-instelling, aangeduid door de Minister die bevoegd is voor Mobiliteit of zijn gemachtigde.

Art. 2. De technische controles langs de weg, bedoeld in artikel 1 van dit besluit, hebben betrekking op :

a) de voor het vervoer van passagiers ontworpen en gebouwde motorvoertuigen met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend;

b) de voor het vervoer van goederen bestemde motorvoertuigen met een maximale toegelaten massa van meer dan 3,5 ton en

c) de aanhangwagens, met inbegrip van opleggers, met een maximale massa van meer dan 3,5 ton.

Zij worden uitgevoerd zonder discriminatie op grond van de nationaliteit van de bestuurder of van het land waar het bedrijfsvoertuig is ingeschreven of in het verkeer is gebracht en rekening houdend met de noodzaak om de kosten en de vertraging van de bestuurders en de ondernemingen tot een minimum te beperken.

Art. 3. § 1. De technische controle bestaat uit één of meerdere van de volgende elementen :

  1. de visuele inspectie van de staat van onderhoud van het bedrijfsvoertuig in stilstand;

  2. de controle, hetzij van het rapport van de technische controle langs de weg, zoals bedoeld in artikel 4 van dit besluit en opgesteld in de loop van de drie voorafgaande maanden, hetzij van de documenten waaruit overeenstemming blijkt met de technische voorschriften welke op het voertuig van toepassing zijn, en meer bepaald, voor in een lidstaat ingeschreven of in het verkeer gebrachte voertuigen, de controle van het document waaruit blijkt dat het bedrijfsvoertuig de verplichte technische controle van Richtlijn 96/96/EG van de Raad van 20 december 1996 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake de technische controle van motorvoertuigen en aanhangwagens heeft ondergaan;

  3. de inspectie om onderhoudsgebreken op te sporen. Deze inspectie heeft betrekking op één of meerdere van de in bijlage 1, punt 10, van dit besluit, vermelde punten. De inspectie van de remmen en van de uitlaatemissies wordt uitgevoerd overeenkomstig bijlage 2 van dit besluit.

§ 2. Vooraleer de controleurs de punten vermeld in bijlage 1, punt 10, van dit besluit controleren, nemen zij het laatste document waaruit blijkt dat het bedrijfsvoertuig de verplichte technische controle van Richtlijn 96/96/EG van de Raad van 20 december 1996 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake de technische controle van motorvoertuigen en aanhangwagens heeft ondergaan, en/of een recent rapport van technische controle langs de weg of enig ander door een erkende instelling afgegeven veiligheidsdocument die (dat) eventueel door de bestuurder word(t)(en) voorgelegd, in overweging.

Wanneer er blijkens deze documenten in de loop van de laatste drie maanden reeds een inspectie is verricht over een van de punten van bijlage 1, punt 10, wordt dit punt niet opnieuw gecontroleerd, tenzij een nieuwe controle gerechtvaardigd is, met name wanneer visueel een of meerdere gebreken worden vastgesteld of de algemene staat van het voertuig doet vermoeden dat het voertuig niet voldoet aan de voorschriften welke op het voertuig van toepassing zijn.

Kan geen enkel van de hierboven bedoelde documenten worden voorgelegd, dan wordt in elk geval de in § 1, 3°, bedoelde inspectie uitgevoerd.

Art. 4. § 1. Het rapport van de technische controle langs de weg...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT