10 JULI 2012. - Wet houdende diverse bepalingen inzake elektronische communicatie (1)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

HOOFDSTUK 1. - Voorwerp

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Deze wet vormt de omzetting in Belgisch recht van :

  1. Richtlijn 2009/136/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 tot wijziging van Richtlijn 2002/22/EG inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische- communicatienetwerken en -diensten, Richtlijn 2002/58/EG betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie en Verordening (EG) nr. 2006/2004 betreffende samenwerking tussen de nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming (Publicatieblad 18 december 2009, L 337/11);

  2. Richtlijn 2009/140/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 tot wijziging van Richtlijn 2002/21/EG inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten, Richtlijn 2002/19/EG inzake de toegang tot en interconnectie van elektronische-communicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten, en Richtlijn 2002/20/EG betreffende de machtiging voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten (Publicatieblad 18 december 2009, L 337/37).

    HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 17 januari 2003 met betrekking tot het statuut van de regulator van de Belgische post- en telecommunicatiesector

    Art. 2. In de wet van 17 januari 2003 met betrekking tot het statuut van de regulator van de Belgische post- en telecommunicatiesector wordt een artikel 1/1 ingevoegd, luidende :

    Art. 1/1. Hoofdstukken III en V voorzien in een gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2009/136/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 tot wijziging van Richtlijn 2002/22/EG inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische-communicatienetwerken en -diensten, Richtlijn 2002/58/EG betreffende de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie en Verordening (EG) nr. 2006/2004 betreffende samenwerking tussen de nationale instanties die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de wetgeving inzake consumentenbescherming en van Richtlijn 2009/140/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 tot wijziging van Richtlijn 2002/21/EG inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten, Richtlijn 2002/19/EG inzake de toegang tot en interconnectie van elektronische-communicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten, en Richtlijn 2002/20/EG betreffende de machtiging voor elektronische-communicatienetwerken en -diensten.

    .

    Art. 3. In artikel 14 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 20 juli 2005 en gewijzigd bij de wetten van 16 maart 2007, 18 mei 2009, 13 december 2010 en 31 mei 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  3. in paragraaf 1 wordt de bepaling onder 1° aangevuld met de woorden « of van de Kamer van volksvertegenwoordigers »;

  4. in paragraaf 2 worden de volgende wijzigingen aangebracht :

    1. de bepaling onder 1° wordt aangevuld met de woorden « ; het moet dergelijke openbare raadplegingen organiseren zodat het rekening houdt met de standpunten van de eindgebruikers, consumenten (met inbegrip van met name consumenten met een handicap), fabrikanten en ondernemingen die elektronische-communicatienetwerken en/of -diensten aanbieden over aangelegenheden die verband houden met alle eindgebruikers- en consumentenrechten met betrekking tot openbare elektronische-communicatiediensten, met name wanneer zij een belangrijke invloed hebben op de markt; deze raadplegingen waarborgen dat bij de besluitvorming van het Instituut inzake vraagstukken die verband houden met de rechten van eindgebruikers en consumenten wat openbare elektronische-communicatiediensten betreft het op passende wijze rekening houdt met de belangen van de consumenten op het gebied van elektronische communicatie »;

    2. de bepaling onder 3°, a) wordt aangevuld met de woorden « , ENISA, het Bureau en aan BEREC »;

    3. in de bepaling onder 3° wordt een bepaling onder g) ingevoegd, luidende :

    g) de openbare diensten die bevoegd zijn op het stuk van openbare veiligheid, of civiele veiligheid en bescherming, of civiele verdediging, of crisisplanning, of veiligheid of bescherming van het economische en wetenschappelijke potentieel van het land;

    ;

  5. paragraaf 3 wordt aangevuld met de woorden « , voor zover deze mededeling noodzakelijk is voor de uitvoering van de opdrachten van deze autoriteiten ».

    Art. 4. In artikel 15 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  6. in paragraaf 1 worden de woorden « waarvan de Koning bij een in de Ministerraad overlegd besluit de lijst bepaalt en » vervangen door de woorden « uitgezonderd de besluiten betreffende marktregulering ex ante en geschillen tussen operatoren »;

  7. in paragraaf 2 worden de woorden « stelt de Koning de nadere regels vast voor de in dit artikel beschreven procedures » vervangen door de woorden « kan de Koning in andere uitzonderingen voorzien »;

  8. paragraaf 3 wordt opgeheven.

    Art. 5. In artikel 16, eerste lid, van dezelfde wet, wordt een zin ingevoegd tussen de eerste zin die eindigt met de woorden « bevoegdheden van het Instituut » en de tweede zin die aanvangt met de woorden « Hij vertegenwoordigt », luidende :

    Hij oefent zijn bevoegdheden uit op een onpartijdige en transparante manier en op het gepaste moment.

    .

    Art. 6. In artikel 17 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 18 mei 2009 30, december 2009 en 31 mei 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  9. in paragraaf 2 wordt het derde lid vervangen als volgt :

    De leden van de Raad worden benoemd in de hoedanigheid van lid of van voorzitter voor een termijn van zes jaar. Deze termijn kan hernieuwd worden met zes jaar zolang er geen drie opeenvolgende mandaten worden uitgeoefend, ongeacht hun aard

    ;

  10. paragraaf 5 wordt aangevuld met een lid, luidende :

    Het afzettingsbesluit wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

    .

    Art. 7. In artikel 20 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 18 mei 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  11. in paragraaf 1 worden de volgende wijzigingen aangebracht :

    1. aan het begin van de eerste zin worden de woorden « In geval van hoogdringendheid, wanneer het risico op een moeilijk te herstellen, ernstig nadeel bestaat, neemt de Raad onmiddellijk » vervangen door de woorden « Bij schending van de artikelen 9, 11, 18, 51, 55, 56 of 64 van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie of de bijbehorende uitvoeringsmaatregelen, die een onmiddellijke en ernstige dreiging inhoudt voor de openbare orde, de openbare veiligheid of de volksgezondheid of die ernstige economische of operationele problemen met zich kan brengen voor andere aanbieders of gebruikers van elektronische-communicatienetwerken of -diensten, of andere gebruikers van het radiospectrum, kan de Raad »;

    2. op het einde van de eerste zin, wordt het woord « aannemen » ingevoegd tussen de woorden « voorlopige maatregelen » en de woorden « en bepaalt »;

    3. op het einde van de eerste zin, worden de woorden « twee maanden » vervangen door de woorden « drie maanden, verlengbaar met een nieuwe termijn van maximaal drie maanden indien de uitvoeringsprocedures nog niet voltooid zijn »;

    4. een zin wordt ingevoegd tussen de eerste zin die eindigt met de woorden « drie maanden mag overschrijden. » en de tweede zin die aanvangt met de woorden « De totale termijn », luidende :

      Hij mag deze maatregelen nemen zelfs indien zij een impact hebben op de contractuele relaties van betrokken partijen.

      ;

    5. de voormalige tweede zin die de derde zin wordt, wordt opgeheven;

    6. de paragraaf wordt aangevuld met twee leden die als volgt luiden :

      De betrokkene kan binnen drie werkdagen vragen om gehoord te worden om zijn standpunt uiteen te zetten en oplossingen voor te stellen.

      De Raad kan vervolgens, indien nodig, de voorlopige maatregelen opheffen, aanpassen of bekrachtigen.

      ;

  12. in paragraaf 2, op het einde van de eerste zin, wordt het woord « Voorzitter » vervangen door het woord « voorzitter ».

    Art. 8. In artikel 21 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 18 mei 2009 en gewijzigd bij de wet van 13 december 2010, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  13. paragraaf 1 wordt vervangen als volgt :

    § 1. Indien de Raad over een reeks aanwijzingen beschikt die zouden kunnen wijzen op een overtreding van de wetgeving of reglementering waarvan de naleving door het Instituut wordt gecontroleerd of van de besluiten van het Instituut genomen ter uitvoering van die wetgeving of reglementering, deelt hij zijn grieven mee aan de betrokkene, alsook de beoogde maatregelen bedoeld in paragraaf 5 die toegepast zullen worden, indien de overtreding bevestigd wordt.

    ;

  14. in paragraaf 2 worden de woorden « de overtreder » vervangen door de woorden « de betrokkene »;

  15. in paragraaf 3 worden de woorden « De overtreder » vervangen door de woorden « De betrokkene »;

  16. in paragraaf 4 worden de woorden « de overtreder » vervangen door de woorden « de betrokkene »;

  17. de paragrafen 5 en 6 worden vervangen als volgt en aangevuld met een paragraaf 7 :

    § 5. Indien de Raad een overtreding constateert, beveelt hij de stopzetting ervan, hetzij onmiddellijk, hetzij binnen de redelijke termijn die hij bepaalt.

    Het bevel tot stopzetting kan gepaard gaan met één of meerdere van de volgende maatregelen :

    1° voorschriften in verband met de manier waarop de overtreding ongedaan moet worden gemaakt;

    2° de betaling binnen de termijn bepaald door de Raad van een administratieve boete die aan de Schatkist toekomt ten bedrage van maximaal 5 % van de omzet van de overtreder gedurende...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT