Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 2002 tot aanwijzing van de overtredingen waarvan de vaststelling gesteund op materiële bewijsmiddelen die door onbemande automatisch werkende toestellen worden opgeleverd, bewijskracht heeft zolang het tegendeel niet bewezen is en van het koninklijk besluit van 30 september 2005 tot aanwijzing van de overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen ter uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, de 26 avril 2019

Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 18 december 2002 tot aanwijzing van de overtredingen waarvan de vaststelling gesteund op materiële bewijsmiddelen die door onbemande automatisch werkende toestellen worden opgeleverd, bewijskracht heeft zolang het tegendeel niet bewezen is, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. in de bepaling onder 1° wordt de verwijzing "F1" vervangen door de verwijzingen "F1a en F1b";

  2. in de bepaling onder 5° worden de volgende wijzingen aangebracht:

    1. de woorden "De inhaalverboden niet in acht genomen hebben;" worden vervangen door de woorden "De regels betreffende het inhalen of de inhaalverboden niet in acht genomen hebben;";

    2. de verwijzingen ", 16 en 17" worden ingevoegd tussen de verwijzing "F91)" en de woorden "van het koninklijk besluit";

  3. de bepaling onder 6° wordt vervangen als volgt:

    6° In tegengestelde richting rijden; 5 (verkeersbord C1) en/of 9.2 en/of 21.4. 3° van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
  4. in de bepaling onder 9°, b), wordt de verwijzing "63.2.1.1° " vervangen door de verwijzing "62bis, 1° ";

  5. de bepaling onder 11° wordt ingevoegd, luidende:

    11° Een kruispunt hebben opgereden wanneer het verkeer zodanig belemmerd was dat hij op het kruispunt moest stoppen en aldus het dwarsverkeer hebben gehinderd of belet, zelfs indien verkeerslichten het hem hadden toegelaten; 14.2 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg
  6. de bepaling onder 12° wordt ingevoegd, luidende:

    12° De door middel van een verkeersbord, voorsorteringspijlen of pijlen opgelegde rijrichting op een kruispunt niet gevolgd hebben of een door een verkeersbord verboden richting genomen hebben. 5 (verkeersborden C31, C33, D1, D3 en D4) en 77.1 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg

    Art. 2. In artikel 2, a), van het koninklijk besluit van 30 september 2005 tot aanwijzing van de overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen ter uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 29 januari 2007, 7 april 2007, 9 januari 2013 en 27 april 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

    1. de bepaling onder 13°...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT