Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 2, 4, 6, 10, 19 en 22 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde, de 27 décembre 2021

Artikel 1. Dit koninklijk besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde.

Dit ontwerp voorziet ook in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn (EU) 2021/1159 van de Raad van 13 juli 2021 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende tijdelijke vrijstellingen bij invoer en bepaalde leveringen van goederen en diensten in reactie op de COVID-19-pandemie.

Art. 2. In artikel 1, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 2 van 19 december 2018 met betrekking tot de forfaitaire regeling inzake belasting over de toegevoegde waarde, worden de woorden "vóór 1 januari 2022" ingevoegd tussen de woorden "zijn activiteit" en het woord "aanvangt".

Art. 3. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 4. Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 5. Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:

"Art. 11. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2019 en treedt buiten werking op 31 december 2027.".

Art. 6. In artikel 81, § 2, eerste lid, 3°, d), van het koninklijk besluit nr. 4 van 29 december 1969 met betrekking tot de teruggaven inzake belasting over de toegevoegde waarde, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 10 februari 2009 en vervangen bij het koninklijk besluit van 28 juni 2019, worden de woorden "overeenkomstig de rubrieken XXXI, XXXII, XXXIII, XXXVI, XXXVII, XXXVIII en XL van tabel A" vervangen door de woorden "overeenkomstig artikel 1quater en de rubrieken XXXI, XXXII, XXXIII, XXXVI, XXXVII, XXXVIII en XL van tabel A".

Art. 7. In het opschrift van het koninklijk besluit nr. 6 van 27 december 1977 met betrekking tot de vrijstellingen ten aanzien van internationaal vervoer, zee- en binnenschepen en luchtvaartuigen, op het stuk van de belasting over de toegevoegde waarde, worden de woorden "en luchtvaartuigen" vervangen door de woorden ", luchtvaartuigen en de handelingen verricht voor de Europese Commissie of een krachtens het Unierecht opgericht agentschap of orgaan in het kader van sommige van hun opdrachten".

Art. 8. In hetzelfde besluit wordt een artikel 4bis ingevoegd, luidende:

"Art. 4bis. Wanneer niet langer is voldaan aan de vrijstellingsvoorwaarden bedoeld in artikel 42, § 3, eerste lid, 3° bis, van het Wetboek, stelt, overeenkomstig artikel 42, § 3, derde lid, van het Wetboek, de Europese Commissie of het betrokken agentschap of orgaan voor wie de vrijstelling bij invoer is toegepast, die de vrijgestelde levering van goederen heeft ontvangen of voor wie de vrijgestelde dienst is verricht de door de minister van Financiën of zijn gemachtigde aangeduide dienst van de administratie belast met de belasting over de toegevoegde waarde daarvan bij aangetekende zending in kennis.".

Art. 9. In het koninklijk besluit nr. 10 van 29 december 1992 met betrekking tot de uitoefeningsmodaliteiten van de keuzen, bedoeld in de artikelen 15, § 2, vierde lid, 21bis, § 2, 9°, vierde lid, 25ter, § 1, tweede lid, 2°, tweede lid en 44, § 3, 2°, d), van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, de aangiften van aanvang, wijziging, stopzetting van activiteit en de voorafgaande kennisgevingen inzake de belasting over de toegevoegde waarde, wordt een artikel 7quater ingevoegd, luidende:

"Art. 7quater. De beoefenaars van beroepen of praktijken bedoeld in artikel 44, § 1, eerste lid, 2°, van het Wetboek sturen, voorafgaandelijk aan de toepassing van de in die bepaling bedoelde vrijstelling, de in artikel 44, § 1, tweede lid, van het Wetboek bedoelde verklaring aan de administratie belast met de belasting over de toegevoegde waarde, naar het elektronisch adres dat daartoe gecreëerd werd door de minister van Financiën of zijn gemachtigde.

Deze verklaring bevat de volgende vermeldingen:

  1. de naam of de maatschappelijke benaming van de beoefenaar;

  2. het adres van de administratieve of maatschappelijke zetel;

  3. een elektronisch adres, met inbegrip van websites en een telefoonnummer;

  4. in voorkomend geval, het btw-identificatienummer bedoeld in artikel 50 van het Wetboek;

  5. de officiële of gebruikelijke benaming van het beroep of de praktijk waarop de verklaring betrekking heeft en een nauwkeurige beschrijving ervan;

  6. de benaming van het certificaat dat werd verkregen met het oog op de uitoefening van het beroep of de praktijk bedoeld in 5°, het jaar waarin het werd uitgereikt en de volledige identificatiegegevens van de instelling die het certificaat heeft uitgereikt;

  7. een samenvatting van het academisch programma dat geleid heeft tot de uitreiking van het in 6° bedoelde certificaat, met inbegrip van een lijst van de gevolgde vakken en het aantal gevolgde lesuren;

  8. elk bijkomend element waaruit de beroepservaring blijkt of de voltooiing van een opleiding die nuttig is voor de uitoefening van het beroep of de praktijk bedoeld in 5°.

    Een afschrift van het in het tweede lid, 6°, bedoeld certificaat wordt bij de in het eerste lid bedoelde verklaring gevoegd, in voorkomend geval, samen met een door een beëdigd vertaler gemaakte vertaling in één van de landstalen of in het Engels.".

    Art. 10. In artikel 6 van het koninklijk besluit nr. 19 van 29 juni 2014 met betrekking tot de vrijstellingsregeling van belasting over de toegevoegde waarde in het voordeel van kleine ondernemingen worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  9. in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "of eventueel aan de forfaitaire regeling van artikel 56 van het Wetboek," opgeheven;

  10. in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "of de forfaitaire regeling van artikel 56 van het Wetboek" opgeheven.

    Art. 11. Artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 22 van 15 september 1970 met betrekking tot de bijzondere regeling voor landbouwondernemers inzake belasting over de toegevoegde waarde, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 juli 2021, wordt vervangen als volgt:

    "Art. 2. § 1. De in artikel 1 bedoelde landbouwondernemer is onderworpen aan de bijzondere regeling ingesteld bij artikel 57 van het Wetboek:

  11. wanneer hij door hem in zijn hoedanigheid van landbouwondernemer voortgebrachte producten of geteelde dieren levert, in de staat waarin hij ze heeft voortgebracht of geteeld of na ze onderworpen te hebben aan een primaire verwerking die normaal bij de landbouwbedrijven behoort;

  12. wanneer hij diensten verstrekt ter uitvoering van overeenkomsten van contractteelt of contractmesterij met betrekking tot goederen of dieren waarvan de levering bedoeld zou zijn in de bepaling onder 1° indien de landbouwondernemer ze voor eigen rekening zou voortbrengen of telen;

  13. wanneer hij, als onderlinge landbouwhulp, andere dan in de bepaling onder 2° bedoelde diensten verstrekt en daarbij geen andere machines gebruikt dan die welke slechts uitzonderlijk dienen voor werk voor anderen;

  14. wanneer hij goederen levert die hij in zijn bedrijf heeft gebruikt, met inbegrip van de bedrijfsmiddelen;

  15. wanneer hij aan een veeteeltbedrijf tegen vergoeding toelaat al dan niet vloeibare dierlijke mest op landbouwgronden uit te spreiden of wanneer hij tegen vergoeding al dan niet vloeibare dierlijke mest ophaalt bij een dergelijk bedrijf om het uit te spreiden op landbouwgronden van dat bedrijf of van een andere landbouwer dan wel op zijn landbouwgronden;

  16. wanneer hij tegen vergoeding bedorven of beschadigde land- of tuinbouwproducten ophaalt om het op landbouwgronden uit te spreiden;

  17. wanneer hij tijdelijk productiequota overdraagt;

  18. wanneer hij emissierechten met betrekking tot de landbouwonderneming overdraagt;

  19. wanneer hij premierechten in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid overdraagt;

  20. wanneer hij diensten verricht die bijdragen tot het voortbrengen van landbouw- of bosbouwproducten met uitzondering van de in paragraaf 2, tweede lid, 2°, bedoelde diensten.

    § 2. Zonder het voordeel van in artikel 57 van het Wetboek bedoelde bijzondere regeling te verliezen voor de in paragraaf 1 bedoelde handelingen die hij in de uitoefening van zijn economische activiteit verricht, mag de landbouwondernemer de in het tweede lid opgesomde handelingen verrichten wanneer hij voor die handelingen onderworpen is aan de normale regeling van de belasting ofwel, in voorkomend geval, aan de bijzondere regeling voorzien in artikel 56 van het Wetboek, onder de hierna volgende voorwaarden:

  21. die handelingen zijn uit hun aard verbonden met zijn hoofdactiviteit als landbouwondernemer;

  22. de omzet, exclusief btw, van die handelingen bedraagt gedurende het lopende kalenderjaar en bedroeg gedurende het voorafgaande kalenderjaar niet meer dan 30 pct. van de totale omzet van de landbouwondernemer.

    In het eerste lid, 1°, worden de volgende handelingen bedoeld:

  23. de leveringen van goederen en de diensten die betrekking hebben op in paragraaf 1, 1°, bedoelde producten of dieren die niet onderworpen zijn aan het tarief van 6 pct., met uitzondering van ruwe en niet tot verbruik bereide tabak. De in artikel 57 van het Wetboek bedoelde bijzondere regeling blijft evenwel gelden voor de leveringen van die producten of die dieren aan de door de bevoegde overheid erkende coöperatieve producentenveilingen van landbouwproducten;

  24. het verrichten van seizoengebonden werk in onroerende staat zoals het strooien van grind of het ruimen van sneeuw op de wegen voor rekening van een gemeente, bebossingswerkzaamheden voor rekening van bosuitbaters of houthandelaren en bebouwings- of oogstwerken uitgevoerd voor rekening van andere landbouwers;

  25. de verkoop van de via het bedrijf geproduceerde elektriciteit;

  26. de overdracht van groene stroomcertificaten met betrekking tot de via het bedrijf geproduceerde elektriciteit;

  27. de overdracht van via het bedrijf geproduceerde thermische energie of warmtekrachtkoppelingscertificaten;

  28. de levering van goederen bedoeld in paragraaf 1, 1°, die een andere dan primaire verwerking hebben ondergaan evenals de levering, op bijkomstige wijze, van dezelfde goederen of van in...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT