Koninklijk besluit houdende bepaalde uitvoeringsmaatregelen inzake institutionele instellingen voor belegging in schuldvorderingen, de 30 juillet 2018

HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de beleggingsinstellingen in schuldvorderingen als bedoeld in artikel 271/1 van de wet van 3 augustus 2012 betreffende de instellingen voor collectieve belegging die voldoen aan de voorwaarden van Richtlijn 2009/65/EG en de instellingen voor belegging in schuldvorderingen (hierna, "de wet).

HOOFDSTUK II. - Inschrijving en inschrijvingsvoorwaarden

Art. 2. Indien de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen beroep doet op een beheersvennootschap of een bewaarder wordt bij het in de artikelen 271/14 en 271/15 van de wet van 3 augustus 2012 bedoelde verzoek om inschrijving een document gevoegd met de identificatie van deze partijen.

De FOD Financiën schrapt de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen :

  1. op haar verzoek of na de sluiting van haar vereffening onverwijld medegedeeld aan de FOD Financiën;

  2. indien zij vaststelt dat, na een gemotiveerde ingebrekestelling, de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen binnen de gestelde termijn de door de FOD Financiën vastgestelde inbreuken op de bepalingen van de wet en van dit besluit niet verholpen heeft.

    De sluiting van een institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen wordt door de beheersvennootschap of de vereffenaar onverwijld medegedeeld aan de Minister van Financiën bij aangetekend schrijven.

    HOOFDSTUK III. - Werking

    Afdeling I. - Verplichtingen en verbodsbepalingen voor de personen en vennootschappen die betrokken zijn bij de werking van de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen

    Onderafdeling 1. - De beheersvennootschap van het fonds voor belegging in schuldvorderingen

    Art. 3. De beheersvennootschap neemt het administratief en boekhoudkundig beheer waar van het fonds voor belegging in schuldvorderingen.

    Art. 4. De beheersvennootschap is tegenover de deelnemers en derden aansprakelijk voor de goede uitvoering van haar opdracht. Elke contractuele bepaling of bepalingen in het beheersreglement die haar aansprakelijkheid zoals gedefinieerd door de wet en dit besluit zou verminderen, beperken of uitsluiten, is nietig.

    Art. 5. Het beheersreglement vermeldt de vergoeding van de beheersvennootschap van het fonds voor belegging in schuldvorderingen. Daarnaast mag zij noch rechtstreeks, noch onrechtstreeks een vergoeding, schadeloosstelling, provisie of voordeel ontvangen voor het beheer van het fonds voor belegging in schuldvorderingen of voor transacties die in het kader van dit beheer worden verricht.

    Onderafdeling 2. - De institutionele beleggingsinstellingin schuldvorderingen

    Art. 6. Onverminderd artikel 20, mag de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen buiten het kader van de effectiseringsverrichtingen die zij verricht en buiten de krachtens de wet toegestane beleggingen, geen activa bezitten, geen verbintenissen aangaan en geen andere werkzaamheden uitoefenen.

    Onderafdeling 3. - De inningsagent

    Art. 7. In de mate dat de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen bij overeenkomst een beroep doet op een inningsagent, dient deze laatste over de nodige middelen in technisch en financieel oogpunt te beschikken die hem toelaten zijn opdracht goed te volbrengen.

    Onderafdeling 4. - De bewaarder

    Art. 8. § 1. De institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen kan bij overeenkomst een beroep doen op een bewaarder, die onder meer volgende taken kan waarnemen :

  3. zich ervan vergewissen dat de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen tijdig de opeisbare opbrengsten uit haar activa ontvangt;

  4. de bewaring verzekeren van toegelaten financiële instrumenten en contanten en inzonderheid de gebruikelijke verplichtingen na komen inzake bewaargeving van contanten en van toegelaten financiële instrumenten;

  5. in opdracht van de beheersvennootschap of de vennootschap voor belegging in schuldvorderingen hun beslissingen met betrekking tot die activa uitvoeren en inzonderheid de verkochte activa afleveren, de aangekochte activa betalen, de dividenden en interesten uit die activa innen, alsook de inschrijvings- en toekenningsrechten laten uitoefenen die eraan verbonden zijn;

  6. zich ervan vergewissen dat, bij transacties met betrekking tot die activa van de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen, de tegenprestatie binnen de gebruikelijke termijnen wordt geleverd;

  7. zich ervan vergewissen dat de opbrengsten van de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen een bestemming krijgen in overeenstemming met de wet, de uitvoeringsbesluiten en het beheersreglement of de statuten;

  8. elke andere instructie van de beheersvennootschap of van de vennootschap voor de belegging in schuldvorderingen met betrekking tot de bewaring van de activa uitvoeren, tenzij die in strijd is met de wet, de uitvoeringsbesluiten, het beheersreglement of de statuten.

    § 2. Voor de toepassing van deze bepaling stellen de bestuurders van de beheersvennootschap of van de vennootschap voor belegging in schuldvorderingen of de personen die het dagelijks bestuur van deze vennootschappen waarnemen, de bewaarder de gepaste informatie ter beschikking.

    § 3. In de mate dat de institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen bij overeenkomst een beroep doet op een bewaarder, dient deze laatste over de nodige middelen in technisch en financieel oogpunt te beschikken die hem toelaten zijn opdracht goed te volbrengen.

    Onderafdeling 5. - De toezichtsvennootschap

    Art. 9. De institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen kan bij overeenkomst een beroep doen op een toezichtsvennootschap.

    Als de toezichtsvennootschap vaststelt dat de schuldvorderingen of de geldstromen zich op gevoelige wijze anders ontwikkelen dan voorzien, of dat bijzondere gebeurtenissen het risicoprofiel van de schuldvorderingen of de verwachte resultaten gevoelig kunnen wijzigen, brengt zij dit onmiddellijk ter kennis van de beheersvennootschap en de vennootschap van belegging in schuldvorderingen.

    Onderafdeling 6. - Het ratingagentschap

    Art. 10. De institutionele beleggingsinstelling in schuldvorderingen kan bij overeenkomst een beroep doen op een ratingagentschap om een verslag te laten opstellen over de belangrijkste elementen van een effectiseringsverrichting.

    Afdeling II. - Vergoedingen, provisies en kosten

    Art. 11. De kosten, vergoedingen en provisies die ten laste worden gebracht van de deelnemers of de houders van schuldinstrumenten van het fonds voor belegging in schuldvorderingen worden omschreven in het beheersreglement.

    Afdeling III. - Belangenconflicten

    Art. 12. De beheersvennootschap van het fonds voor belegging in schuldvorderingen mag noch de cedent van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT