Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 juli 2014 'tot uitvoering van artikel 11 van de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder, tot vaststelling van de berekening van de boete', de 25 décembre 2016

Artikel 1. Het opschrift van het koninklijk besluit van 25 juli 2014 tot uitvoering van artikel 11 van de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder, tot berekening van de boete, wordt vervangen als volgt:

"Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 11 van de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder, tot bepaling van de berekening en de inningswijze van de boete".

Art. 2. In het koninklijk besluit van 25 juli 2014 tot uitvoering van artikel 11 van de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder, tot berekening van de boete, wordt een artikel 1/1 ingevoegd, dat luidt:

"Art. 1/1. De Deposito- en Consignatiekas is belast met de inning van deze boete.

De boete wordt berekend op de datum van de ontvangst door de Deposito- en Consignatiekas van de effecten in dezelfde vorm als de effecten die te koop aangeboden werden krachtens artikel 11 van de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder, of op de datum van ontvangst door de Deposito- en Consignatiekas van het originele attest dat door de emittent afgeleverd wordt en de conformiteit vaststelt van de neergelegde effecten met de vorm van de effecten die verkocht zijn krachtens artikel 11 van de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder.".

Art. 3. In hetzelfde koninklijk besluit wordt een artikel 1/2 ingevoegd, dat luidt:

"Art. 1/2. Ingeval van niet-betaling van de boete voor het einde van de maand, die volgt op de maand waarin de berekening hiervan werd gecommuniceerd, wordt de aanvraag tot teruggave als onbestaande beschouwd.".

Art. 4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 5. De minister bevoegd voor Justitie en de minister bevoegd voor Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Handtekening

Gegeven te Brussel, 25 december 2016.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Justitie,

K. GEENS

De Minister van Financiën,

J. VAN OVERTVELDT

Aanhef

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder, artikel 11, § 3, achtste lid, gewijzigd bij de wet van 21 december 2013;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 juli 2014 tot uitvoering van artikel 11 van de wet van 14 december 2005 houdende afschaffing van de effecten aan toonder, tot berekening van de boete;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 21 maart 2016;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister voor Begroting, gegeven op 20 juli 2016;

Gelet op artikel 8 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging is dit besluit vrijgesteld van regelgevingsimpactanalyse, gelet op de spoedeisendheid gemotiveerd door de noodzaak om de bestaande wettelijke bepalingen te verduidelijken en rechtszekerheid te bieden aan de verschillende rechthebbenden die een aanvraag tot teruggave indienen tussen het jaar 2016 en het jaar 2017, voor wie een verschillend boetetarief zou gelden naargelang ze een geldige aanvraag indienen of niet;

Gelet op de spoedeisendheid gemotiveerd door de noodzaak om de bestaande wettelijke bepalingen te verduidelijken en rechtszekerheid te bieden aan de verschillende rechthebbenden die een aanvraag tot teruggave indienen tussen het jaar 2016 en het jaar 2017, voor wie een verschillend boetetarief zou gelden naargelang ze een geldige aanvraag indienen of niet;

Gelet op advies 60.642/2 van de Raad van State, gegeven op 15 december 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Justitie en de Minister van Financiën en het advies van de in Raad vergaderde Ministers op datum van 9 december 2016,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Verslag aan de Koning

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het voorliggend ontwerp strekt er toe gebruik te maken van de machtiging die U is verleend door artikel 11, § 3...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT