Koninklijk besluit betreffende het op de markt brengen van liften en veiligheidscomponenten voor liften, de 12 avril 2016

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen en definities

Artikel 1. Dit besluit voorziet in de omzetting van richtlijn 2014/33/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake liften en veiligheidscomponenten voor liften.

Art. 2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. "lift": een hijs- of hefwerktuig dat bepaalde niveaus bedient met behulp van een drager die langs starre, ten opzichte van het horizontale vlak meer dan 15 graden hellende geleiders beweegt, of een hijs- of hefwerktuig dat een vaste baan volgt zelfs indien het niet langs starre geleiders beweegt;

  2. "drager": het deel van de lift waarop personen en/of goederen zich bevinden om naar boven of beneden gebracht te worden;

  3. "modellift": een representatieve lift waarvan de technische documentatie laat zien hoe de essentiële veiligheids- en gezondheidseisen van bijlage I in acht worden genomen voor liften die zijn afgeleid van de met behulp van objectieve parameters gedefinieerde modellift en waarin identieke veiligheidscomponenten voor liften worden gebruikt;

  4. "Unie": lidstaten van de Europese Unie, Turkije en de lidstaten van de Europese Vrijhandelsassociatie die partij zijn bij de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;

  5. "lidstaat": lidstaat van de Europese Unie of Turkije of een lidstaat van de Europese Vrijhandelsassociatie die partij is bij de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;

  6. "op de markt aanbieden": het in het kader van een handelsactiviteit, al dan niet tegen betaling, verstrekken van een veiligheidscomponent voor liften met het oog op distributie of gebruik op de markt van de Unie;

  7. "in de handel brengen":

    1. het voor het eerst op de markt aanbieden van een veiligheidscomponent voor liften, of

    2. het in het kader van een handelsactiviteit, al dan niet tegen betaling, verstrekken van een lift met het oog op gebruik op de markt van de Unie;

  8. "installateur": de natuurlijke of rechtspersoon die de verantwoordelijkheid aanvaardt voor het ontwerp, de vervaardiging, de installatie en het in de handel brengen van de lift;

  9. "fabrikant": een natuurlijke of rechtspersoon die een veiligheidscomponent voor liften vervaardigt of laat ontwerpen of vervaardigen, en de component onder zijn naam of merknaam verhandelt;

  10. "gemachtigde": een in de Unie gevestigde natuurlijke of rechtspersoon die schriftelijk door een installateur of fabrikant is gemachtigd om namens hem specifieke taken te vervullen;

  11. "importeur": een in de Unie gevestigde natuurlijke of rechtspersoon die een veiligheidscomponent voor liften uit een derde land in de Unie in de handel brengt;

  12. "distributeur": een natuurlijke of rechtspersoon in de toeleveringsketen, verschillend van de fabrikant of de importeur, die een veiligheidscomponent voor liften op de markt aanbiedt;

  13. "marktdeelnemers": de installateur, de fabrikant, de gemachtigde, de importeur en de distributeur;

  14. "technische specificatie": een document dat de technische eisen voorschrijft waaraan een lift of een veiligheidscomponent voor liften moet voldoen;

  15. "geharmoniseerde norm": een geharmoniseerde norm zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 1, onder c), van Verordening (EU) nr. 1025/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende Europese normalisatie, tot wijziging van de Richtlijnen 89/686/EEG en 93/15/EEG van de Raad alsmede de Richtlijnen 94/9/EG, 94/25/EG, 95/16/EG, 97/23/EG, 98/34/EG, 2004/22/EG, 2007/23/EG, 2009/23/EG en 2009/105/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Beschikking 87/95/EEG van de Raad en Besluit nr. 1673/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad;

    16 "accreditatie": accreditatie zoals gedefinieerd in artikel 2, lid 10, van Verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 339/93;

  16. "nationale accreditatie-instantie": nationale accreditatie-instantie zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 11, van de voormelde Verordening (EG) nr. 765/2008;

  17. "conformiteitsbeoordeling": het proces waarin wordt aangetoond of voor een lift of een veiligheidscomponent voor liften voldaan is aan de essentiële veiligheids- en gezondheidseisen van dit besluit;

  18. "conformiteitsbeoordelingsinstantie": een instantie die conformiteitsbeoordelingsactiviteiten verricht, zoals onder meer ijken, testen, certificeren en inspecteren;

  19. "terugroepen": met betrekking tot liften, een maatregel waarmee wordt beoogd een lift te ontmantelen en zich er veilig van te ontdoen, en met betrekking tot veiligheidscomponenten voor liften, een maatregel waarmee wordt beoogd een veiligheidscomponent voor liften te doen terugkeren die al aan de installateur of eindgebruiker ter beschikking is gesteld;

  20. "uit de handel nemen": maatregel waarmee wordt beoogd te voorkomen dat een veiligheidscomponent voor liften in de toeleveringsketen op de markt wordt aangeboden;

  21. "harmonisatiewetgeving van de Europese Unie": alle wetgeving van de Europese Unie die de voorwaarden voor het verhandelen van producten harmoniseert;

  22. "CE-markering": een markering waarmee de installateur of de fabrikant aangeeft dat de lift of de veiligheidscomponent voor liften in overeenstemming is met alle toepasselijke eisen van de harmonisatiewetgeving van de Europese Unie die in het aanbrengen ervan voorziet;

  23. "gemachtigde van de minister": de directeur-generaal van de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie;

  24. "overheidsdienst": de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie;

  25. "markttoezicht" : activiteiten en maatregelen van overheidsinstanties om ervoor te zorgen dat producten voldoen aan de eisen die zijn opgenomen in de ter zake doende harmonisatiewetgeving van de Europese Unie;

  26. "markttoezichtautoriteit" : de autoriteit of autoriteiten van een lidstaat verantwoordelijk voor het uitvoeren van markttoezicht op het eigen grondgebied.

    Art. 3. § 1. Dit besluit is van toepassing op vast opgestelde liften in gebouwen en bouwwerken die bestemd zijn voor vervoer van:

  27. personen;

  28. personen en goederen;

  29. alleen goederen indien de drager toegankelijk is, dat wil zeggen dat een persoon deze zonder probleem kan betreden, en dat deze uitgerust is met bedieningsapparatuur in de drager of binnen het bereik van een persoon in de drager.

    Dit besluit is ook van toepassing op de veiligheidscomponenten voor liften opgenomen in bijlage III die worden gebruikt in de in het eerste lid bedoelde liften.

    § 2. Dit besluit is niet van toepassing op:

  30. hijs- en hefwerktuigen met een maximumsnelheid van 0,15 m/s;

  31. bouwliften;

  32. kabelinstallaties, met inbegrip van kabelsporen;

  33. liften die speciaal zijn ontworpen en gebouwd voor militaire of politiële doeleinden;

  34. hijs- en hefwerktuigen van waaruit werkzaamheden verricht kunnen worden;

  35. mijnliften;

  36. hijs- en hefwerktuigen voor het heffen van kunstenaars tijdens een optreden;

  37. hijs- en hefwerktuigen die in vervoermiddelen zijn ingebouwd;

  38. hijs- en hefwerktuigen die met een machine zijn verbonden en uitsluitend bestemd zijn om de toegang tot de werkplek, inclusief onderhouds- en inspectiepunten op de machine, mogelijk te maken;

  39. tandradbanen;

  40. roltrappen en rolpaden.

    § 3. Indien voor een bepaalde lift of veiligheidscomponent voor liften de in dit besluit bedoelde risico's geheel of gedeeltelijk onder bijzondere recht van de Europese Unie vallen, is dit besluit voor die liften of veiligheidscomponenten voor liften en die risico's niet of niet meer van toepassing, zodra dat bijzondere recht van toepassing wordt.

    Art. 4. De Belgische markttoezichtautoriteiten zijn deze vermeld in het ministerieel besluit van 25 april 2014 tot aanstelling van de ambtenaren die belast zijn met de opsporing en vaststelling van de inbreuken bepaald in artikel XV.2 van het Wetboek van economisch recht.

    De bevoegde Belgische autoriteit is de overheidsdienst.

    Art. 5. De liften kunnen uitsluitend in de handel gebracht en in bedrijf gesteld worden indien zij aan de eisen van dit besluit voldoen, wanneer zij op passende wijze worden geïnstalleerd en onderhouden en worden gebruikt overeenkomstig hun voorziene bestemming.

    De veiligheidscomponenten voor liften kunnen uitsluitend op de markt aangeboden en in bedrijf gesteld worden indien zij aan de eisen van dit besluit voldoen, wanneer zij op passende wijze worden ingebouwd en onderhouden en worden gebruikt overeenkomstig hun voorziene bestemming.

    Het is toegelaten dat op jaarbeurzen, exposities of bij demonstraties liften of veiligheidscomponenten voor liften worden getoond die niet met dit besluit in overeenstemming zijn, mits op een zichtbaar bord duidelijk is aangegeven dat zij niet aan de voorschriften voldoen en niet in de handel worden gebracht of op de markt worden aangeboden voordat zij aan de voorschriften zijn aangepast. Bij demonstraties moeten de juiste veiligheidsmaatregelen worden genomen om de bescherming van personen te waarborgen.

    Art. 6. De liften voldoen aan de in bijlage I opgenomen essentiële veiligheids- en gezondheidsvoorschriften.

    Veiligheidscomponenten voor liften voldoen aan de in bijlage I opgenomen essentiële veiligheids- en gezondheidseisen en zijn zodanig dat de liften waarin zij zijn ingebouwd, aan deze eisen voldoen.

    Art. 7. Degene die verantwoordelijk is voor de verwezenlijking van het gebouw of het bouwwerk en de installateur verstrekken elkaar de nodige gegevens voor de goede werking en het veilige gebruik van de lift en treffen passende maatregelen teneinde de goede werking en het veilige gebruik van de lift te waarborgen.

    Er zijn in liftschachten geen leidingen of installaties aanwezig die niet voor de werking of veiligheid van de lift vereist zijn.

    HOOFDSTUK 2. -...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT