22 OKTOBER 2012. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de erkenningscriteria voor de bijzondere beroepstitel van ziekenhuisapotheker

De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,

Gelet op het koninklijk besluit nr 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, artikel 35sexies, eerste lid;

Gelet op het ministerieel besluit van 11 juni 2003 tot vaststelling van de criteria voor de erkenning van de bijzondere beroepstitel van ziekenhuisapotheker;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 30 juli 2012;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 27 augustus 2012;

Gelet op advies nr. 51.987/2 van de Raad van State, gegeven op 26 september 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op het voorafgaand onderzoek met betrekking tot de noodzaak om een effectenbeoordeling uit te voeren, waarin besloten wordt dat een effectenbeoordeling niet vereist is;

Besluit :

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. kandidaat : de kandidaat voor de voorlopige of volledige erkenning van de bijzondere beroepstitel van ziekenhuisapotheker;

  2. de minister : de minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort;

  3. de Erkenningscommissie : de Erkenningscommissie voor ziekenhuisapothekers.

    Art. 2. Dit besluit stelt de erkenningscriteria vast voor :

  4. de voorlopige en volledige erkenning evenals de verlenging van erkenning van de bijzondere beroepstitel van ziekenhuisapotheker;

  5. de erkenning van de stagediensten en stagemeesters die de kandidaat begeleiden met het oog op een erkenning van de bijzondere beroepstitel van ziekenhuisapotheker;

  6. de goedkeuring van een voortgezette opleiding om in aanmerking te komen voor de verlenging van erkenning van de bijzondere beroepstitel van ziekenhuisapotheker.

    HOOFDSTUK II. - Erkenningscriteria voor de bijzondere beroepstitel van ziekenhuisapotheker

    Afdeling 1. - Erkenningscriteria voor de voorlopige erkenning

    Art. 3. Een voorlopige erkenning van de bijzondere beroepstitel van ziekenhuisapotheker kan aan de minister worden aangevraagd op voorwaarde dat is voldaan aan volgende criteria :

  7. de betrokken persoon is ingeschreven voor de academische opleiding om het diploma van Master of Science in de Ziekenhuisfarmacie of "Master complémentaire en pharmacie hospitalière" te behalen;

  8. de betrokkene beschikt over een door de minister goedgekeurd stageplan waardoor wordt voldaan aan het minimaal vereiste programma theoretische opleiding en praktische opleiding zoals bedoeld in de artikelen 4 tot en met 6.

    Art. 4. De opleiding bedoeld in artikel 3, 2° bestaat uit een theoretische opleiding bestaande uit universitair onderwijs en een praktische opleiding en duurt in totaal drie jaren.

    Art. 5. De theoretische opleiding heeft een omvang van minstens 60 studiepunten en heeft minstens betrekking op de domeinen bedoeld in bijlage 1.

    Art. 6. § 1. De praktische opleiding duurt minimum 3 500 uur.

    § 2. De praktische opleiding wordt gevolgd onder het rechtstreekse toezicht van een erkende stagemeester en in een erkende stagedienst.

    § 3. Ze omvat minstens de modules zoals bedoeld in bijlage 2.

    § 4. De praktische opleiding wordt gevolgd in één of meerdere erkende stagediensten.

    Een deel van de praktische opleiding mag, indien opgenomen in een goedgekeurd stageplan, worden gevolgd in :

    1) een buitenlandse instelling;

    2) een instelling waarbinnen vaardigheden kunnen worden verworven rond een welbepaald aspect van de ziekenhuisapotheek.

    Omtrent de in het tweede lid bedoelde praktische opleiding wordt er een samenwerkingsakkoord gesloten tussen de bedoelde instelling en een erkende stagedienst.

    Minstens één jaar van de praktische opleiding wordt in elk geval gevolgd in een erkende Belgische stagedienst.

    Afdeling 2. - Voorwaarden tijdens de stageperiode

    Art. 7. Tijdens de stageperiode voldoet de kandidaat aan de voorwaarden ter beoefening van de artsenijbereidkunde in de betrokken stageplaats.

    Art. 8. De kandidaat verricht alle activiteiten die verband houden met de opleiding.

    Hij verricht minstens de prestaties vermeld in bijlage 2.

    ...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT