Koninklijk besluit tot wijziging van diverse besluiten betreffende de procedure voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de 25 décembre 2017

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen aan het besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, vervangen bij het koninklijk besluit van 25 april 2007, worden de woorden " derde lid " door de woorden " vierde lid " vervangen.

Art. 2. In artikel 6 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 25 april 2007, worden de paragrafen 1 en 4 vervangen als volgt :

- " § 1. Zodra het mogelijk is en nadat het rolrecht en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, overeenkomstig artikel 71 zijn betaald, stuurt de hoofdgriffier een kopie van het verzoekschrift aan de verwerende partij."

- " § 4. Zodra het mogelijk is en nadat het rolrecht en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, overeenkomstig artikel 71 zijn betaald, brengt de hoofdgriffier, op basis van de aanwijzingen van de auditeur-generaal of het door hem aangewezen lid van het auditoraat, het verzoekschrift ter kennis van de personen die belang hebben bij het oplossen van de zaak, voor zover deze geïdentificeerd kunnen worden".

Art. 3. In artikel 14quater, eerste lid en tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 7 januari 1991, vervangen bij het koninklijk besluit van 26 juni 2000 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 2007, worden de woorden " zesde lid " door de woorden " zevende lid " vervangen.

Art. 4. In artikel 14sexies, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 april 2007, worden de woorden " zesde lid " door de woorden " zevende lid " vervangen.

Art. 5. In artikel 25/1, 3°, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 april 2014, worden de woorden "of het herstel ervan bij toepassing van de bestuurlijke lus" opgeheven.

Art. 6. In artikel 25/3, § 4, eerste lid, eerste zin, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 april 2014, worden de woorden "of het herstel ervan bij toepassing van de bestuurlijke lus" opgeheven en wordt de zinsnede ", nadat het rolrecht en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, overeenkomstig artikel 71 zijn betaald," ingevoegd tussen de woorden "hoofdgriffier" en "een kopie".

Art. 7. In artikel 36, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 25 april 2007, worden de woorden " 17, § 4ter " door de woorden " 17, § 7 " vervangen en worden de woorden " tweede en zesde lid " door de woorden " tweede en zevende lid " vervangen.

Art. 8. Artikel 44 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 2007, wordt vervangen als volgt :

"Art. 44. Nadat het rolrecht en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, overeenkomstig artikel 71 zijn betaald, verzendt de hoofdgriffier een kopie van het verzoekschrift aan de verwerende partij."

Art. 9. In artikel 50, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 2007, wordt de tweede zin aangevuld met de woorden "nadat het rolrecht en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, overeenkomstig artikel 71 zijn betaald".

Art. 10. In artikel 50quinquies, eerste lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 17 november 1955, wordt de tweede zin vervangen als volgt :

"Nadat het rolrecht en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, overeenkomstig artikel 71 zijn betaald, wordt een afschrift van het verzoekschrift door de hoofdgriffier gestuurd aan de andere partijen in het bestreden arrest."

Art. 11. Artikel 53 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 28 januari 2014, wordt vervangen als volgt :

"Art. 53. Nadat het aan de tussenkomst verbonden rolrecht werd betaald, doet de voorzitter van de met de tussenkomst belaste kamer, of de door hem aangewezen staatsraad, onverwijld uitspraak over de ontvankelijkheid ervan.

Indien de tussenkomst bij een beschikking toegelaten werd, beschikt de tussenkomende partij over een termijn van zestig dagen om een memorie in te dienen. Die termijn gaat in op het ogenblik van de kennisgeving van die beschikking.

Indien de tussenkomst werd toegelaten in de procedure in kort geding, zijn de termijnen waarover de tussenkomende partij beschikt om een memorie in te dienen, dezelfde als de termijnen voor de verwerende partij."

Art. 12. Hoofdstuk VII "De bestuurlijke lus" van titel VI van hetzelfde besluit en het daarin vervatte artikel 65/1, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 28 januari 2014, worden opgeheven.

Art. 13. In het opschrift van titel VII, worden de woorden " "Pro Deo" " vervangen door het woord "rechtsbijstand".

Art. 14. In artikel 68, zesde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 17 februari 1997, worden de woorden "van de verzoeker" vervangen door de woorden "van de partij die geacht wordt in het ongelijk te zijn gesteld".

  1. [...]2° [...]Art. 15. In artikel 69 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 15 juli 1956 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 april 2007 en 19 juli 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  2. in het eerste lid worden de woorden ", de in debet begrote bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, " tussen de woorden "in debet begrote rechten" en de woorden "en van de andere kosten" ingevoegd;

  3. in het tweede lid worden de woorden "de griffier van de Raad van State" door de woorden "de hoofdgriffier" vervangen;

  4. in het tweede lid worden de woorden "de ontvanger der registratie en domeinen" door de woorden "de bevoegde dienst van de FOD Financiën" vervangen.

    Art. 16. In artikel 70 van hetzelfde besluit, hersteld bij het koninklijk besluit van 30 januari 2014 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  5. paragraaf 1, eerste lid, 2°, wordt vervangen als volgt :

    "2° de verzoekschriften waarbij een beroep tot nietigverklaring van akten of reglementen ingesteld wordt en de vorderingen tot schorsing of tot het bevelen van voorlopige maatregelen, onder de voorwaarden bepaald in het tweede lid, alsook de verzoekschriften waarbij een cassatieberoep ingesteld wordt en de verzoeken tot schadevergoeding tot herstel;"

  6. de eerste zin van paragraaf 1, tweede lid, wordt vervangen als volgt : "Wanneer een administratief kort geding wordt ingesteld samen met een beroep tot nietigverklaring worden het recht, vastgesteld in het eerste lid, 2°, en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, enkel onmiddellijk betaald voor de vordering tot schorsing of voor de vordering tot het bevelen van voorlopige maatregelen.";

  7. in paragraaf 1, vijfde lid, worden de woorden "is het verschuldigde recht op basis van de indiening van dit verzoek niet langer verschuldigd" vervangen door de woorden "zijn het daaraan verbonden recht en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, niet verschuldigd";

  8. in paragraaf 2, derde lid, worden de woorden "is het verschuldigde recht op basis van de indiening van het verzoek tot tussenkomst in dit geschil niet langer verschuldigd" vervangen door de woorden "is het aan die tussenkomst verbonden recht niet verschuldigd".

    Art. 17. In artikel 71 van hetzelfde besluit, hersteld bij het koninklijk besluit van 30 januari 2014 en gedeeltelijk vernietigd bij arrest van de Raad van State nr. 233.609 van 26 januari 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  9. In het eerste lid worden de woorden "De rechten bedoeld in de artikelen 66 en 70" vervangen door de woorden "De rechten bedoeld in artikel 70 en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, ";

  10. In het eerste lid worden de woorden "de rechten bij de Raad van State in te vorderen" vervangen door de woorden "de rechten en de bijdrage die betaald moeten worden in het kader van een voor de Raad van State ingediende procedure te innen";

  11. In het tweede lid worden de woorden "verschuldigd is" vervangen door de woorden "en de bijdrage bedoeld in artikel 66, 6°, verschuldigd zijn";

  12. het derde lid wordt aangevuld met de volgende zin :

    "Indien dat bewijs niet is geleverd voor de sluiting van het debat, wordt de vordering verworpen.";

  13. het vierde lid wordt vervangen als volgt :

    "Indien de in het eerste lid bedoelde rekening niet gecrediteerd is binnen de termijn van dertig dagen na de ontvangst van het overschrijvingsformulier, deelt de hoofdgriffier, op verzoek van het aangewezen lid van het auditoraat, aan de betrokken partij mee dat de kamer naargelang van het geval de ingestelde vordering of het ingestelde beroep als niet verricht zal beschouwen of van de rol zal schrappen, tenzij de betrokken partij binnen een termijn van vijftien dagen vraagt om te worden gehoord.

    Indien de betrokken partij niet vraagt te worden gehoord, doet de kamer onverwijld uitspraak waarbij ze de ingestelde vordering of het ingestelde beroep als niet verricht beschouwt of van de rol schrapt.

    Indien de betrokken partij vraagt te worden gehoord, roept de voorzitter of de door hem aangewezen staatsraad de partijen op om op korte termijn te verschijnen. Aan de verwerende partij en desgevallend de partij die is tussengekomen, wordt daarbij het verzoek om te worden gehoord meegedeeld.

    Nadat de kamer de partijen en het advies van het aangewezen lid van het auditoraat heeft gehoord, doet ze onverwijld uitspraak en beslist ze de ingestelde vordering of het ingestelde beroep als niet verricht te beschouwen of van de rol te schrappen, tenzij overmacht of onoverkomelijke dwaling is bewezen."

    Art. 18. In het opschrift van hoofdstuk II van titel VII, van hetzelfde besluit, worden de woorden "'Pro Deo'" vervangen door het woord "Rechtsbijstand".

    Art. 19. In artikel 80 van hetzelfde besluit worden de woorden "de pro deo-aanvraag" vervangen door de woorden "het verzoek tot rechtsbijstand".

    Art. 20. In artikel 81 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 30 januari 2014, worden de woorden "Indien het pro deo...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT