Decreet betreffende de tijdelijke werkervaring, het regelen van stages en diverse bepalingen in het kader van de zesde staatshervorming, de 9 décembre 2016

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepalingen en definities

Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Art. 2. Dit decreet wordt aangehaald als: Tijdelijkewerkervaringsdecreet van 9 december 2016.

Art. 3. In dit decreet wordt verstaan onder:

  1. VDAB: de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, opgericht bij het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding";

  2. werkzoekende: de werkzoekende, vermeld in artikel 1, eerste lid, 7°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding;

  3. leefloongerechtigde: de leefloongerechtigde, vermeld in artikel 2, eerste lid, 13°, van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding";

  4. traject tijdelijke werkervaring: het competentieversterkend traject dat erop gericht is werkervaring te verwerven binnen een reële arbeidsmarktomgeving;

  5. controledienst: de dienst, vermeld in artikel 1, eerste lid, 24°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding;

  6. partnerorganisaties: de partnerorganisaties, vermeld in artikel 1, 25°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding.

    HOOFDSTUK 2. - Het traject tijdelijke werkervaring

    Afdeling 1. - Werkingsprincipes

    Art. 4. Het traject tijdelijke werkervaring heeft als doelstelling om werkzoekenden met een grote afstand tot de reguliere arbeidsmarkt competenties te laten opbouwen binnen een reële arbeidsmarktomgeving, met het oog op het verkleinen van de afstand tot de arbeidsmarkt.

    Art. 5. Het traject tijdelijke werkervaring is een individueel traject dat toegankelijk is voor werkzoekenden. Tijdens dit traject wordt de werkzoekende begeleid om de doelstelling van het traject te verwezenlijken. Deze begeleiding kan door partnerorganisaties gegeven worden. De duurtijd van het traject tijdelijke werkervaring bedraagt maximum 24 maanden.

    De Vlaamse Regering kan nadere voorwaarden en modaliteiten bepalen voor de toegang tot het traject tijdelijke werkervaring en de begeleiding tijdens het traject tijdelijke werkervaring en kan daarnaast nadere regels bepalen voor de duurtijd, verlenging, intrekking, schorsing, organisatie en opbouw van het traject tijdelijke werkervaring.

    Art. 6. § 1. Bij de aanvang van het traject tijdelijke werkervaring wordt tussen de VDAB of een partnerorganisatie en de werkzoekende een werkervaringsovereenkomst gesloten. Die overeenkomst bepaalt de duur en de modaliteiten van het traject tijdelijke werkervaring.

    § 2. De verplicht ingeschreven werkzoekende die werkloosheids- of inschakelingsuitkeringen geniet, kan worden vrijgesteld van beschikbaarheid voor de arbeidsmarkt voor de duurtijd van de werkervaringsovereenkomst, met toepassing van artikel 5, § 1, 7°, b), van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding".

    De werkzoekende die gedurende de duurtijd van de werkervaringsovereenkomst verplicht ingeschreven werkzoekende wordt en werkloosheids- of inschakelingsuitkeringen geniet, kan worden vrijgesteld van beschikbaarheid voor de arbeidsmarkt voor de resterende duur van de werkervaringsovereenkomst.

    In het eerste en tweede lid wordt verstaan onder verplicht ingeschreven werkzoekende: de werkzoekende, vermeld in artikel 2, eerste lid, 11°, van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding".

    § 3. De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen betreffende de in dit artikel vermelde aangelegenheden.

    Afdeling 2. - Werkplekleerinstrumenten

    Art. 7. Gedurende het traject tijdelijke werkervaring kunnen verschillende instrumenten worden ingezet om algemene arbeids- en beroepsgerichte competenties aan te leren en toe te passen in een reële arbeidsmarktomgeving, waardoor de afstand tot de arbeidsmarkt wordt verkleind.

    De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen met betrekking tot de instrumenten die kunnen worden ingezet gedurende het traject tijdelijke werkervaring, alsook de voorwaarden en de modaliteiten van de instrumenten.

    Afdeling 3. - Toezicht en handhaving met betrekking tot artikel 57quater, 60, § 7, en 61 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn

    Art. 8. § 1. De VDAB kan toezicht uitoefenen op de openbare centra voor maatschappelijk welzijn wat betreft de toekenning en aanwending van toelagen voor tewerkstelling in het kader van artikel 57quater, 60, § 7, en 61 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

    De VDAB kan boekhoudkundige stukken en andere relevante stukken met betrekking tot tewerkstelling in het kader van artikel 57quater, 60, § 7, en 61 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn opvragen bij de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

    § 2. De VDAB kan de toelagen, vermeld in paragraaf 1, die ten onrechte zijn toegekend, terugvorderen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn als op basis van de boekhoudkundige en andere relevante stukken, vermeld in paragraaf 1, wordt vastgesteld dat er te veel toelagen zijn uitbetaald.

    § 3. Bij vaststelling van onregelmatigheden conform paragraaf 1 kan het dossier worden bezorgd aan de instantie die bevoegd is voor die aangelegenheden met toepassing van het decreet houdende sociaalrechtelijk toezicht van 30 april 2004.

    § 4. De Vlaamse Regering kan nadere regels uitwerken voor het toezicht op de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bij tewerkstelling in het kader van artikel 57quater, 60, § 7, en 61 van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT