Koninklijk besluit tot vaststelling van de retributie tot financiering van het beheer van het centraal register collectieve schuldenregelingen, de 29 mars 2024

Artikel 1. De jaarlijkse retributie, bedoeld in artikel 1675/27, § 2, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, voor het beheer van een dossier van collectieve schuldenregeling in het centraal register wordt vastgesteld op 75 euro.

De Minister van Justitie en de Minister van Economie kunnen het bedrag van deze retributie aanpassen na advies van de beheerder bedoeld in artikel 1675/21, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek.

De retributie is vooraf betaalbaar en elk begonnen jaar, te rekenen van de verjaardag van de beschikking van toelaatbaarheid, is volledig verschuldigd.

Art. 2. De jaarlijkse retributie is een administratieve kost voor de schuldbemiddelaar waarvan de forfaitaire vergoeding wordt opgenomen in de staat van erelonen en kosten, bedoeld in artikel 1675/19 van het Gerechtelijk Wetboek.

Art. 3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 2 november 2023.

Art. 4. De minister bevoegd voor Justitie en de minister bevoegd voor Economie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Handtekening

Gegeven te Brussel, 29 maart 2024.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Justitie,

P. VAN TIGCHELT

De Minister van Economie,

P.-Y. DERMAGNE

Aanhef

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, artikel 1675/27, § 2, derde lid, ingevoegd bij de wet van 31 juli 2023;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën bevoegd voor de Federale Overheidsdienst Justitie, gegeven op 29 februari 2024;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën bevoegd voor de Federale Overheidsdienst Economie, gegeven op 1 maart 2024;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 11 maart 2024;

Gelet op de adviesaanvraag aan de Raad van State binnen een termijn van 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat de adviesaanvraag is ingeschreven op 13 maart 2024 op de rol van de afdeling Wetgeving van de Raad van State onder het nummer 75.882/2;

Gelet op de beslissing van de afdeling Wetgeving van 14 maart 2024 om binnen de gevraagde termijn geen advies te verlenen, met toepassing van artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het advies van de beheerder van het centraal register collectieve schuldenregelingen, gegeven op 26 februari 2024;

Op de voordracht van de Minister van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT