Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt, de 23 mars 2020

Artikel 1. In de eerste zin van artikel 4 van het koninklijk besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 augustus 2009, 28 mei 2018, wordt het woord " 3 " vervangen door het woord " 3/1 ".

Art. 2. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Handtekening

Brussel, 23 maart 2020.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken,

P. DE CREM

Aanhef

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's, de artikelen 5, § 3, vijfde lid, 6, § 2, vijfde lid, 7, § 2, zesde lid, gewijzigd bij de wetten van 21 maart 2018 en 30 juli 2018, en artikel 7/3, § 1, derde lid, en § 2, derde lid, ingevoegd bij de wet van 21 maart 2018 en gewijzigd bij de wet van 30 juli 2018;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT