Decreet houdende wijziging van regelgeving betreffende politiek verlof voor onderwijspersoneel, de 21 décembre 2018

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling

Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

HOOFDSTUK 2. - Wijziging van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013

Art. 2. In artikel V.116/1, eerste lid, van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, ingevoegd bij het decreet van 15 juni 2018, wordt punt 3° vervangen door wat volgt:

"3° het ambt van burgemeester, districtsburgemeester, schepen, OCMW-voorzitter of voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst in een gemeente of een district van meer dan 50.000 inwoners.".

Art. 3. Artikel V.116/2 van dezelfde codex, ingevoegd bij het decreet van 15 juni 2018, wordt vervangen door wat volgt:

"Het hogeschoolbestuur kan aan een personeelslid op zijn of haar verzoek een politiek verlof toekennen voor de uitoefening van een mandaat van burgemeester, districtsburgemeester, schepen, districtsschepen, voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn of van het bijzonder comité voor de sociale dienst, ongeacht het aantal inwoners. Het personeelslid kan het verlof voltijds of deeltijds opnemen.".

HOOFDSTUK 3. - Wijziging - van de codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016

Art. 4. Artikel V.30 van de codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016 wordt vervangen door wat volgt:

"Art. V.30. De personeelsleden, vermeld in artikel V.29, worden van ambtswege en zonder dat ze zich eraan kunnen onttrekken, met politiek verlof gezonden voor de uitoefening van de volgende politieke mandaten:

  1. burgemeester van een gemeente met meer dan 50.000 inwoners;

  2. schepen of voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst van een gemeente met meer dan 80.000 inwoners;

  3. lid van de deputatie van een provincieraad;

  4. voorzitter van een agglomeratie of van een federatie van gemeenten;

  5. lid van de Kamer van volksvertegenwoordigers of van de Senaat;

  6. lid van het Vlaams Parlement;

  7. lid van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement;

  8. lid van het Europees Parlement;

  9. lid van de Federale Regering;

  10. lid van de Vlaamse Regering of van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;

  11. staatssecretaris van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest;

  12. lid van de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

    Het politiek verlof van ambtswege vangt aan op de datum van de eedaflegging voor een van de voormelde mandaten.".

    Art. 5. Artikel V.31 van dezelfde codificatie wordt vervangen door wat volgt:

    "Art. V.31. Aan een personeelslid wordt op zijn of haar verzoek, een voltijds of...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT