17 SEPTEMBER 2005. - Koninklijk besluit tot verlenging van de financiële hulp van de Staat aan bepaalde gemeenten op het vlak van de veiligheid en de inbraakpreventie

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 37 van de Grondwet;

Gelet op de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de koninklijke besluiten nr. 474 van 28 oktober 1986 en 502 van 31 december 1986 en bij de wetten van 7 november 1987, 22 december 1989, 20 juli 1991, 30 maart 1994 en 21 december 1994;

Gelet op de wetten van de rijkscomptabiliteit, gecoˆrdineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 55 tot 58;

Gelet op de wet van 30 maart 1994 houdende sociale bepalingen, gewijzigd door de wet van 21 december 1994, inzonderheid op de artikelen 69 tot en met 72;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 april 1968 tot inrichting en coˆrdinatie van de controles op de toekenning en de aanwending van de toelagen;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de administratieve en begrotingscontrole;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de gemeenten bepaalde financiÎle hulp van de Staat kunnen krijgen op het vlak van de veiligheid en de inbraakpreventie, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 8 september 1997 en 4 mei 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 mei 2002 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan de gemeenten moeten voldoen om een financiÎle toelage van de Staat te genieten in het kader van een overeenkomst betreffende de criminaliteitspreventie;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door de dringende noodzaak om zo vlug mogelijk het bedrag van de diverse financiÎle hulp vast te leggen die de gemeenten kunnen krijgen;

Gelet op de beslissing van de Ministerraad van 20 juli 2005;

Gelet op het advies van de Inspectie van FinanciÎn van 18 juli 2005;

Op voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en op advies van Onze in Raad vergaderde Ministers,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Binnen de perken van de beschikbare kredieten en tot een maximum bedrag van 247.893,52 euro, kent de Minister van Binnenlandse Zaken voor het jaar 2005 een subsidie toe aan de gemeenten die hij heeft aangeduid, en dit overeenkomstig de voorwaarden bepaald door het koninklijk besluit van 10 april 1995 gewijzig bij de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT