6 JUNI 2014. - Besluit tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 13 november 2008 tot bepaling van de handelingen en werken die vrijgesteld zijn van een stedenbouwkundige vergunning, van het advies van de gemachtigde ambtenaar, van de gemeente of van de koninklijke commissie voor monumenten en landschappen of van de medewerking van een architect
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering,
Gelet op het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening, artikel 98, § 2, eerste lid, en 177, § 3, eerste lid en derde lid, gewijzigd door de ordonnantie van 14 mei 2009;
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 13 november 2008 tot bepaling van de handelingen en werken die vrijgesteld zijn van een stedenbouwkundige vergunning, van het advies van de gemachtigde ambtenaar, van de gemeente of van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen of van de medewerking van een architect, inzonderheid op artikelen 28, 29 en 30;
Gelet op het feit dat de Gewestelijke Ontwikkelingscommissie geen advies heeft uitgebracht binnen de termijn voorzien in artikel 7 van het BWRO;
Gelet op het advies 56.270/4 van de Raad van State, uitgebracht op 26 mei 2014, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende de adviezen van de Raad voor het Leefmilieu van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, uitgebracht op respectievelijk 19 en 20 februari 2014;
Op voordracht van de Minister-President, die bevoegd is voor Ruimtelijke Ordening,
Na beraadslaging,
Besluit :
Artikel 1. In Titel II, hoofdstuk IX van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 13 november 2008 tot bepaling van de handelingen en werken die vrijgesteld zijn van een stedenbouwkundige vergunning, van het advies van de gemachtigde ambtenaar, van de gemeente of van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen of van de medewerking van een architect wordt een afdelingstitel ingevoegd die artikelen 28 tot 30 herneemt en luidt als volgt :
"Afdeling 1. Handelingen en werken vrijgesteld van een stedenbouwkundige vergunning".
Art. 2. In artikel 28, tweede lid, 3°, van hetzelfde besluit worden de woorden "of indien ze geplaatst worden op meer dan één meter van de dakrand" ingevoegd tussen de woorden "indien deze verwijderbaar zijn" en de woorden ", de beschermingssystemen tegen bliksem"
Art. 3. In artikel 29 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
-
in punt 2° worden de woorden "of op een schoorsteen, met maximaal één antenne per schoorsteen" geschrapt;
-
er wordt een punt 2° bis ingevoegd tussen de punten 2° en 3° dat luidt als volgt :
"2° bis de plaatsing van antennes op een schoorsteen op voorwaarde :
- dat de antenne of...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI