Koninklijk besluit tot regeling van de terbeschikkingstelling van een onroerend goed, eigendom van de Federale Staat en beheerd door de Regie der Gebouwen, aan de Hulpverleningszone van Vlaams-Brabant West door het sluiten van een erfpacht, de 12 juillet 2019
Artikel 1. Het onroerend goed, gelegen te Liedekerke, Kapellebaan 30, kadastraal gekend als Liedekerke, 2e afdeling, sectie B, perceel 13/Z 40 (deel zoals nader gepreciseerd op het aangehechte plan), ook gekend als de site "Civiele Bescherming", eigendom van de Staat en beheerd door de Regie der Gebouwen, hierna de grondeigenaar genoemd, wordt in erfpacht gegeven aan de Hulpverleningszone van Vlaams-Brabant West, hierna de erfpachter genoemd. De erfpachter heeft het volle genot van het gebouw. Dit betekent dat hij alle rechten verbonden aan de eigendom uitoefent, maar met deze zeer belangrijke beperking dat hij door zijn toedoen of nalaten de waarde ervan niet mag verlagen.
Het doel van deze erfpacht is van algemeen nut, meer bepaald om de Hulpverleningszone Vlaams-Brabant West toe te laten om het onroerend goed te gebruiken voor de uitvoering van zijn taken.
Art. 2. Het onroerend goed zal in erfpacht gegeven worden voor een duur van 27 jaar tegen een vergoeding van 49.920,00 EUR per jaar dewelke dient betaald te worden vóór 1 oktober van elk jaar.
Dit bedrag is onderworpen aan de jaarlijkse indexering op basis van de gezondheidsindex waarbij :
- de basisindex het indexcijfer is van de maand die de inwerkingtreding van de overeenkomst voorafgaat ;
- het nieuw indexcijfer het cijfer is van de maand die de verjaardag van de inwerkingtreding van de overeenkomst voorafgaat.
De erfpacht wordt gedurende het eerste jaar kosteloos toegestaan waarbij de verplichtingen en de verantwoordelijkheden van de erfpachter ook van toepassing zijn tijdens de canonvrije periode.
Deze duur van 27 jaar is stilzwijgend verlengbaar met eenzelfde periode van 27 jaar.
Art. 3. De erfpachter dient al de onderhouds- en herstellingskosten te dragen, alsmede die van de grondeigenaar, zonder enige uitzondering, evenals al de belastingen, taksen en diverse retributies.
Art. 4. De erfpachter dient de burgerlijke aansprakelijkheid en de aansprakelijkheid voor brand dewelke hij door het feit van zijn erfpacht draagt, te dekken of te laten dekken door een verzekering en moet die dekking jaarlijks en op eerste verzoek aan de grondeigenaar bewijzen.
Art. 5. De erfpachter heeft de verplichting een garage en aanverwante verblijfsruimten kosteloos ter beschikking te stellen aan de verantwoordelijke van de medische noodbijstand van de streek, te weten een stelplaats voor ziekenwagen, een bureel, twee slaapplaatsen en sanitair/omkleedruimte.De eventuele inrichtingskosten kunnen door...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI