Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 31-12-2003 en tekstbijwerking tot 24-08-2005) (NOTA : ten gevolge van een gebrek aan gekwalificieerd personeel wordt de consolidatie van deze tekst tijdelijk opgeschort. De wijzigingen gepubliceerd na 24-08-200..., de 19 décembre 2003

HOOFDSTUK I. - Algemeen.

Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

HOOFDSTUK II. - Gezondheid.

Art. 2. Artikel 2 van het decreet van 7 juli 1998 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 1998 wordt vervangen door wat volgt :

" Artikel 2.

§ 1. Het Fonds voor verwerking en analyse van gezondheidsindicatoren ten behoeve van derden en de uitvoering van het protocolakkoord van 20 maart 2003 gesloten tussen de Federale Overheid en de Overheden bedoeld in artikelen 128, 130 en 135 van de Grondwet betreffende de harmonisering van het vaccinatiebeleid en het aanhangsel bij het protocolakkoord van 20 maart 2003, over de harmonisering van het vaccinatiebeleid inzake het netwerk voor de distributie van vaccins en inzake het akkoord gesloten tussen de Gemeenschappen en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad, wordt opgericht, hierna het Fonds te noemen. Het Fonds is een begrotingsfonds als bedoeld in artikel 45 van de gecoördineerde wetten op de rijkscomptabiliteit.

§ 2. Het Fonds wordt gespijsd met de middelen die in uitvoering van een overeenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap en derden worden betaald voor contractonderzoek dat door de administratie Gezondheidszorg wordt uitgevoerd, door de verkoop van publicaties en door de inkomsten in uitvoering van het protocolakkoord bedoeld in § 1.

§ 3. Ten laste van dit Fonds worden alle soorten uitgaven van de administratie Gezondheidszorg aangerekend, zowel voor personeel, als voor werking of uitrusting, voorzover deze uitgaven verband houden met onderzoek dat door derden wordt betaald, betrekking hebben op het centraal beheer van het informatiesysteem, op de kosten gegenereerd door de uitvoering van het protocolakkoord van 20 maart 2003 gesloten tussen de Federale Overheid en de Overheden bedoeld in artikelen 128, 130 en 135 van de Grondwet betreffende de harmonisering van het vaccinatiebeleid en het aanhangsel bij het protocolakkoord van 20 maart 2003, over de harmonisering van het vaccinatiebeleid inzake het netwerk voor de distributie van vaccins en inzake het akkoord gesloten tussen de Gemeenschappen en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad of op het preventief gezondheidsbeleid.

§ 4. De rekenplichtige die de ontvangsten gedaan heeft, beschikt rechtstreeks over de kredieten van het Fonds. ".

HOOFDSTUK III. - Schade aan het wegdek wegens gewichtsoverschrijding.

Art. 3. In artikel 56 van het decreet van 19 december 1998 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1999, gewijzigd bij het decreet van 22 december 1999 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2000, wordt het eerste lid vervangen door wat volgt :

" Het is verboden het wegdek te beschadigen door een overschrijding van de maximale toegelaten massa's of de massa's onder de assen zoals bepaald in de artikelen 18, §§ 1, 2 of 32bis, van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen. "

HOOFDSTUK IV. - Toerisme Vlaanderen.

Art. 4. Binnen de perken van de begrotingskredieten kan Toerisme Vlaanderen personeels- en werkingsubsidies verlenen aan de door haar erkende verenigingen.

De personeelsleden van Toerisme Vlaanderen zijn bevoegd ter plaatse of op stukken de aanvragen te onderzoeken, de naleving van de subsidievoorwaarden en de aanwending van de subsidies te controleren. De in het eerste lid bedoelde verenigingen zijn er toe gehouden op eenvoudig verzoek van Toerisme Vlaanderen alle nodige informatie te verstrekken die verband houdt met dit toezicht.

De Vlaamse regering bepaalt de voorwaarden voor de toekenning van deze subsidies nader.

HOOFDSTUK V. - Gemeentefonds.

Art. 5. Aan artikel 22 van het decreet van 5 juli 2002 tot vaststelling van de regels inzake de dotatie en de verdeling van het Vlaams Gemeentefonds wordt een § 8 toegevoegd, die luidt als volgt :

" § 8. In afwijking van artikel 3, § 2, bedraagt het evolutiepercentage voor 2004 : 3,26 %. "

HOOFDSTUK VI. - Provinciefonds.

Art. 6. In het decreet van 29 april 1991 betreffende het Vlaams Provinciefonds wordt voor artikel 14, dat artikel 14bis wordt, een nieuw artikel 14 ingevoegd, dat luidt als volgt :

" Artikel 14.

Het vierde kwartaaloverschot wordt, in afwijking van artikel 9, in 2004 berekend op de dotatie van het voorgaande jaar, verminderd met 9 973 000 euro. In 2005 bedraagt de vermindering 7 978 400 euro, in 2006, 5 983 800 euro; in 2007, 3 989 200 euro en in 2008, 1 994 600 euro. Het saldo wordt samen met het eerste kwartaalvoorschot van het volgende jaar uitbetaald. "

HOOFDSTUK VII. - Stedenfonds.

Art. 7. In het decreet van 13 december 2002 tot vaststelling van de regels inzake de werking en de verdeling van het Vlaams Stedenfonds wordt artikel 14 vervangen door wat volgt :

" Artikel 14.

De Vlaamse regering betaalt voor het einde van de maanden april, augustus en december telkens een derde van het trekkingsrecht, waarvoor ze haar toestemming tot gebruik ter uitvoering van de beleidsovereenkomst heeft verleend aan de stad of de VGC. "

HOOFDSTUK VIII. - Stadsvernieuwingsprojecten.

Art. 8. In het decreet van 22 maart 2002 houdende de ondersteuning van stadsvernieuwingsprojecten wordt artikel 2 vervangen door wat volgt :

" Artikel 2.

Ten laste van het Financieringsfonds voor Schuldafbouw en Eenmalige Investeringsuitgaven kunnen uitgaven voor stadsvernieuwing worden aangerekend ten bedrage van 37,289 miljoen euro. "

HOOFDSTUK IX. - Sociaal-cultureel vormingswerk.

Art. 9. In artikel 59 van het decreet van 4 april 2003 betreffende het sociaal-cultureel volwassenenwerk wordt 4° opgeheven.

Art. 10. In hetzelfde decreet wordt een artikel 59bis ingevoegd, dat luidt als volgt :

" Artikel 59bis.

§ 1. De sociaal-culturele vormingsinstelling die op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit decreet erkend en gesubsidieerd was krachtens het decreet van 19 april 1995 houdende een subsidieregeling voor instellingen voor volksontwikkelingswerk en die op basis van artikel 58, § 5, niet of slechts gedeeltelijk door de Vlaamse regering wordt aanvaard voor een gespecialiseerde werking, kan voor haar personeelsleden, die op 1 januari 2003 voor subsidiëring in aanmerking kwamen en die gelet op de toepassing van het decreet van 4 april 2003 niet langer in aanmerking komen voor subsidiëring, aan de administratie vóór 15 januari 2004 een lijst overmaken waarin zij per personeelslid de wens aangeeft om hetzij tewerkgesteld te worden in een volkshogeschool of in een bibliotheekvoorziening voor blinden en slechtzienden, hetzij tewerkgesteld te worden in een andere sector in het sociaal-cultureel volwassenenwerk of de sector van de amateurkunsten.

§ 2. Voor de personeelsleden die wensen tewerkgesteld te worden in een volkshogeschool wordt tevens een lijst aan de administratie overgemaakt met hierin de drie volkshogescholen in de gewenste volgorde.

§ 3. Voor de personeelsleden die opteren om elders dan in een volkshogeschool tewerkgesteld te worden, moet tevens worden aangegeven welke sector en zo mogelijk welke organisatie hun hoofdvoorkeur geniet : hetzij een blindenbibliotheek, hetzij een sociaal-culturele vereniging, hetzij een syndicale vormingsinstelling, hetzij een gespecialiseerde vormingsinstelling, hetzij een vormingsinstelling voor bijzondere doelgroepen, hetzij het steunpunt voor het sociaal-cultureel volwassenenwerk, hetzij een gesubsidieerde organisatie uit de amateurkunsten.

§ 4. De personeelsleden, vermeld in § 3, kunnen in tweede orde ook nog in aanmerking komen om tewerkgesteld te worden in een volkshogeschool indien zij deze optie op de lijst ook kenbaar maken.

§ 5. De vormingsinstellingen, bedoeld in § 1, kunnen een subsidie krijgen voor de financiering van een ontslagregeling voor de personeelsleden die geen hertewerkstelling, zoals in dit artikel bedoeld, willen en die vóór 15 januari 2004 door deze vormingsinstellingen zijn ontslagen.

§ 6. De subsidiëring, bedoeld in § 5, wordt enerzijds beperkt tot een maximale subsidie van 12 maanden die eindigt op 31 december 2004 en gebaseerd is op de subsidiebedragen die verbonden waren aan hun personeelsfunctie in het raam van het decreet van 19 april 1995, en anderzijds door het aantal dienstjaren dat de begunstigde in de vormingsinstelling werkzaam was, gebaseerd op het principe van 3 maanden vergoeding per 5 jaar dienst.

§ 7. De organisaties, bedoeld in § 3, kunnen vóór 15 januari 2004 bij de administratie een aanvraag indienen waarin zij te kennen geven personeelsleden wensen aan te werven die geopteerd hebben voor een hertewerkstelling, zoals in dit artikel bedoeld, en dit voor maximum twee personeelsleden gesubsidieerd op basis van de subsidiebedragen die verbonden waren aan hun personeelsfunctie in het raam van het decreet van 19 april 1995.

§ 8. De personeelsleden die reeds een keuze hebben gemaakt op basis van artikel 58, § 6, kunnen vóór 15 januari 2004 bij de administratie een voorstel indienen om alsnog tewerkgesteld te worden zoals voorzien in § 3.

§ 9. De personeelsleden die gebruik hebben gemaakt van de in dit artikel bepaalde aanvullende maatregelen worden, tot zolang ze een nieuwe arbeidsovereenkomst hebben afgesloten, gesubsidieerd in de vormingsinstelling waarin zij op het ogenblik van de overdracht tewerkgesteld waren en dit tot uiterlijk 30 juni 2004.

§ 10. Voor de personeelsleden, bedoeld in § 1 en die geen gebruik hebben gemaakt van de in dit artikel bepaalde aanvullende maatregelen, worden aan de vormingsinstellingen waarin zij zijn tewerkgesteld, vanaf 1 februari 2004 geen subsidies meer uitgekeerd. "

Art. 11. In afwijking van artikel 3, § 2, tweede lid, van het decreet van 6 juli 2001 houdende ondersteuning van de Federatie van Erkende Organisaties voor volksontwikkeling, wordt in 2004 de tussenkomst van de Vlaamse Gemeenschap rechtstreeks uitgekeerd aan de FOV.

...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT