Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 oktober 2011 betreffende de fysieke beveiliging van het kernmateriaal en de nucleaire installaties, de 22 décembre 2022

Artikel 1. In artikel 1 van het Koninklijk besluit van 17 oktober 2011 betreffende de fysieke beveiliging van het kernmateriaal en de nucleaire installaties, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. de definitie van agressie wordt aangevuld met de woorden: " en alle andere handelingen die in de artikelen 331bis, 1° en 2°, 477, 477bis tot 477sexies, 488bis, 488quater en 488quinquies van het Strafwetboek strafbaar worden gesteld, voor zover ze betrekking hebben op kernmateriaal, nucleaire installaties of nucleaire vervoerbedrijven. "

  2. de volgende definities worden toegevoegd, luidend als volgt:

    "- politiediensten: de politiediensten bedoeld in de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;

    - nucleaire beveiligingscultuur: het geheel van kenmerken, houdingen en gedragingen die tot de maatregelen om agressie te voorkomen, te detecteren en erop te reageren, bijdragen, of deze versterken."

    Art. 2. In artikel 2, § 2 van hetzelfde besluit worden de twee eerste zinnen, beginnend met " De beveiliging van de externe perimeter " en eindigend met de woorden " van voormelde wet" vervangen door de twee volgende zinnen:

    "Voor zover het tot zijn verantwoordelijkheid behoort overeenkomstig artikel 6, § 4bis, en onverminderd de taken voor de bescherming van de externe perimeter die door de openbare macht kunnen worden uitgevoerd, belast de Exploitant bewakingsfirma's, of interne bewakingsdiensten die hiervoor overeenkomstig de wet van 2 oktober 2017 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid erkend zijn, met de bescherming van deze perimeter. De bewakingsagenten zijn belast met de controle van de voertuigen en hun lading binnen de limieten van voormelde wet."

    Art. 3. In de Franse versie van artikel 2, § 6, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "un central d'alarme" vervangen door de woorden "une centrale d'alarme", en de woorden "le central d'alarme" door de woorden "la centrale d'alarme".

    Art. 4. In de artikelen 2, § 6, 2, § 8 en 5, § 1 van hetzelfde besluit worden de woorden "wet van 10 april 1990" telkens vervangen door de woorden "wet van 2 oktober 2017".

    Art. 5. In artikel 2, § 8, derde lid, laatste zin van hetzelfde besluit, worden de woorden " communicatie met de politiedienst die wordt opgeroepen om tussen te komen in geval van agressie" vervangen door de woorden: "communicatie met de politiediensten die worden opgeroepen om tussen te komen in geval van agressie".

    Art. 6. In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:

    1/ de titel van het artikel wordt vervangen door :" onderbreking van transport ".

    2/ het eerste lid van de eerste paragraaf wordt vervangen als volgt:

    "De toegang tot de onderbrekingsplaats of onderbrekingssite voor het kernmateriaal is beperkt."

    3/ in het laatste lid van § 1 worden de woorden "Een plan voor de tijdelijke opslag van kernmateriaal" vervangen door de woorden "Een plan voor de onderbreking van transport van kernmateriaal".

    4/ in paragraaf 2 worden de woorden "de tijdelijke opslag" vervangen door de woorden "de onderbreking van transport".

    Art. 7. In hoofdstuk IV van hetzelfde besluit wordt een afdeling 1, die de artikelen 6 tot en met 6quater bevat, ingevoegd, luidend als volgt:

    "Afdeling 1.- Verplichtingen voor de Exploitanten van nucleaire installaties"

    Art. 8. In de artikelen 6, § 1, en 7, § 1, van hetzelfde besluit worden de woorden " of sabotage " telkens opgeheven.

    Art. 9. In artikel 6 van hetzelfde besluit wordt een paragraaf 4bis ingevoegd, luidend als volgt:

    " § 4bis. De Exploitant is in alle omstandigheden verantwoordelijk voor de correcte toepassing van de reglementaire bepalingen m.b.t. de bescherming van het kernmateriaal en de nucleaire installatie tegen de risico's op agressie.

    Deze verantwoordelijkheid kan niet worden gedelegeerd.

    De opdrachten toegekend aan de vast of plaatsvervangend afgevaardigde voor de fysieke beveiliging, met toepassing van §§ 5 en 5bis, doen in geen enkel opzicht afbreuk aan de autoriteit en de verantwoordelijkheden van de Exploitant. "

    Art. 10. In artikel 6, § 5, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  3. ) in de eerste zin worden de woorden "verantwoordelijk voor" vervangen door de woorden "belast overeenkomstig de modaliteiten bepaald in § 5bis met";

  4. ) de tweede zin wordt aangevuld met de volgende woorden:

    "..., dat hierbij rekening houdt met:

    1. de kwalificaties van de persoon waarvan de aanstelling aan zijn goedkeuring onderworpen is, alsook de beroepservaring en de specifieke opleidingen in nucleaire beveiliging die deze heeft kunnen volgen;

    2. De status, positie en middelen waarover de afgevaardigde binnen de nucleaire installatie kan beschikken.

    Het Agentschap kan aanbevelingen uitvaardigen m.b.t. de aanstelling van de vast afgevaardigde voor de fysieke beveiliging, of de plaatsvervangend afgevaardigde voor de fysieke beveiliging."

    Art. 11. In artikel 6 van hetzelfde besluit wordt een paragraaf 5bis ingevoegd, luidend als volgt:

    " § 5bis. Onverminderd artikel 6, § 4bis, is de afgevaardigde voor de fysieke beveiliging belast met de volgende opdrachten:

  5. de praktische uitvoering van de bepalingen van dit besluit die betrekking hebben op de verplichtingen inzake fysieke beveiliging van de Exploitant van een nucleaire installatie;

  6. het toezicht op de correcte naleving van de bepalingen van dit besluit die betrekking hebben op de verplichtingen inzake de fysieke beveiliging van een nucleaire installatie door het personeel en door personen van buiten de nucleaire installatie belast met werken of diensten, alsook met de rapportage aan de Exploitant daaromtrent;

  7. het beheer van de toegang tot veiligheidszones;

  8. het adviseren van de Exploitant met betrekking tot de fysieke beveiliging van de nucleaire installatie;

  9. desgevallend, de uitvoering van de door de Exploitant aan hem gedelegeerde taken, waarbij de verantwoordelijkheid hiervoor bij de Exploitant blijft.

    De afgevaardigde voor de fysieke beveiliging handelt desgevallend in overleg met:

    1. de veiligheidsofficier in de zin van artikel 13,1° ), a), b) of c) van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen, die werd aangesteld om toe te zien op de naleving van de veiligheidsregels in het kader van een veiligheidsadvies of een veiligheidsattest;

    2. de dienst voor fysische controle opgericht overeenkomstig artikel 23.1 van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen.

    Wanneer de afgevaardigde voor de fysieke beveiliging vaststelt dat het fysiek beveiligingssysteem, of een van de componenten ervan, niet correct wordt toegepast, stelt hij de Exploitant hiervan onverwijld in kennis, onderneemt alle noodzakelijke acties en ziet toe op de uitvoering van eventuele beslissingen van de Exploitant."

    Art. 12. In artikel 6, § 6, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  10. ) in het eerste lid worden de woorden "De exploitant of de afgevaardigde voor de fysieke beveiliging is verplicht" vervangen door "Onverminderd de artikelen 6bis, 6ter en 6quater, is de Exploitant verplicht";

  11. ) in het tweede lid worden de woorden "Hij vaardigt "vervangen door de woorden "De Exploitant vaardigt in het bijzonder";

  12. ) het 2e lid wordt aangevuld met de volgende zinnen: "Hij werkt voor het personeel van de installatie de instructies uit die in geval van een agressie moeten worden opgevolgd. Met het oog op een betere integratie van deze instructies in het algemeen kader van de beveiligingsinstructies, handelt de Exploitant in samenwerking met de in artikel 6bis, § 1, vermelde autoriteiten."

  13. ) paragraaf 6 wordt aangevuld met drie leden, die luiden als volgt:

    " Het in het vorig lid bedoeld ontwerp van instructies wordt uiterlijk op de eerste dag van de vierde maand na de inwerkingtreding van deze bepaling per aangetekende brief met ontvangstbewijs ter goedkeuring aan het Agentschap voorgelegd.

    Het Agentschap beschikt over een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de dag na ontvangst van de in het vorige lid bedoelde brief, om de ontwerpinstructies goed of af te keuren.

    In geval van afkeuring overlegt het Agentschap desgevallend met andere beveiligingsinstanties, met inbegrip van de in artikel 6bis, § 1, bedoelde instanties. "

    Art. 13. Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de paragrafen 8 en 9 die luiden als volgt:

    " § 8. De Exploitant vraagt de medewerking van de politiediensten om oefeningen te organiseren, of om deel te nemen aan de jaarlijkse of tweejaarlijkse oefeningen bedoeld in § 7 die hij organiseert. De Exploitant organiseert de oefeningen of zijn deelname daaraan zodanig dat ze het mogelijk maken voor hem om de uitvoering van de crisisstructuren, de doeltreffendheid van de informatie-uitwisseling en de goede werking van de communicatiemiddelen met de politiediensten te testen, alsook om te beoordelen in hoeverre zijn personeel zich de instructies eigen maakt die in geval van een agressie moeten worden nageleefd. De Exploitant stelt bovendien alles in het werk om deze oefeningen of zijn deelname daaraan zo te organiseren dat hij in de mate van het mogelijke bijdraagt aan de beoordeling van de doeltreffendheid en de interventiesnelheid van de politiediensten door de bevoegde autoriteiten.

    De Exploitant brengt het Agentschap minstens een maand op voorhand op de hoogte van de datum waarop de oefening zal worden uitgevoerd. Het Agentschap kan hieraan op eigen initiatief, of op verzoek van de Exploitant deelnemen.

    De Exploitant brengt bij het Agentschap verslag uit over alle door hem vastgestelde defecten, technische of organisatorische mankementen en de algemene resultaten van de oefening. In voorkomend geval en voor zover dit door de politiediensten wordt gevraagd, werkt hij...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT