Koninklijk besluit betreffende de organisatie van de arbeidstijd van sommige personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken, de 23 novembre 2021

Artikel 1. Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van de Richtlijn 2003/88/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 november 2003 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd.

Art. 2. De arbeidsduur mag meer dan elf uur per dag bedragen voor de personeelsleden van de diensten van de FOD Binnenlandse Zaken :

  1. van de permanentie van de Algemene Directie van het Nationaal Crisiscentrum;

  2. van de centra van de Algemene Directie van de Dienst Vreemdelingenzaken;.

  3. van de nood- en hulpcentrales van de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid.

    Art. 3. De personeelsleden van de permanentie van de Algemene Directie van het Nationaal Crisiscentrum van de FOD Binnenlandse Zaken worden onderworpen aan de bepalingen van titel II betreffende de wachttoelagen van het koninklijk besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt.

    Art. 4. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  4. paragraaf 3, 3°, wordt opgeheven;

  5. tussen de paragrafen 3 en 4 wordt een nieuwe paragraaf 4 ingevoegd, luidende:

    "In afwijking van paragraaf 1 zijn de bepalingen van titel II betreffende de toelagen voor onregelmatige prestaties en voor werk in opeenvolgende ploegen niet van toepassing op de personeelsleden die de permanentie verzekeren binnen de Algemene Directie van het Nationaal Crisiscentrum van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken.".

    Art. 5. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

    Handtekening

    Gegeven te Brussel, 23 november 2021.

    FILIP

    Van Koningswege :

    De Minister van Binnenlandse Zaken,

    A. VERLINDEN

    De Staatssecretaris voor Asiel en Migratie,

    S. MADHI

    Aanhef

    FILIP, Koning der Belgen,

    Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

    Gelet op de Grondwet, de artikelen 37 en 107, tweede lid;

    Gelet op het koninklijk besluit van 13 juli 2017 tot vaststelling van de toelagen en vergoedingen van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt;

    Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 14 januari 2021;

    Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, d.d. 15 maart 2021;

    Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 15 maart 2021;

    Gelet op het protocol van onderhandelingen nr. 2021/01 van het sectorcomité V - Binnenlandse Zaken, gesloten op 15 april 2021;

    Gelet op advies 69.748/4-2/V van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

    Overwegende de wet van 14 december 2000 tot vaststelling van sommige aspecten van de organisatie van de arbeidstijd in de openbare sector, artikel 5, § 3;

    Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en de Staatssecretaris voor Asiel en Migratie,

    Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

    Verslag aan de Koning

    VERSLAG AAN DE KONING

    Sire,

    Het ontwerp van besluit waarvan ik de eer heb het ter ondertekening aan Uwe Majesteit voor te leggen heeft als doel de personeelsleden van de permanentie van de Algemene directie van het Nationaal Crisiscentrum, van de centra van de Algemene Directie van de Dienst Vreemdelingenzaken en van nood- en hulpcentrales van de Algemene Directie van de Civiele...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT