27 NOVEMBER 2001. - Wet houdende eindregeling van de begrotingen van de diensten van algemeen bestuur van de Staat van het jaar 1996 (1)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Onze Minister van Financiën is gelast in onze naam bij de Kamer der volksvertegenwoordigers het Wetsontwerp in te dienen waarvan de tekst volgt :

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 74, 3°, van de Grondwet.

HOOFDSTUK I - Vastleggingen gedaan ter uitvoering van de begroting (Tabel A)

§ 1. Vaststelling van de vastleggingen

Art. 2. De vastleggingen van uitgaven uitgevoerd ten laste van de vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 1996 belopen 28.896.233.173 F

De ten laste van de vastleggingsmachtigingen aangerekende vastleggingen van het begrotingsjaar 1996 belopen 564.852.789 F

§ 2. Vaststelling van de vastleggingskredieten

Art. 3. De vastleggingskredieten beschikbaar ten behoeve van de ministeriële departementen voor de vastleggingen van het begrotings-jaar 1996 belopen in totaal 34.910.000.000 F

Dit bedrag omvat :

1) oorspronkelijke vastleggingskredieten toegestaan bij de begrotingswetten 34.867.200.000 F

2) de aanpassingen van de kredieten : 42.800.000 F (netto-resultaat)

34.910.000.000 F

Art. 4. De in totaal voor het begrotingsjaar 1996 verleende vastleggingskredieten worden verminderd met de aan het eind van het begrotingsjaar beschikbare en definitief geannuleerde vastleggingskredieten : 6.013.766.827 F

Art. 5. Ingevolge de bepalingen vervat in de bovengenoemde artikelen 3 en 4 worden de definitieve vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 1996 vastgesteld op 28.896.233.173 F

Deze som is gelijk aan de ten laste van de begrotingskredieten van het begrotingsjaar 1996 geboekte vastleggingen.

§ 3. Vaststelling van de vastleggingsmachtigingen

Art. 6. De vastleggingsmachtigingen beschikbaar ten behoeve van de ministeriële departementen voor het begrotingsjaar 1996 belopen in totaal 750.000.000 F

Dit bedrag komt overeen met de oorspronkelijke vastleggingsmachtigingen toegestaan bij de begrotingswetten.

Art. 7. De in totaal voor het begrotingsjaar 1996 verleende vastleggingsmachtigingen worden verminderd met de beschikbaar gebleven vastleggingsmachtigingen die definitief geannuleerd moeten worden : 185.147.211 F

Art. 8. Ingevolge de bepalingen vervat in bovengenoemde artikelen 6 en 7 worden de definitieve vastleggingsmachtigingen van het begrotingsjaar 1996 vastgesteld op : 564.852.789 F

Deze som is gelijk aan de ten laste van de vastleggingsmachtigingen van het begrotingsjaar 1996 geboekte vastleggingen.

HOOFDSTUK II. - Ontvangsten en uitgaven gedaan ter uitvoering van de begroting

§ 1. Vaststelling van de ontvangsten

(Tabel B)

Art. 9. De op het begrotingsjaar 1996 ten behoeve van de Staat vastgestelde rechten bedragen 2.918.745.058.696 F

Dit bedrag is vastgesteld als...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT