Koninklijk besluit betreffende de verplichte verzekering voorzien door de wet van 11 februari 2013 houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar, de 29 septembre 2022

Artikel 1. Elke verzekeringsovereenkomst onderschreven krachtens artikel 4 van de wet van 11 februari 2013 houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar, hierna "de wet van 11 februari 2013", beantwoordt aan de minimumvoorwaarden bepaald bij dit besluit.

Art. 2. De verzekeringsovereenkomst dekt de activiteiten van vastgoedmakelaar, zoals bedoeld in artikel 2, 4° tot en met 7°, van de wet van 11 februari 2013.

Art. 3. De waarborg is van toepassing voor de verzekerde activiteiten uitgeoefend:

  1. vanuit een exploitatiezetel of kantoor gevestigd in België betreffende onroerende goederen gelegen in een lidstaat in de zin van artikel 2, 3°, van de wet van 11 februari 2013;

  2. vanuit een exploitatiezetel of kantoor gevestigd binnen een lidstaat in de zin van artikel 2, 3°, van de wet van 11 februari 2013 voor de bemiddelingsactiviteiten betreffende onroerende goederen gelegen in België.

    Bij een rechtsgeding wordt de dekking bovendien enkel verleend indien de verzekerde voor een rechtbank op het grondgebied van een lidstaat in de zin van artikel 2, 3°, van de wet van 11 februari 2013 wordt gedaagd.

    Art. 4. De verzekerden zijn:

  3. de natuurlijke personen die als zelfstandige de activiteiten van vastgoedmakelaar uitoefenen en die ingeschreven zijn op het tableau van het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars, op de lijst van de stagiairs van dit Instituut en de personen bedoeld in de artikelen 9 en 9/1 van de wet van 11 februari 2013;

  4. de rechtspersonen die geen lid zijn van het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars en binnen welk kader de natuurlijke personen bedoeld in de bepaling onder 1°, de activiteiten van vastgoedmakelaar uitoefenen of de daadwerkelijke leiding waarnemen van de dienst(en) waarbinnen de activiteiten van vastgoedmakelaar worden uitgeoefend;

  5. de rechtspersonen die de activiteiten van vastgoedmakelaar uitoefenen en die ingeschreven zijn bij het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars;

  6. de vennoten, bestuurders, zaakvoerders en bedrijfsleiders in de uitoefening van hun activiteiten van vastgoedmakelaar in het kader van de verzekerde rechtspersoon, zoals bedoeld in de bepalingen onder 2° en 3° ;

  7. het personeel, de stagiairs en andere medewerkers van een natuurlijke persoon of rechtspersoon, wanneer zij voor rekening van de vastgoedmakelaar handelen, die ertoe gemachtigd zijn het beroep van vastgoedmakelaar uit te oefenen, hierna "de aangestelden" genoemd, en alle andere personen waarvoor de verzekerden opgesomd in de bepalingen onder 1°, 2° en 3° aansprakelijk kunnen worden gesteld in de uitoefening van de verzekerde activiteiten.

    Art. 5. De verzekeringsovereenkomst dekt de burgerlijke beroepsaansprakelijkheid, zowel de contractuele als buitencontractuele, van de verzekerden, namelijk:

  8. de geldelijke gevolgen van de burgerlijke beroepsaansprakelijkheid van de verzekerden, voor lichamelijke, materiële of immateriële schade die ze aan derden toebrengen in de uitoefening van hun activiteiten van vastgoedmakelaar, en die voortvloeit uit:

    1. nalatigheid, vergetelheid, laattijdigheid, onjuistheid, vergissing in feite of in rechte, niet-naleving van termijnen, vergissing naar aanleiding van de mededeling van informatie, documenten of fondsen en in het algemeen uit om het even welke fout;

    2. verlies, diefstal, beschadiging of verdwijning, wat ook de oorzaak ervan is, van alle goederen en onder meer van minuten, stukken of welke waardepapieren of documenten ook, hen al dan niet toevertrouwd, of van sleutels of diverse openings- en sluitingsmechanismen toebehorend aan derden en waarvan de verzekerden houder zijn, zelfs indien deze verliezen, diefstallen, beschadigingen en/of verdwijningen veroorzaakt zijn door water, vuur, brand, ontploffing of rook;

  9. de geldelijke gevolgen van de burgerlijke beroepsaansprakelijkheid die aan de verzekerden kan worden ten laste gelegd wegens de materiële schade als gevolg van brand, ontploffing of water, veroorzaakt aan de gebouwen en hun inboedel die hen worden toevertrouwd in de uitoefening van hun activiteiten of waartoe de verzekerden toegang hebben voor deze uitoefening, op voorwaarde dat deze toe te schrijven zijn aan om het even welke fout of aan de gebrekkige uitoefening van deze activiteiten;

  10. de geldelijke gevolgen van de burgerlijke beroepsaansprakelijkheid die aan de verzekerden kan worden ten laste gelegd wegens de schade als gevolg van brand, ontploffing, water, gebrek aan onderhoud, voorzorg, of ouderdom, aan derden berokkend, door de gebouwen of hun inboedel waartoe de verzekerden toegang hebben of die hen zijn toevertrouwd in de uitoefening van hun activiteiten, op voorwaarde dat deze toe te schrijven zijn aan om het even welke fout of aan een gebrekkige uitoefening van deze activiteiten;

  11. de geldelijke gevolgen van de burgerlijke beroepsaansprakelijkheid die kan rusten op de verzekerden bedoeld in artikel 4, 1° tot 4°, ingeval van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT