Overeenkomst betreffende de bouw en exploitatie van een Europese Synchrotronstralingsinstallatie. (NOTA : raadpleging van vroegere versies vanaf 11-08-2004 en tekstbijwerking tot 11-08-2004), de 16 décembre 1988

Artikel 1. Oprichting van de installatie.

De bouw en exploitatie van de Europese Synchrotronstralingsinstallatie worden toevertrouwd aan een Burgerlijke Vennootschap, hierna te noemen " de Vennootschap " naar Frans recht, voor zover hiervan niet wordt afgeweken in de Overeenkomst en de daaraan gehechte Statuten. De Vennootschap verricht uitsluitend activiteiten van vredelievende aard. De toetredende leden van de Vennootschap, hierna te noemen " de Leden ", zijn rechtspersonen, en wel de geÎigende instellingen die met dat doel aangewezen worden door elke Overeenkomstsluitende Partij.

Art. 2. Benaming en maatschappelijke zetel.

De Vennootschap draagt de benaming " Europese Synchrotronstralingsinstallatie " (European Synchrotron Radiation Facility), in het kort ESRF, en de maatschappelijke zetel is gevestigd te Grenoble.

Art. 3. Organen.

  1. De organen van de Vennootschap zijn de Raad en de Directeur-generaal.

  2. Vertegenwoordigers bij de Raad worden benoemd en van hun mandaat ontheven overeenkomstig een procedure die zal worden vastgelegd door elke betrokken Overeenkomstsluitende Partij. Deze procedure moet waarborgen dat de Raad kan optreden als de algemene vergadering van de Leden van de Vennootschap. Elke Overeenkomstsluitende Partij doet het nodige om het Secretariaat van de Raad schriftelijk in kennis te stellen van elke benoeming of ontheffing van mandaat.

  3. Een eminent wetenschapper wordt door de Raad benoemd tot Directeur-generaal van de Vennootschap.

    Art. 4. Verkeer van personen en wetenschappelijke uitrusting.

  4. Met inachtneming van de vereisten inzake openbare orde en veiligheid, verbindt elke Overeenkomstsluitende Partij er zich toe op haar rechtsgebied het verkeer en verblijf te vergemakkelijken van onderdanen uit de landen van de Overeenkomstsluitende Partijen, die zijn tewerkgesteld of gedetacheerd bij de Vennootschap of die voor hun onderzoek gebruik maken van de installaties van de Vennootschap.

  5. Elke Overeenkomstsluitende Partij verbindt er zich toe op haar rechtsgebied de aflevering te vergemakkelijken van documenten nodig voor de tijdelijke invoer van wetenschappelijke uitrusting en monsters voor onderzoek waarbij gebruik wordt gemaakt van de installaties van de Vennootschap.

    Art. 5. Financiering.

  6. Elke Overeenkomstsluitende Partij verbindt er zich toe de Leden voor wie ze verantwoordelijk is een jaarlijkse toelage beschikbaar te stellen die hun bijdrage in de uitgaven van de Vennootschap dekt.

  7. De bouwkosten zoals bepaald in punt 3 hieronder, betreffen een installatie met dertig bundellijnen waarvan de specifieke kenmerken werden uiteengezet in Bijlage 2. De bouwperiode is in twee fases verdeeld. Tijdens de eerste fase bouwt en stelt de Vennootschap de synchrotronstralingsbron en minstens zeven bundellijnen in werking. Tijdens de tweede fase exploiteert de Vennootschap de bron en stelt geleidelijk de overige bundellijnen in werking. De eerste fase mag normaal niet meer dan zes en een half jaar in beslag nemen, te rekenen vanaf de begindatum van de bouwwerken. Ze zal eindigen op de datum vastgelegd door de Raad, overeenkomstig de specificaties die zijn uiteengezet in Bijlagen 2, of op de datum waarop de maximumuitgaven zijn bereikt waarvan sprake in punt 4 (a) hieronder naargelang welke datum het eerst voorkomt. De tweede fase moet normaal nog eens vier en een half jaar duren, te rekenen vanaf het einde van de eerste fase.

  8. De " bouwkosten " vormen de som van :

    (a) alle uitgaven tijdens de eerste fase;

    (b) dat gedeelte van de uitgaven tijdens de tweede fase die verschuldigd zijn ingevolge de voltooiing van de inwerkingstelling van de bron, de bouw van de overige bundellijnen en de hiermee samenhangende aanpassing van de bron.

  9. De bouwkosten mogen gerekend tegen de op 1 januari 1987 geldende prijzen, niet meer bedragen dan :

    (a) 2,2 miljard Franse frank tijdens de eerste fase;

    (b) 400 miljoen Franse frank tijdens de tweede fase.

  10. In Bijlage 3 is een tabel opgenomen met de begrote jaarlijkse uitgaven.

  11. De Raad evalueert ten minste eenmaal per jaar de reÎle en geplande bouwkosten. Indien op onverschillig welk ogenblik de Raad meent dat de bron en de bundellijnen mogelijkerwijs niet naar behoren zullen zijn voltooid, rekening houdend met de maximumuitgaven gedefinieerd in punt 4 en de specifieke kenmerken uiteengezet in Bijlage 2, moet de Raad, op advies van de Directeur-generaal, kostenbeperkende maatregelen nemen om zeker te zijn dat aldus deze maximumuitgaven niet worden overschreden.

  12. In uitzonderlijke omstandigheden mag de Raad eenparig een wijziging goedkeuren van de bouwkosten.

    Art. 6. 1. De Franse Overeenkomstsluitende Partij stelt het terrein in Grenoble, zoals aangegeven op de plattegrond opgenomen in bijlage 4, volledig kosteloos en bouwrijp ter beschikking van de Vennootschap.

  13. De Leden dragen bij in de bouwkosten, exclusief BTW, in de volgende verhoudingen :

    - 33 % voor Leden van de Franse Republiek (inclusief een terreinpremie van 10 %);

    - 23 % voor Leden van de Bondsrepubliek Duitsland;

    - 14 % voor Leden van de Italiaanse Republiek;

    - 12 % voor Leden van het Verenigd Koninkrijk;

    - 6 % in totaal voor Leden van het Koninkrijk BelgiÎ en het Koninkrijk der Nederlanden;

    - 4 % voor Leden van het Koninkrijk Spanje;

    - 4 % in totaal voor Leden van het Koninkrijk Denemarken, de Republiek Finland, het Koninkrijk Noorwegen en het Koninkrijk Zweden;

    - 4 % voor Leden van de Zwitserse Bondsstaat.

    Verhogingen van bijdragen van de Overeenkomstsluitende Partijen of bijdragen van Regeringen die tot deze Overeenkomst toetreden overeenkomstig artikel 12, worden gebruikt om de bijdrage van Leden van iedere Overeenkomstsluitende Partij die meer bedraagt dan 4 %, te verminderen met een bedrag evenredig aan hun bijdrage op dat ogenblik, de terreinpremie van 10 % buiten beschouwing gelaten.

  14. De Leden dragen bij in de exploitatiekosten, exclusief BTW, in de volgende verhoudingen :

    - 27,5 % voor Leden van de Franse Republiek (inclusief een terreinpremie van 2 %);

    - 25,5 % voor Leden van de Bondsrepubliek Duitsland;

    - 15 % voor Leden van de Italiaanse Republiek;

    - 14 % voor Leden van het Verenigd Koninkrijk;

    - 6 % in totaal voor Leden van het Koninkrijk BelgiÎ en het Koninkrijk der Nederlanden;

    - 4 % voor Leden van het Koninkrijk Spanje;

    - 4 % in totaal voor Leden van het Koninkrijk Denemarken, de Republiek Finland, het Koninkrijk Noorwegen en het Koninkrijk Zweden;

    - 4 % voor Leden van de Zwitserse Bondsstaat.

    Verhogingen van bijdragen van de Overeenkomstsluitende Partijen of bijdragen van Regeringen die tot deze Overeenkomst toetreden overeenkomstig artikel 12, worden gebruikt om gelijkmatig de bijdragen te verminderen van de Franse Leden tot 26 % en van de Duitse Leden tot 25 % en, wanneer deze niveaus zijn bereikt, de bijdragen van Leden van iedere Overeenkomstsluitende Partij te verminderen met een bedrag evenredig aan hun bijdrage op dat ogenblik, waarbij de bijdrage van Leden van welke Overeenkomstsluitende Partij dan ook niet kleiner mag worden dan 4 %.

  15. Indien de Raad van oordeel is dat er een permanent en duidelijk gebrek aan evenwicht bestaat tussen de mate van gebruik van de installatie door wetenschappers van een bepaalde Overeenkomstsluitende Partij en de bijdrage van Leden van die Partij, kan de Raad maatregelen nemen om het gebruik van de installatie te beperken, tenzij de Overeenkomstsluitende Partijen het eens worden over een gepaste bijstelling van de in bovenvermeld punt 3 vastgestelde bijdragen.

    Art. 7. Belastingen.

  16. De Vennootschap is onderworpen aan het Franse BTW-stelsel. Bijdragen van buiten Frankrijk gevestigde Leden, zijn niet onderworpen aan het Franse BTW-stelsel. Deze ontheffing ontzegt de Vennootschap echter het recht op aftrek niet.

  17. Goederen door de Vennootschap ingevoerd uit andere landen, genieten vrijstelling van douanerechten overeenkomstig de voorschriften van de Europese Gemeenschap.

    Art. 8. Regelingen met andere gebruikers.

    Overeenkomsten betreffende het langdurig gebruik van synchrotronstraling door niet tot deze Overeenkomst toetredende Regeringen of groepen van Regeringen of instellingen of organisaties ervan, mogen gesloten worden door de Vennootschap, met de unanieme goedkeuring van haar Raad.

    Art. 9. School.

  18. De Franse Overeenkomstsluitende Partij richt geleidelijk een school of scholen op en stelt deze gratis ter beschikking en verstrekt hierbij gratis onderwijs aan kinderen " anderen dan Fransen " dat hen in staat moet stellen zich opnieuw te integreren in het onderwijssysteem van hun land van herkomst.

  19. Te dien einde zullen de andere betrokken Overeenkomstsluitende Partijen de mogelijkheid hebben om niet-Franse leerkrachten ter beschikking te stellen van de Franse Overeenkomstsluitende Partij.

  20. Als de Raad beslist dat bovenvermelde regelingen op onvoldoende wijze in de behoeften van kinderen " ander dan Fransen " voorzien, zullen de Overeenkomstsluitende Partijen de nodige maatregelen treffen om een volledig bevredigend alternatief te vinden.

    Art. 10. Geschillen.

  21. De Overeenkomstsluitende Partijen streven ernaar om door onderhandelingen elk geschil betreffende de interpretatie of de toepassing van deze Overeenkomst te beslechten.

  22. Als de Overeenkomstsluitende Partijen er niet in slagen het eens te worden over het oplossen van een geschil, zal ieder van de betrokken Overeenkomstsluitende Partijen het geschil voor beslissing kunnen voorleggen aan een scheidsgerecht.

  23. Elke partij in het geschil stelt een scheidsrechter aan. Als het echter om een geschil gaat tussen een Overeenkomstsluitende Partij en twee of meer andere Overeenkomstsluitende Partijen, zullen deze laatste gezamenlijk een scheidsrechter aanstellen. De aldus aangewezen scheidsrechters kiezen een hoofdscheidsrechter, onderdaan uit een andere Staat dan de Staten van de bij het geschil betrokken Overeenkomstsluitende Partijen, om de functie van hoofdscheidsrechter en van Voorzitter van het scheidsgerecht waar te nemen; in geval van staking van stemmen van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT