Ministerieel besluit betreffende de toekenning van subsidies voor het inzaaien van een groenbedekker met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling., de 19 décembre 2003

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen over de verbintenis.

Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder :

  1. de oppervlakteaangifte : de oppervlakteaangifte voor het verkrijgen van premies voor bepaalde akkerbouwgewassen, voor milieumaatregelen en voor rundvee en schapen, bedoeld in het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen en in het ministerieel besluit van 20 december 2001 houdende uitvoering van het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen;

  2. de afdeling : de afdeling Land- en Tuinbouwvorming van de administratie Land- en Tuinbouw van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;

  3. ALP : administratie Landbouwproductiebeheer van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;

  4. groenbedekking : de inzaai van een perceel met een in de lijst in de bijlage, gevoegd bij dit besluit, opgenomen groenbedekker tijdens het teeltjaar waarin het aangegeven wordt in de oppervlakteaangifte;

  5. de producent : de landbouwer die als producent geïdentificeerd is bij de administratie Landbouwproductiebeheer, overeenkomstig de bepalingen van Verordening EEG nr. 3508/92 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen.

Art. 2. De landbouwer die een verbintenis aangaat om jaarlijks, gedurende minstens vijf opeenvolgende jaren, op een oppervlakte van minstens 1 ha een groenbedekker in te zaaien, kan hiervoor een jaarlijkse subsidie van 50 euro per ha ontvangen voor zover hij in aanmerking komt volgens de bepalingen die horen bij de oppervlakteaangifte.

HOOFDSTUK II. - Voorwaarden om voor de subsidie in aanmerking te komen.

Art. 3. De groenbedekkers die voor subsidie in aanmerking komen en de bijbehorende minimaal vereiste hoeveelheid zaaizaad per ha worden in bijlage I, gevoegd bij dit besluit, weergegeven.

Art. 4. Het gebruik van het zaaizaad moet worden gestaafd aan de hand van facturen en bijbehorende certificaten voor aankoop of schonen door een erkende loontriage van het eigen gewonnen zaaizaad. Deze bewijzen worden gedurende minstens vijf jaar lang bewaard en bij controle voorgelegd.

Art. 5. De groenbedekker moet voor 1 november zijn gezaaid en moet ten minste tot 15 februari behouden worden. De inzaai moet gebeuren in het jaar dat de subsidie voor inzaai van een groenbedekker wordt aangevraagd.

Art. 6. De landbouwer bezorgt jaarlijks...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT