Koninklijk besluit houdende de erkenningsvoorwaarden voor hondenkwekerijen, kattenkwekerijen, dierenasielen, dierenpensions en handelszaken voor dieren, en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren. - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 24-05-1997 en tekstbijwerking tot 29-12-2006.), de 17 février 1997

HOOFDSTUK I. - Definities.

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. Verantwoordelijke : de eigenaar of de houder die de inrichting beheert en er een direkt toezicht uitoefent op de dieren;

  2. Inrichting : naargelang het geval hondenkwekerij, kattenkwekerij, dierenasiel, dierenpension of handelszaak voor dieren;

  3. De Minister : de Minister of Staatssecretaris tot wiens bevoegdheid de landbouw behoort;

  4. De Dienst : de diergeneeskundige diensten van het Ministerie van Middenstand en Landbouw.

  5. De wet : de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren.

  6. Identifikatiegegevens : het ras, het geslacht, de geboortedatum, de haarkleur en in voorkomend geval het identifikatienummer.

    HOOFDSTUK II. - Procedure voor de erkenning van inrichtingen.

    Art. 2. § 1. Voor de uitbating van een inrichting is de voorafgaandelijke erkenning, bedoeld in artikel 5,§ 1 van de wet, vereist. De aanvraag tot erkenning dient ingediend te worden bij het gemeentebestuur van de plaats waar de inrichting zich bevindt, doormiddel van het formulier waarvan het model in bijlage I is vastgesteld.

    (De aanvraag tot erkenning is onderworpen aan een recht) voor een bedrag afhankelijk van de soort en de grootte van de inrichting :

  7. hondenkwekerij :

    - tot en met 10 fokteven : 3.000fr.

    - meer dan 10 fokteven : 10.000fr.

  8. kattenkwekerij :

    - tot en met 10 fokpoezen : 3.000fr.

    - meer dan 10 fokpoezen : 10.000fr.

  9. dierenpension : 3.000fr.

  10. handelszaak voor dieren : 3.000fr.

    (Indien zich op hetzelfde adres meerdere erkenningsplichtige inrichtingen bevinden, bedraagt het verschuldigde recht de som van de bedragen die verschuldigd zijn voor de afzonderlijke inrichtingen.

    Het recht wordt geïnd in speciën, via overschrijving of elektronische betaalmiddelen, volgens de modaliteiten bepaald door de bevoegde minister of de bevoegde overheidsdienst.)

    § 2. Bij de aanvraag dienen volgende stukken gevoegd te worden :

  11. een schematisch plan van de inrichting met aanduiding van de funktie van de verschillende lokalen;

  12. een beschrijving van de verblijfsruimten van de dieren met vermelding van :

    - het aantal en de soorten beschikbare verblijfsruimten alsmede hun afmetingen;

    - het aantal en soort dieren dat er kan gehouden worden;

  13. in voorkomend geval, een copie van de statuten van de inrichting;

  14. in voorkomend geval, een kopie van de milieuvergunning in het Vlaamse Gewest en van de uitbatingsvergunning in het Waalse en Brusselse Gewest;

  15. het bewijs van inschrijving in het handelsregister;

  16. in voorkomend geval een kopie van het kontrakt, indien in de inrichting honden of katten gehouden worden.

    § 3. Elke wijziging aan de gegevens vermeld in § 2, 1° en 2° dient meegedeeld te worden aan de Dienst per aangetekend schrijven. Bij ingrijpende wijzigingen aan de infrastruktuur moet een nieuwe aanvraag tot erkenning ingediend worden overeenkomstig de procedure beschreven in dit artikel.

    § 4. Na het verlenen van zijn advies met betrekking tot de eerbiediging van de voorwaarden van de milieuvergunning in het Vlaams Gewest en van de uitbatingsvergunning voor de exploitatie van gevaarlijke, hinderlijke en ongezonde inrichtingen in het Waals en Brussels Gewest maakt het gemeentebestuur binnen de dertig dagen het dossier over voor onderzoek aan de inspekteur-dierenarts van de betrokken omschrijving.

    § 5. De Minister verleent de erkenning op advies van de Dienst binnen de zes maanden na dat hij de aanvraag ontving, indien aan de voorwaarden gesteld in de wet en haar uitvoeringsbesluiten wordt voldaan. De erkenning is geldig voor een periode van tien jaar. Aan de erkenning kunnen beperkingen met betrekking tot de soorten, rassen en aantal dieren verbonden worden.

    § 6. De Minister kan, op ieder ogenblik, de erkenning intrekken van een inrichting die niet langer voldoet aan de in de wet en haar uitvoeringsbesluiten gestelde voorwaarden.

    HOOFDSTUK III. - Voorwaarden voor de erkenning van inrichtingen.

    Afdeling 1. - Algemene voorwaarden.

    Onderafdeling 1. - Uitrusting.

    Art. 3. § 1. De dieren moeten op passende wijze gehuisvest worden. Ze moeten voldoende bewegingsruimte hebben. Bij het ontwerpen en inrichten van de huisvesting moet rekening gehouden worden met het soortspecifieke gedrag. Een monotone omgeving moet vermeden worden.

    De konstruktie van de dierenverblijven moet stevig zijn en ontsnappen onmogelijk maken. Indien de dierenverblijven zich buiten bevinden, moeten ze bestand zijn tegen slechte weersomstandigheden. De gebruikte materialen moeten zo gekozen en onderhouden worden dat de dieren er zich niet aan kunnen verwonden of zich er niet door vergiftigen.

    § 2. Indien de dieren voortdurend binnen gehuisvest worden, dienen temperatuur en luchtvochtigheid aangepast te worden aan de behoeften van de aanwezige dieren.

    § 3. Het voeder dient op hygiënische wijze opgeslagen te worden. Voor de opslag van vers vlees, vis of andere bederfbare voedingsmiddelen is een koelinstallatie nodig.

    § 4. Kadavers, afval, strooisel en uitwerpselen moeten opgeslagen en verwijderd worden op de wijze bepaald door de bevoegde overheid.

    Gestorven of gedode dieren mogen niet bewaard worden in ruimten waarin levende dieren verblijven.

    § 5. Voldoende blusapparatuur dient aanwezig te zijn. Het gemeentebestuur kan bij de aanvraag tot erkenning de installatie van een branddetectie- en alarmsysteem opleggen, indien de inrichting niet gelegen is op dezelfde plaats als het woonhuis van de verantwoordelijke of zijn personeel of als er geen permanent toezicht is.

    In dat geval moet aan het gemeentebestuur een degelijk noodplan voorgelegd worden of moet aan de ingang van de inrichting op leesbare wijze naam, adres en telefoonnummer worden aangebracht van de persoon die buiten de openingsuren gekontakteerd kan worden in gevallen van nood.

    Onderafdeling 2. - Verzorging van de dieren.

    Art. 4. § 1. Voor de verzorging van de dieren moet voldoende en bekwaam personeel ter beschikking zijn. De Minister kan voorwaarden stellen wat aantal en opleiding van dit personeel betreft.

    § 2. Aan de dieren van soorten die het behoeven moet voldoende drinkbaar water ter beschikking gesteld worden, en moet voldoende voeder gegeven worden aangepast aan hun soort, leeftijd, aktiviteit en fysiologische behoeften.

    Niet opgenomen en gemorst voeder dient regelmatig verwijderd te worden en drinkwater moet geregeld worden ververst.

    § 3. De dieren mogen niet voortdurend in de duisternis of in het licht gehouden worden. Het natuurlijke dag- en nachtritme dient gerespekteerd te worden, daartoe moet er voor passend dag- of kunstlicht gezorgd worden.

    § 4. De dieren moeten tenminste tweemaal per dag worden gecontroleerd. Indien de dieren niet gezond blijken te zijn of gedragsstoornissen vertonen, moet de verantwoordelijke onmiddellijk stappen ondernemen om de oorzaak vast te stellen en hieraan te verhelpen. Indien nodig moet hij beroep doen op een dierenarts.

    § 5. De verantwoordelijke dient de nodige voorzorgen en schikkingen te treffen om een goede gezondheid van de dieren te waarborgen. Deze omvatten in het bijzonder :

  17. het op passende wijze isoleren van zieke dieren;

  18. een toezicht op de nieuw binnengekomen dieren die afgezonderd gehouden moeten worden;

  19. de regelmatige reiniging en ontsmetting van de dierenverblijven en lokalen en van de materialen waarmee de dieren in kontakt komen;

  20. maatregelen tegen het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT