Koninklijk besluit betreffende elementen van een nucleaire installatie bestemd voor de industriële productie van elektriciteit die dienen voor de transmissie van elektriciteit en onderworpen zijn aan de controle van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle, de 30 juillet 2018

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.

§ 1. Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2008/114/EG van de Raad van 8 december 2008 inzake de identificatie van Europese kritieke infrastructuren, de aanmerking van infrastructuren als Europese kritieke infrastructuren en de beoordeling van de noodzaak de bescherming van dergelijke infrastructuren te verbeteren.

§ 2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. De wet van 1 juli 2011 : de wet van 1 juli 2011 betreffende de beveiliging en de bescherming van de kritieke infrastructuren.

  2. B.P.E. : het beveiligingsplan van de exploitant bedoeld in artikel 13 van de wet van 1 juli 2011;

  3. Kritieke groep: het geheel van elementen bedoeld voor de elektriciteitstransmissie, die zich op de site van een nucleaire installatie bestemd voor de industriële elektriciteitsproductie bevinden en die als kritieke infrastructuur werden aangeduid overeenkomstig artikelen 7 en 8 van de wet van 1 juli 2011;

  4. Het Agentschap: Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle, opgericht door de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle;

  5. Exploitant van de kritieke groep : de exploitant in de zin van artikel 3, 10°) van de wet van 1 juli 2011.

    Art. 2. § 1. Wanneer een of meerdere elementen van de kritieke groep door verschillende natuurlijke, of rechtspersonen worden uitgebaat, dan stemmen de door elk van deze personen uit hoofde van artikel 12 § 1 van de wet van 1 juli 2011 aangeduide beveiligingscontactpunten zich op elkaar af om hun functies waar te nemen.

    § 2. Per kritieke groep is er slechts één BPE.

    Wanneer een of meerdere elementen van de kritieke groep door verschillende natuurlijke of rechtspersonen worden uitgebaat, dan worden de verantwoordelijkheden van elk van deze personen geïdentificeerd in het B.P.E..

    Art. 3. § 1. Het B.P.E. bevat minimaal de volgende informatie :

    1. een gedeelte over de algemene beschrijving van de kritieke groep en de bestanddelen ervan;

    2. een gedeelte over de inventaris en de ligging van de punten van de kritieke groep die, indien ze geraakt zouden worden, tot de verstoring van de werking, of de vernietiging ervan zouden kunnen leiden;

    3. een gedeelte over de risicoanalyse, bestaande uit een identificatie van de voornaamste scenario's van pertinente potentiële dreigingen van opzettelijke handelingen met het oog op de verstoring van de werking of de vernietiging van de kritieke groep;

    4. een gedeelte over de analyse van de kwetsbaarheden van de kritieke groep en de potentiële weerslag van de verstoring van haar werking of van haar vernietiging in functie van de verschillende in aanmerking genomen scenario's;

    5. een gedeelte over de permanente en de graduele interne beveiligingsmaatregelen, in de zin van artikel 13, § 2, van de wet van 1 juli 2011. De interne beveiligingsmaatregelen die met elk van de scenario's van de risicoanalyse overeenstemmen, worden in volgorde van prioriteit geïdentificeerd, geselecteerd en aangewezen.

      § 2. Wanneer de kritieke groep uit meerdere elementen is samengesteld die door verschillende natuurlijke of rechtspersonen worden uitgebaat, dan wordt het B.P.E. voorgesteld in de vorm van een uniek document dat voortvloeit uit een coördinatie tussen deze natuurlijke of rechtspersonen. In het bijzonder :

    6. wordt in het gedeelte over de algemene beschrijving van de kritieke groep en de bestanddelen ervan, de exploitant voor elk van deze elementen geïdentificeerd;

    7. wordt in het gedeelte over de inventaris en de ligging van de punten van de kritieke groep die, indien ze geraakt zouden worden, tot de verstoring van de werking of de vernietiging ervan zouden kunnen leiden, de exploitant uitdrukkelijk voor elk van deze punten geïdentificeerd;

    8. wordt in het gedeelte over de risicoanalyse, wanneer een bepaald risico betrekking heeft op meerdere elementen die door verschillende natuurlijke, of rechtspersonen worden uitgebaat, voor elk van deze elementen gepreciseerd welke hiervan de exploitant is en welke de interacties daarvan met de andere elementen van de kritieke groep zijn;

    9. wordt in het gedeelte over de analyse van de kwetsbaarheden, wanneer een scenario van pertinente potentiële dreigingen dat door de risicoanalyse geïdentificeerd werd, betrekking heeft op verschillende elementen die door verschillende natuurlijke, of rechtspersonen worden uitgebaat, voor elk van deze elementen gepreciseerd welke hiervan de exploitant is en welke de interacties daarvan met de andere elementen van de kritieke groep zijn;

    10. wordt in het gedeelte over de interne beveiligingsmaatregelen, de exploitant uitdrukkelijk voor elk van de graduele of permanente interne beveiligingsmaatregelen geïdentificeerd.

      HOOFDSTUK 2. - Informatie-Uitwisselingen en oefeningen

      Art. 4. Binnen zes maanden na de kennisgeving van de aanduiding van de kritieke groep, wordt een kopie van de gegevens m.b.t. het (de) beveiligingscontactpunt(en) dat (die) in overeenstemming met artikel 12, § 1 van de wet van 1 juli 2011 werd(en), aangewezen, die aan de sectorale overheid voor energie werden verstuurd, aan het Agentschap door de exploitant van de kritieke groep verstrekt, of, wanneer een of meerdere elementen van de kritieke groep door verschillende natuurlijke, of rechtspersonen worden uitgebaat, door deze personen, die zich hiertoe op elkaar afstemmen.

      Art. 5. Binnen twaalf maanden na de kennisgeving van de aanduiding van de kritieke groep, wordt door de exploitant van de kritieke groep, of, wanneer een of meerdere elementen van de kritieke groep door verschillende natuurlijke of rechtspersonen worden uitgebaat, door deze personen, die zich hiertoe op elkaar afstemmen, een kopie van het B.P.E. aan het Agentschap overgemaakt.

      Art. 6. § 1. Wanneer er wijzigingen aan de kritieke groep of aan zijn beveiligingssysteem werden aangebracht, dan wordt het Agentschap hiervan onmiddellijk door de exploitant van de kritieke groep op de hoogte gebracht, of, wanneer een of meerdere elementen van de kritieke groep door verschillende natuurlijke, of rechtspersonen worden uitgebaat, door deze personen, die zich hiertoe op elkaar afstemmen.

      Het Agentschap kan bepalen van welke wijzigingen aan de kritieke groep en aan zijn beveiligingssysteem het in kennis dient te worden gesteld.

      § 2. In geval van wijziging van het B.P.E. wordt er een kopie van het B.P.E., zoals gewijzigd, aan het Agentschap overgemaakt.

      Het Agentschap kan de criteria bepalen op basis waarvan de wijzigingen aan de kritieke groep en aan zijn beveiligingssysteem tot een wijziging van het B.P.E. moeten leiden.

      § 3. Wanneer er wijzigingen aan de gegevens betreffende het beveiligingscontactpunt in de zin van artikel 12, § 1, van de wet van 1 juli 2011 werden aangebracht, dan worden het Agentschap, de sectorale overheid en de Algemene Directie Crisiscentrum van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken (hierna de ADCC) door de exploitant van de kritieke groep, of, wanneer een of meerdere elementen van de kritieke groep door verschillende natuurlijke, of rechtspersonen worden uitgebaat, door deze personen, die zich hiertoe op elkaar afstemmen, onmiddellijk op de hoogte gebracht.

      Art. 7. § 1. De exploitant van de kritieke groep evalueert regelmatig de effectiviteit en de betrouwbaarheid van het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT