Gemeenschappelijke bindende richtlijn van de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken met betrekking tot de bepaling van de nadere regels voor de toereikende, terzake dienende en niet overmatige maatregelen met betrekking tot de koppeling of correlatie van de technische gegevensbanken ingevolge het gebruik van intelligente camera's en systemen voor de automatische nummerplaatherkenning, bedoeld in artikel 44/2, § 3 van de wet op het Politieambt, met de gegevensbanken bedoeld in artikel, de 28 janvier 2021

Artikel M. Gemeenschappelijke bindende richtlijn van de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken met betrekking tot de bepaling van de nadere regels voor de toereikende, terzake dienende en niet overmatige maatregelen met betrekking tot de koppeling of correlatie van de technische gegevensbanken ingevolge het gebruik van intelligente camera's en systemen voor de automatische nummerplaatherkenning, bedoeld in artikel 44/2, § 3 van de wet op het Politieambt, met de gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, §§ 1 en 2 WPA, of met andere gegevensbanken waartoe de politiediensten toegang hebben door of krachtens de wet of internationale verdragen die België binden

Aan de Dames en Heren Burgemeesters,

Aan de Commissaris-generaal van de federale politie.

Ter kennisgeving aan:

de Dames en Heren Procureurs-generaal,

Mevrouw en Heren Provinciegouverneurs,

Mevrouw de Hoge Ambtenaar die de bevoegdheden van de Brusselse Agglomeratie uitoefent,

de Heer Federaal procureur en de Dames en Heren Magistraten van het federaal parket,

de Dames en Heren Arrondissementscommissarissen,

de Heer Voorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie,

de Dames en Heren Korpschefs van de lokale politie,

Mevrouw en de Heer Voorzitters van het Controleorgaan op de politionele informatie, het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten en de heer inspecteur-generaal van de algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie.

Mevrouw de Burgemeester,

Mijnheer de Burgemeester,

Mijnheer de Commissaris-generaal,

Dames en Heren Procureurs-generaal,

Mevrouw en Heren Provinciegouverneurs,

Mevrouw de Hoge Ambtenaar die de bevoegdheden van de Brusselse Agglomeratie uitoefent,

Heer Federaal procureur en Dames en Heren Magistraten van het federaal parket,

Dames en Heren Arrondissementscommissarissen,

Heer Voorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie,

Dames en Heren Korpschefs van de lokale politie,

Mevrouw en de Heer Voorzitters van het Controleorgaan op de politionele informatie, het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten en de heer inspecteur-generaal van de algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie.

  1. DOELSTELLINGEN

    Deze richtlijn beoogt enerzijds het in perspectief plaatsen en toelichten van de principes inzake koppeling en correlatie van de technische gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, § 3 (1) van de wet op het politieambt (hierna WPA), met de gegevensbanken bedoeld in artikel 44/2, §§ 1 en 2, WPA, of met andere gegevensbanken waartoe de politiediensten toegang hebben door of krachtens de wet of internationale verdragen die België binden, conform artikel 44/4, § 6 (2), WPA.

    De operationalisering op het terrein van die principes gebeurt door middel van de bijwerking van de fiches van de richtlijn van 14 juni 2002 van de Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken betreffende het informatiebeheer inzake gerechtelijke en bestuurlijke politie, die bestemd zijn voor de operationele diensten.

    Ze vermeldt anderzijds de maatregelen met betrekking tot de koppeling en de correlatie van de technische gegevensbanken.

    Kernachtig samengevat, hebben deze maatregelen betrekking op:

    1. de criteria inzake tijd, ruimte en frequentie van de koppelingen en correlaties, zoals bepaald in artikel 44/4, § 6, WPA en nader omschreven in punt VII;

    2. de registratie in het register van de verwerkingen van de politie (het REGPOL (3)) van de vereiste toestemmingen in geval van vergelijking van de nummerplaten die worden gelezen door de camera's voor Automatic Number Plate Recognition (ANPR) met nummerplaten opgenomen in lijsten of uittreksels van de gebruikte gegevensbanken (zie punt VI `Bevoegde overheid');

    3. de noodzaak een transparante procedure aan te nemen die kan worden geaudit wanneer de politie-eenheden gebruik maken van lijsten of uittreksels buiten de nationale standaarden die zij koppelen met de lokale ANPR's en de nationale ANPR teneinde vergelijkingen te maken (zie punt VI);

    4. de noodzaak om in geval van een hit (positieve correlatie) het nationale actiebeleid en een gericht interventiebeleid te volgen;

    5. de noodzaak terug te keren naar de authentieke bron in geval van een hit op een nummerplaat, gedetecteerd met behulp van een lijst of uittreksel ingevoerd in een lokale of nationale technische gegevensbank, tenzij de correlatie in real time met de authentieke bron gebeurt (zie de punten V en VII).

  2. ALGEMEEN KADER

    1. Oorsprong van de technische gegevensbanken

      België vervult met zijn autowegennet een sleutelrol als `kruispunt' inzake mobiliteit in West-Europa. De beperkte grootte van ons land laat criminelen bovendien toe om zeer snel het land te doorkruisen of zich naar de buurlanden te verplaatsen.

      De afgelopen jaren begonnen voornamelijk lokale overheden investeringen te doen in ANPR-systemen. Na de aanslagen in Parijs en Brussel besloot de regering in december 2015 de oprichting van een nationaal ANPR-netwerk toe te vertrouwen aan de politie.

      Bij wet van 21 maart 2018 werden de concepten van een lokale technische gegevensbank en een nationale technische gegevensbank wettelijk verankerd.

      Om de veiligheid van de burgers te waarborgen, moeten de politiediensten in staat worden gesteld zich bij hun optreden te laten leiden door kwaliteitsvolle en relevante informatie, in functie van de specifieke opdracht waarbinnen deze plaatsvindt. Het doel is de politie in staat te stellen om in real time en gericht in te grijpen, hetzij om door middel van uitgestelde gegevensverwerking snellere en betere zoekopdrachten uit te voeren.

      Met het oog hierop worden geautomatiseerde processen gebruikt in lokale technische gegevensbanken (lokale ANPR) of in de nationale technische gegevensbank (nationaal ANPR-netwerk) om het politieoptreden op het terrein of het onderzoekswerk te helpen sturen. Deze processen zijn de koppeling en de correlatie. Ze gaan verder dan alleen het raadplegen van de gegevens in deze technische gegevensbanken.

    2. Het concept van koppeling en correlatie in de technische gegevensbanken

      De "koppeling" in de zin van deze richtlijn is de verwerking waarbij persoonsgegevens en informatie uit de technische gegevensbanken (ANPR) via een geautomatiseerde procedure worden verbonden met gegevens uit andere gegevensbanken waartoe de politie toegang heeft, met als doel het volgende mogelijk te maken:

      1) de verrijking van de gegevens van de technische gegevensbanken (bv. kentekenplaten worden aangevuld met gegevens uit de Kruispuntbank van de voertuigen om na te gaan wie de eigenaar is van een voertuig of welk type voertuig aan een kentekenplaat gekoppeld is of met de gegevensbank Eucaris (European Car and Driving License Information System (4)) teneinde de identificatie van de buitenlandse bestuurder mogelijk te maken), of;

      2) de vergelijking van de gegevens uit andere...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT