Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen, de 24 mars 2015

Artikel 1. In het Franse opschrift van het koninklijk besluit van 8 januari 1962 tot vaststelling van de voorwaarden tot erkenning van de nationale groeperingen van coöperatieve vennootschappen en van de coöperatieve vennootschappen, wordt het woord "agréation" vervangen door het woord "agrément".

Art. 2. Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 3. Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :

"Art. 4. De nationale groeperingen die representatief zijn voor de coöperatieve vennootschappen, en de al dan niet bij een nationale groepering aangesloten coöperatieve vennootschappen dienen bij de minister bevoegd voor Economie een verzoek tot erkenning in, opgemaakt naar de als bijlage bij dit besluit gevoegde modellen.

Bij het verzoek tot erkenning worden gevoegd, een exemplaar van de bijgewerkte statuten, van het eventueel huishoudelijk reglement, van de laatste jaarrekening van de vennootschap, alsmede alle documenten waaruit blijkt dat aan de erkenningsvoorwaarden bepaald in de artikelen 1 en 2 voldaan wordt.

Een coöperatieve vennootschap die bij meerdere groeperingen van coöperatieve vennootschappen aangesloten is, mag slechts door bemiddeling van één groepering om erkenning verzoeken."

Art. 4. Artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 september 1986, wordt vervangen als volgt :

"Art. 5. De groeperingen van coöperatieve vennootschappen en de coöperatieve vennootschappen die voldoen aan de voorwaarden vastgelegd in de artikelen 1 en 2 worden door de minister bevoegd voor Economie voor een duur van maximaal één jaar en ten laatste tot 31 mei 2016 erkend.

De groeperingen van coöperatieve vennootschappen en de coöperatieve vennootschappen die een erkenning hebben verkregen vóór 31 mai 2015, blijven erkend tot 31 mei 2016 voor zover zij de voorwaarden bepaald in de artikelen 1 en 2 blijven naleven.

Alvorens een beslissing over de erkenning van een coöperatieve vennootschap te nemen, kan de minister bevoegd voor Economie om het advies van het bureau van de Nationale Raad voor de Coöperatie verzoeken.

In voorkomend geval kan hij zich ook richten tot een bevoegde autoriteit, zoals bedoeld in artikel 1, 4°, van de wet van 20 juli 1955 houdende instelling van een Nationale Raad voor Coöperatie, om te na te gaan of de vennootschap de bepalingen van het op haar toepasselijke vennootschapsrecht naleeft.

Aan de niet erkende groeperingen en coöperatieve vennootschappen worden de redenen van de afwijzing van hun verzoek meegedeeld."

Art. 5. Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 6. Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :

"Art. 7. Wanneer een erkende groepering of een erkende coöperatieve vennootschap heeft opgehouden de bij artikelen 1 en 2 gestelde voorwaarden te vervullen of ontbonden is, spreekt de minister bevoegd voor Economie, de schrapping van deze vennootschap uit.

Alvorens te beslissen over de schrapping van een erkende groepering of...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT