Koninklijk besluit houdende de goedkeuring van het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van de directie van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding en van de gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding, de 21 mars 2024
Artikel 1. Het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van de directie van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding, dat bijlage A van dit besluit vormt, wordt goedgekeurd. Art. 2. De gelijkstelling betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de personeelsleden van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding, die bijlage B van dit besluit vormt, met het Reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan ambtenaren en bedienden van de federale openbare besturen, goedgekeurd bij het koninklijk besluit van 27 januari 2008, wordt goedgekeurd. Art. 3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang vanaf 1 januari 2018. Art. 4. De Minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit. BIJLAGEN. Art. N1. Reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de leden van de directie van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding. 1. Het onderhavig reglement is van toepassing op de leden van de directie van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding. 2. Elke verlenging vindt plaats bij gelegenheid van de promotie die het ogenblik voorafgaat waarop de betrokken persoon werkelijk aan de voorwaarden zou voldoen om gedecoreerd te worden. 3. Aan de directie van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding mogen in geen andere hoedanigheid eretekens in de Nationale Orden verleend worden. Er wordt enkel een uitzondering gemaakt voor: - onderscheidingen voor oorlogsfeiten; - reserveofficieren, die kunnen kiezen tussen het administratief reglement en het militair reglement; deze keuze is bindend voor de hele duur van de inschrijving van de betrokkenen in het reservekader van het Leger; - leden die vallen onder punt 5, van dit reglement. 4. Niemand mag gedecoreerd worden wanneer aan zijn uitoefening van een directiefunctie een einde wordt gesteld in toepassing van artikel 24 van de wet van 31 januari 2007 inzake de gerechtelijke opleiding en kennisbeheer en tot oprichting van het Instituut voor gerechtelijke opleiding. 5. Voorliggend reglement is van toepassing op eenieder die een directiefunctie van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding uitoefent. Indien het betrokken directielid evenwel een eervolle onderscheiding ontvangt die lager is dan de onderscheiding waarop het (volgens zijn graad en leeftijdscategorie) overeenkomstig zijn reglement van herkomst...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI