26 FEBRUARI 2014. - Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest in het kader van de Richtlijn 2010/24/EU van de Raad van 16 maart 2010 betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen en in het kader van de gemengde bilaterale en multilaterale verdragen tussen het Koninkrijk België en een andere Staat of andere Staten die voorzien in een wederzijdse bijstand inzake de invordering van belastingvorderingen

Gelet op de artikelen 1, 3, 33, 35, 39, 134 en 173 van de Grondwet;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 92bis, § 1, ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en gewijzigd door de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 betreffende de Brusselse instellingen, de artikelen 4 en 42;

Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, de artikelen 3 en 5, gewijzigd door de bijzondere wet van 13 juli 2001;

Gelet op de wet van 9 januari 2012 houdende omzetting van de Richtlijn 2010/24/EU van de Raad van 16 maart 2010 betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen;

Gelet op de ordonnantie van 21 juni 2012 van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest houdende omzetting van Richtlijn 2010/24/EU van de Raad van 16 maart 2010 betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen;

Gelet op het decreet van 5 juli 2012 van het Waalse Gewest tot omzetting van Richtlijn 2010/24/EU van de Raad van 16 maart 2010 betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen;

Gelet op het decreet van 21 december 2012 van het Vlaamse Gewest betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen;

Overwegende de Richtlijn 2010/24/EU van de Raad van 16 maart 2010 betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen;

Overwegende de gemengde bilaterale en multilaterale verdragen tussen het Koninkrijk België en een andere Staat of andere Staten die niet uitsluitend betrekking hebben op aangelegenheden waarvoor de Federale Staat of de Gewesten door of krachtens de Grondwet bevoegd zijn en die voorzien in een wederzijdse bijstand inzake de invordering van belastingvorderingen;

De Federale Staat, vertegenwoordigd door haar Regering in de persoon van de heer Steven Vanackere, Minister van Financiën, van de heer Johan Vande Lanotte, Minister van Economie, Consumenten en Noordzee en van Mevr. Sabine Laruelle, Minister van Middenstand, K.M.O.'s, Zelfstandigen en Landbouw;

Het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door haar Regering in de persoon van de heer Philippe Muyters, Minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport van de Vlaamse Regering;

Het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door haar Regering in de persoon van de heer André Antoine, Minister van Begroting, Financiën, Werk, Vorming en Sport van de Waalse Regering;

Het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door haar Regering in de persoon van de heer Guy Vanhengel, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Financiën, Begroting en Externe Betrekkingen van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;

Zijn overeengekomen wat hierna volgt :

HOOFDSTUK I. - Beginselen

Artikel 1. Voor de toepassing van dit samenwerkingsakkoord wordt verstaan onder :

  1. "richtlijn wederzijdse invorderingsbijstand" : de Richtlijn 2010/24/EU van de Raad van 16 maart 2010 betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen;

  2. "uitvoeringsverordening wederzijdse invorderingsbijstand" : de Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1189/2011 van de Commissie van 18 november 2011 tot vaststelling van nadere voorschriften voor sommige bepalingen van Richtlijn 2010/24/EU van de Raad betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen;

  3. "uitvoeringsbesluit wederzijdse invorderingsbijstand": het uitvoeringsbesluit van de Commissie van 18 november 2011 tot vaststelling van nadere voorschriften voor sommige bepalingen van Richtlijn 2010/24/EU van de Raad betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen;

  4. "centraal verbindingsbureau": het centraal verbindingsbureau bedoeld in artikel 4.2 van de richtlijn wederzijdse invorderingsbijstand;

  5. "verbindingsbureau": een verbindingsbureau zoals bedoeld in artikel 4.3 van de richtlijn wederzijdse invorderingsbijstand en aangeduid door één van de in artikel 3 vermelde bevoegde autoriteiten;

  6. "verbindingsdienst": een verbindingsdienst zoals bedoeld in artikel 4.4 van de richtlijn wederzijdse invorderingsbijstand en aangeduid door één van de in artikel 3 vermelde bevoegde autoriteiten;

  7. "lokale besturen": de provincies, de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT