14 APRIL 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 maart 2011 tot vaststelling van de instanties die voorafgaandelijk aan de uitvoering van activiteiten, bedoeld in artikel 1 van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, moeten worden op de hoogte gebracht

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, artikel 9, §§ 1, gewijzigd bij de wet van 28 april 2010, en § 3;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 maart 2011 tot vaststelling van de instanties die voorafgaandelijk aan de uitvoering van activiteiten, bedoeld in artikel 1 van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, moeten worden op de hoogte gebracht;

Gelet op advies 52.882/2 van de Raad van State, gegeven op 11 maart 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, vervangen bij de wet van 2 april 2003;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Artikel 4, 1°, van het koninklijk besluit van 28 maart 2011 tot vaststelling van de instanties die voorafgaandelijk aan de uitvoering van activiteiten, bedoeld in artikel 1 van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, moeten worden op de hoogte gebracht, wordt vervangen als volgt:

1° voor de activiteit, bedoeld in artikel 1, § 1, eerste lid, 8°, van de wet: de administratie en de provinciale eenheid van de federale wegpolitie waartoe de gemeente behoort van de plaats van vertrek van de begeleiding van uitzonderlijke voertuigen

.

Art. 2. In artikel 4, 3°, van hetzelfde besluit, worden de woorden « de administratie en » ingevoegd tussen de woorden « voor alle andere activiteiten » en de woorden « de korpschef ».

Art. 3. Artikel 7 van hetzelfde besluit, wordt vervangen als volgt :

Art. 7. De aanmeldingen die conform artikel 6, 1°, worden verricht, geschieden als volgt :

1° voor de activiteiten waarvan het voorziene aanvangsuur ligt binnen de tijdspanne vanaf 00 uur tot 13 uur : uiterlijk om 16 uur op de dag die de dag van de voorziene uitvoering van de activiteiten voorafgaat;

2° voor de activiteiten waarvan het voorziene aanvangsuur ligt binnen de tijdspanne vanaf 13 uur tot 21 uur : uiterlijk om 7 uur op de dag van de voorziene uitvoering van de activiteiten;

3° voor de activiteiten waarvan het voorziene aanvangsuur ligt binnen de tijdspanne vanaf 21 uur tot 24 uur : uiterlijk om 13 uur op de dag van de voorziene uitvoering van de activiteiten.

Art. 4. De bijlage 2 gevoegd bij hetzelfde besluit, wordt vervangen door de bijlage gevoegd bij dit besluit.

Art. 5. Onze...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT