5 MAART 2004. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 houdende inrichting van het deeltijds beroepssecundair onderwijs

De Vlaamse regering,

Gelet op het decreet van 31 juli 1990 betreffende het onderwijs-II, inzonderheid op artikel 84quater, 1°, b) en c), ingevoegd bij het decreet van 12 juni 1991;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 houdende inrichting van het deeltijds beroepssecundair onderwijs, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 7 januari 1992, 9 juni 1993, 16 mei 1995, 27 mei 1997, 9 maart 2001 en 21 maart 2003;

Gelet op het overleg dat, in toepassing van artikel 5 van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, met de afgevaardigden van de inrichtende machten heeft plaats gehad op 8 oktober 2003;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 16 oktober 2003;

Gelet op het advies nr 36.317/1 van de Raad van State, gegeven op 8 januari 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging,

Besluit :

Artikel 1. De artikelen 7 tot en met 10ter van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 houdende inrichting van het deeltijds beroepssecundair onderwijs, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 9 juni 1993, 27 mei 1997 en 9 maart 2001, worden vervangen door wat volgt :

Art. 7. § 1. De klassenraad beslist over de toekenning van de volgende studiebewijzen aan de regelmatige leerlingen :

1° het getuigschrift van de tweede graad van het secundair onderwijs;

2° het getuigschrift over de basiskennis van het bedrijfsbeheer;

3° het attest van verworven bekwaamheden.

§ 2. De in § 1 bedoelde klassenraad bestaat uit de directeur of zijn afgevaardigde, die het voorzitterschap waarneemt, de coördinator en alle leraars die aan de betrokken leerling les geven, in voorkomend geval dus ook van de meewerkende instellingen; deze personen zijn ambtshalve stemgerechtigd. Met "meewerkende instellingen" worden de instellingen bedoeld waar de centra voor deeltijds beroepssecundair onderwijs voor het organiseren van hun onderwijsaanbod kunnen mee samenwerken, zoals bepaald in artikel 67, § 1, van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het onderwijs-II.

De klassenraad kan maar geldig vergaderen als al deze personen aanwezig zijn, behoudens in geval van gewettigde afwezigheid of bewezen overmacht.

De voorzitter kan eventueel ook een lid van het technisch personeel van het begeleidend centrum voor leerlingenbegeleiding...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT