Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, de 12 juin 2020

Artikel 1. Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1612/68 en tot intrekking van Richtlijnen 64/221/EEG, 68/360/EEG, 72/194/EEG, 73/148/EEG, 75/34/EEG, 75/35/EEG, 90/364/EEG, 90/365/EEG en 93/96/EEG.

Art. 2. In artikel 1, van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, ingevoegd en vernummerd bij het koninklijk besluit van 22 november 1996, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 november 2018 en het koninklijk besluit van 23 maart 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. in de bapaling onder 6°, in zijn Nederlandse versie, worden de woorden "het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister dat overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld en een vermelding met betrekking tot de toegang tot de arbeidsmarkt bevat, dat" vervangen door de woorden "de verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld en een vermelding met betrekking tot de toegang tot de arbeidsmarkt bevat, die";

  2. in de bepaling onder 11°, in zijn Nederlandse versie, worden de woorden "het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister overeenkomstig het model in bijlage 6, dat de vermelding "seizoenarbeider" bevat en dat" vervangen door de woorden "de verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld, die de vermelding "seizoenarbeider" bevat en die".

    Art. 3. In artikel 25 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 juli 1992, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  3. in paragraaf 1 worden de woorden "het bewijs van inschrijving in dat register" vervangen door de woorden "de verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld," en worden de woorden "wordt het bewijs van inschrijving tot die duur beperkt" vervangen door de woorden "wordt de geldigheidsduur van de verblijfstitel tot die duur beperkt";

  4. in paragraaf 2, vierde lid, worden de woorden "het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "de verblijfstitel ter staving van een verblijf van beperkte of onbeperkte duur die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld,".

    Art. 4. In artikel 25/2 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 2008, 21 september 2011, 12 november 2018 en 23 maart 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  5. in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "overhandigt het een bewijs van inschrijving in dit register" vervangen door de woorden "overhandigt het een verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld" en worden de woorden "een dergelijk bewijs" vervangen door de woorden "een dergelijke verblijfstitel";

  6. in paragraaf 3, derde lid, worden de woorden "overhandigt het een bewijs van inschrijving in dit register" vervangen door de woorden "overhandigt het een verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld" en worden de woorden "een dergelijk bewijs" vervangen door de woorden "een dergelijke verblijfstitel".

    Art. 5. In artikel 25/3, § 2 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007, worden de woorden "het bewijs van inschrijving in dat register" vervangen door de woorden "de verblijfstitel ter staving van een verblijf van beperkte of onbeperkte duur die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld," en worden de woorden "het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "de verblijfstitel".

    Art. 6. In artikel 26, § 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 september 2011 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 augustus 2012, worden de woorden "een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "een verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld," en worden de woorden "dit bewijs" vervangen door de woorden "dit verblijfstitel".

    Art. 7. In artikel 26/1, § 4 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 september 2011 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 augustus 2012, worden de woorden "een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "een verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld," en worden de woorden "dit bewijs" vervangen door de woorden "deze verblijfstitel".

    Art. 8. In artikel 26.2, § 5, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 19 mei 1993, vernummerd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 september 2011 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 augustus 2012, worden de woorden "een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "een verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld," worden de woorden "dit bewijs" vervangen door de woorden "deze verblijfstitel" en worden de woorden "het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "de verblijfstitel".

    Art. 9. In artikel 26/2/1, § 5, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 21 september 2011 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 augustus 2012, worden de woorden "een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "een verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld,", worden de woorden "dit bewijs" vervangen door de woorden "deze verblijfstitel" en worden de woorden "het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "de verblijfstitel".

    Art. 10. In artikel 28 van hetzelfde besluit worden de woorden "het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister" vervangen door de woorden "de verblijfstitel die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld,".

    Art. 11. In artikel 30, § 1, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 13 februari 2015, worden de woorden "van de identiteitskaart voor vreemdeling" vervangen door de woorden "van de vestigingsvergunning" en worden de woorden "de identiteitskaart voor vreemdeling" vervangen door de woorden "de vestigingsvergunning".

    Art. 12. In artikel 30bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 juli 2008 en 13 februari 2015, worden de woorden "de identiteitskaart voor vreemdeling" telkens vervangen door de woorden "de vestigingsvergunning", worden de woorden "van een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister voor, naargelang het geval, beperkte of onbeperkte duur" vervangen door de woorden "van een verblijfstitel ter staving van een verblijf van beperkte of onbeperkte duur die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld", en worden de woorden "in het bezit gesteld van de identiteitskaart voor vreemdeling of een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister voor beperkte of onbeperkte duur" vervangen door de woorden "in het bezit gesteld van de vestigingsvergunning of een verblijfstitel ter staving van een verblijf van beperkte of onbeperkte duur die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld".

    Art. 13. De titel van hoofdstuk IV, van titel Ibis, van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, vervangen bij het koninklijk besluit van 15 augustus 2012 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 februari 2015 en 23 maart 2020, wordt door de volgende titel vervangen:

    "Geldigheidsduur, vernieuwing en intrekking van de verblijfstitels en verblijfsdocumenten die aan vreemdelingen afgegeven worden".

    Art. 14. Artikel 31, van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 maart 2020, wordt vervangen als volgt:

    "Art. 31. De geldigheidsduur van de volgende verblijfstitels en verblijfsdocumenten wordt als volgt bepaald:

  7. onder voorbehoud van 6° en 12° heeft de verblijfstitel, die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld en aantoont dat de vreemdeling toegelaten of gemachtigd is tot een verblijf van beperkte duur, een geldigheidsduur die overeenkomt met de duur van de toegekende machtiging tot verblijf of de erkende toelating tot verblijf;

  8. de verblijfstitel, die overeenkomstig het model in bijlage 6 is opgesteld en aantoont dat de vreemdeling toegelaten of gemachtigd is tot een verblijf van onbeperkte duur, is vijf jaar geldig;

  9. de Europese blauwe kaart, die overeenkomstig het model in bijlage 6bis is opgesteld, heeft een standaard geldigheidsduur tussen één en vier jaar, afhankelijk van de wetgeving van de gemeenschappen of de gewesten.

    De precieze geldigheidsduur komt overeen met de duur van de arbeidsvergunning bepaald door de bevoegde gewestelijke overheid. Wanneer de periode gedekt door de arbeidsovereenkomst echter lager is dan die standaard duur, is de geldigheidsduur van de Europese blauwe kaart gelijk aan de duur van de toelating tot arbeid verhoogd met drie maanden.

  10. de vestigingsvergunning, die overeenkomstig het model in bijlage 7 is opgesteld, is vijf jaar geldig;

  11. de EU-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetene, die overeenkomstig het model in bijlage 7bis is opgesteld, is vijf jaar geldig;

  12. de gecombineerde vergunning die aantoont dat de onderdaan van een derde land tot een verblijf van beperkte duur gemachtigd is, heeft een geldigheidsduur die overeenkomt met de duur van de toelating tot arbeid die aan hem wordt toegekend;

  13. de gecombineerde vergunning die aantoont dat de onderdaan van een derde land tot een verblijf van onbeperkte duur gemachtigd is, is vijf...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT